Momenten van onzekerheid én momenten van liefde in een tedere verpakking
Het leven kan soms door onverwachte gebeurtenissen opgedeeld worden in een ‘ervoor’ en ‘erna’. De moeite die het kost om in het ‘erna’ te leven, is allesoverheersend en heeft in het geval van Antoine Leiris jaren nodig om een vorm aan te nemen waar hij mee kan afrekenen. Eerder schreef Leiris ook al de pijn van zich af. In Mijn haat krijgen jullie niet beschrijft hij de dagen na de aanslagen in Parijs, die zijn vrouw Hélène het leven kostten. Die woelige dagen waarin hij ook nog eens een brief aan de terroristen postte op Facebook. Een handeling die hem in één klap wereldberoemd maakte.
Het verlies van een geliefde én als vader achterblijven met een zoontje van zeventien maanden, het is veel om te verwerken. Het leven, daarna neemt ons mee in dat verwerkingsproces. Leiris start zijn boek acht maanden na de aanslagen en springt telkens enkele maanden vooruit per hoofdstuk. Qua structuur lijkt het op een dagboek, waar met grote tussenpozen in geschreven wordt. Het grote voordeel van die tijdssprongen is de mate van verandering bij Leiris die je als lezer voorgeschoteld krijgt. Een dagelijks dagboek laat kleine schommelingen in gemoed zien, maar in deze vorm krijg je de grote ups en downs mee. De breekpunten, de kernmomenten, worden uitgelicht en in een bepaalde context geplaatst. Dat die kernmomenten niet altijd bijzonder zijn, maar soms heel herkenbare, dagdagelijkse bezigheden is erg ontroerend voor de lezer.
Leiris beschrijft in Het leven, daarna niet alleen het leven zonder Hélène, maar hij grijpt ook naar zijn eigen jeugd terug. Hij verbindt alle lijntjes met elkaar om zichzelf vorm te geven, om weer heel te worden. Niet alleen in inhoud, maar ook in taalgebruik is die zoektocht voelbaar. Af en toe verlies je hem als lezer. Dan lijkt een passage een mijmering te zijn die losstaat van de ervoor besproken zaken en daardoor moeilijk te plaatsen. Om het raaskallen te noemen, dat gaat te ver, maar je ervaart de nóód die Leiris heeft om te vertellen, meer dan dat je eigenlijk snapt wat hij er mee bedoelt. Die momenten waarop je hem moeilijk kan volgen, verwarren de lezer eigenlijk net teveel om helemaal voor lief te kunnen nemen.
'Ik moet twee in één zijn. Vader en moeder tegelijk. Aangezien dat onmogelijk is, moet ik een perfecte, ideale en onberispelijke vader zijn.
Ik zie het als een strijd. Tegen mezelf en tegen de rest; de grote tegenstander. Ik ben in oorlog. Ik stomp, ik boks, ik beuk. Iedere dag opnieuw staat er weer een reus tegenover me, voor een nieuw gevecht, met ongelijke wapens – hij voelt niet het geweld van de slagen, de pijn van de verwondingen en de vermoeidheid.'
De schrijfstijl is bijzonder. Leiris gebruikt in Het leven, daarna korte zinnen die veel emotie laten zien, zonder té emotioneel over te komen. Het zorgt ervoor dat het verhaal een enorme impact heeft. De zakelijkheid van de stijl wordt gecombineerd met het onthutsende van de inhoud. Het lijkt alsof elk woord telt, alsof elk punt en elk komma precies is uitgedacht. En toch voelt het niet gekunsteld, maar net heel persoonlijk. Vertaler Andreas Dijkzeul heeft keuzes moeten maken in zinsbouw die niet altijd logisch zullen hebben geleken. Toch is de stijl consequent en erg herkenbaar, dus waarschijnlijk is Dijkzeul telkens erg dicht bij het gevoel gebleven dat Leiris wou uitstralen.
Het leven, daarna is droevig, natuurlijk, maar ook teder en hartverwarmend. De momenten van liefde winnen het van de momenten van onzekerheid en dat geeft ook de lezer hoop. Met dit boek brengt Leiris een eerbetoon aan zijn overleden vrouw, aan zijn zoon, aan zijn ouders en broer en zus. Het leven is veranderd, dat zeker, maar de blik waarmee het leven wordt bekeken is dat ook. Leiris heeft het over het schrijven van een roman in dit boek en het is wachten op het moment dat dat gebeurt. De man heeft een unieke stijl die de verbeelding prikkelt waarmee hij vast ook prachtig een fictief verhaal kan vertellen.
Reageer op deze recensie