Gedragen door de muziek
Jan Brokken (Leiden, 1949), gevierd schrijver van reisboeken, romans en literaire non-fictie, schreef al veel over zijn persoonlijke reiservaringen naar allerlei delen van de wereld. Maar hij durfde het nog nooit aan om over zijn ouders te schrijven. Tot nu. In 1935 vertrokken Han en Olga Brokken naar Nederlands-Indië. Hij is dan 25, zij 23. Na een kort verblijf in Buitenzorg (het huidige Bogor bij Jakarta op Java) vertrekken ze naar Makassar op Sulawesi. Han heeft de opdracht vandaaruit onderzoek te doen naar een inlandse islamitische groepering op het eiland Saleier. Han reist veel op en neer naar het eiland en is vaak weken van huis.
Olga vult haar tijd met het leren van de Boeginese en Makassaarse taal. Om meer in contact te komen met de bevolking geeft ze naailes aan de inlandse vrouwen. In 1942 komt een ruw einde aan hun Indische idylle als Han en Olga, dan al ouders van twee jongens, apart van elkaar in een Jappenkamp terecht komen.
Brokken heeft sinds 1990 de brieven in bezit die zijn moeder vanuit Indië naar haar zusje Nora stuurde. Op een dag hoort hij een 'wonderbaarlijk mooi' pianostuk op de radio met de titel 'De tuinen van Buitenzorg'. Gecomponeerd door de Pools/Litouwse pianist Leopold Godowsky. Het is onderdeel van de 'Java Suite'. Het bracht Brokken in een keer terug naar flarden uit de brieven van zijn moeder en het vormde de directe aanleiding voor het schrijven van dit boek.
Brokken begint zijn relaas in ’s Lands Plantentuin in Buitenzorg, dat tegenwoordig de naam Kebun Raya Bogor draagt. Hij bezocht deze prachtige botanische tuinen in 1991. Omdat zijn ouders er vlakbij hebben gewoond in een pension, maar ook omdat hijzelf een enorme liefhebber is van botanische tuinen. Het is dan ook niet vreemd dat er een behoorlijk gedetailleerde beschrijving volgt van deze tuinen, het ontstaan en de verdere geschiedenis er van en hoe het er tegenwoordig bij ligt. Eigenlijk dwaalt Brokken al meteen af van het verhaal van zijn ouders. Dit doet hij ook als het muziekstuk dat hij op de radio hoorde weer ter sprake komt en zelfs als hij wat dichter bij zijn ouders komt en het heeft over de groepering die zijn vader in opdracht van de Nederlandse overheid moet onderzoeken. Allemaal reuze interessant en zeker door zijn prettige schrijfstijl goed te volgen.
'De gamelan heeft een andere dan de westerse stemming en hanteert de microtonale toonschaal. Hoe dat precies zit besprak Godowsky in Bandoeng met Paul Seelig (van oorsprong Duits componist 1876-1945, EW). Hij liet zich ook door Seelig de verschillende ritmes van de Hindoe-Javaanse dansen uitleggen, want gamelan is theatermuziek, bedoeld om de dans- en wajangvoorstellingen te begeleiden.'
Maar de lezer moet geen letterlijke weergaven verwachten van de brieven die Brokken van zijn tante Nora kreeg. Natuurlijk citeert hij er wel gedeelten uit maar hij doet dat heel gedoseerd, alsof hij bang is te veel van zijn moeders privacy te schenden. Je kunt je zelfs afvragen of Brokken het allemaal wel wilde weten wat zijn moeder aan haar zusje schreef.
'Terwijl Olga in wat ze uit Indië schreef volstrekt iemand anders was dan mijn moeder. Gretiger, grappiger, ondeugender. Tegelijk staat ze veel dichter bij me. Olga was op haar drieëntwintigste nieuwsgierig tot op het indiscrete af en had een ontembare lust in het leven, in kijken, proeven, luisteren, voelen.'
Brokken geeft de beschrijving van het leven van Han en Olga door er steeds iets over los te laten tijdens de bijna college-achtige stukken die dit boek dragen. Stukje bij beetje krijg de lezer een beeld van het jonge, idealistische stel dat vol goede bedoelingen naar Nederlands-Indië vertrok. Je kunt het Brokken niet kwalijk nemen dat hij steeds afdwaalt, het zijn allemaal onderdelen van het leven wat zijn ouders in Indië hadden en het grijpt allemaal in elkaar, gedragen door de muziek. Als lezer hoef je je er alleen maar aan over te geven.
Reageer op deze recensie