Dromen in de realiteit
Elizabeth Gilbert (1969), bekend van Eten, bidden, beminnen, is terug. En niet alleen schrijft ze voor het eerst in twaalf jaar weer een roman, ook keert ze met Het hart van alle dingen weer terug naar haar oorsprong als fictieschrijver.
De cover van de roman nodigt uit tot lezen. Het doorkijkje tussen planten en bloemen in de weelderigste vormen en kleuren, geeft uitzicht op een watervlakte. In de verte is land te zien waar bergketens uit oprijzen. Het geeft je een dromerig gevoel en het wekt de indruk dat je in een verhaal duikt waar je niet meer uit hoeft te komen: het water slokt je op en je laat je meevoeren in de stroming van woorden die je tegemoet komen.
Vanuit de alwetende schrijver maken we kennis met Alma Whittaker. Alma wordt geboren in een voorname en bekende familie van botanisten. Ze is al jong geobsedeerd door de natuur, die ze niet alleen waarneemt, maar ook bestudeert. Alma blinkt uit in doortastendheid en wil de wereld om haar heen begrijpen. Het duurt dan ook niet lang voor zij haar eigen onderzoeksproject start.
Alma legt zich toe op mos en ontwikkelt zich tot wetenschapper en botanica. De miniatuurwereld van mos bevat meer geheimen dan je op het eerste gezicht zou denken. Het is metaforisch voor het leven dat Alma leidt: klein en beperkt. Volgens Gilbert is het in veel opzichten een metafoor voor het leven van alle vrouwen uit die tijd. “Als je leven niet groot kan zijn, kun je het soms maar het best heel, heel klein maken, en besloten, en bijzonder."
Alma’s levensverhaal wordt onderverdeeld in vijf episodes. Elk begin van een nieuw deel wordt vergezeld van een nauwkeurige tekening van een bloem of plant. Interessant om te weten is dat de afgebeelde soort een belangrijk motief is in de te verwachte hoofdstukken.
Hoewel het verhaal geschreven is als fictie, is het met werkelijkheid doorweven. Grootse (en kleinere) momenten uit de geschiedenis worden – al dan niet vluchtig – genoemd. Zo komen namen als Joseph Banks, James Cook en Charles Darwin voorbij. Ook wordt er aandacht besteed aan de abolitionisten, de stoomboot en de evolutietheorie, en wordt het scheppingsverhaal in twijfel getrokken.
Mooie woorden worden gegeven aan trieste gebeurtenissen. Dat valt meteen op in de inleiding: “Haar eerste drie pogingen tot conceptie waren in trieste stroompjes verdwenen nog voordat ze ooit een teken van leven hadden gegeven." Het taalgebruik is beschrijvend, niet zozeer beeldend. Je krijgt een goed beeld van de personen en hun karakters. Echter, niet alles en iedereen wordt uitgediept, want er moeten enkele mysteries overblijven.
Zie hier weer de link tussen fictie en werkelijkheid, want ook in het echte leven zullen er altijd mysteries bestaan. De signatuur van alles in de natuur, de aanwezigheid in alles. De verbondenheid van het universum.
Lezen over wat Alma doormaakt is een feest van herkenning. Het is een bewustwordingsproces dat je bij jezelf ook teweeg kunt brengen. Ben je eenmaal zover, dan zal je veel intenser kunnen genieten van de schoonheid om je heen. Oftewel: een bron van geluk.
Reageer op deze recensie