Lezersrecensie
Een uitstekend boek dat een betere uitgave verdiende
Eerst het goede nieuws, en het goede nieuws is echt heel goed. 'Zilt' smaakt naar meer, Jules Engelbert voegt iets moois en interessants toe aan het Nederlandse literaire misdaadlandschap.
Een middelbaar echtpaar wordt dood aangetroffen in hun villa in het Kennemer dorpje Spanjersberg aan de rand van de duinen. Niet veel later wordt de dochter van hun nog rijkere buren vermist. Hoofdinspecteur Tonne Traaven en zijn kersverse partner Fidan Keent Ripperd hebben al gauw door dat de twee zaken met elkaar te maken hebben. Naarmate ze dieper graven, wordt het onderzoek steeds complexer, en ontdekken ze stap voor stap dat een groepje van zes vrienden, drie stelletjes, en wat er veertig jaar geleden tussen die vrienden is gebeurd, centraal staat in beide zaken.
Met 'Zilt' heeft Jules Engelbert een roman afgeleverd die zich moeilijk in een hokje laat passen. Het is een klassieke police procedural, waar het boek nauwgezet de stappen van Traaven en Keent Ripperd volgt, in de beste traditie van de Angelsaksische Whodunnits en de Duitse Krimis. In de flashbacks naar de vriendengroep ademt het boek op prettige wijze de geest van de klassieke Nederlandse jeugdromans uit de eerste helft van de vorige eeuw, een effect wat nog wordt versterkt door de ongebruikelijke, maar ontegenzeglijk Nederlandse namen van alle personages. In de uitwerking van de karakters en hun relaties balanceert 'Zilt' tussen roman en psychologische thriller. En in de nauwgezet geconstrueerde, slimme plot zou ik 'Zilt' zelfs 'gewoon' een thriller kunnen noemen, als dat label het boek niet teveel in een hokje zou persen.
De ondertitel 'Anatomie van een moord' dekt de lading misschien nog wel het beste. Want dat is wat Engelbert hier eigenlijk presteert: hij doet een gedetailleerde lijkschouwing, niet op de lijken, maar op de levens van de slachtoffers, hun relaties, hun verleden, en de geheimen en verlangens die alles hebben bepaald, nu en veertig jaar geleden. Met name in de flashbacks, die uiteindelijk maar één septemberdag beslaan, gaat Engelbert welhaast chirurgisch te werk. Veel van het werk hiervoor doet Engelbert in de hoofden van de personages, maar hij schrijft ook ijzersterke dialogen; zo praten mensen écht met elkaar. En de omgeving waar het zich afspeelt, het duingebied ten noorden en zuiden van het Noordzeekanaal, komt zo levendig voor het voetlicht dat dit bijna een extra personage wordt.
Stilistisch leest 'Zilt' heerlijk weg, het proza draagt een kalme alledaagsheid die je als lezer meevoert in de levens van de personages, en die de spanning als een subtiele onderstroom opbouwt.
Hier en daar is die kalmte doorgeschoten ten koste van het tempo van het verhaal, terwijl de ontknoping aan het eind naar mijn smaak juist te snel en te netjes wordt opgedist. En had het verhaal echt die wendingen aan het eind allemaal nodig? Voor mijn gevoel wringt en botst dat zelfs met de 400 pagina's daarvoor. Maar dat zijn zaken die in het redactieproces bij de uitgever eenvoudig kunnen worden opgelost en gladgestreken.
Heel jammer dat dat niet lijkt te zijn gebeurd.
Want dat is het slechte nieuws. Puntje bij paaltje maakt het boek een ongepolijste indruk. Naast de inhoudelijke punten die ik hierboven al noemde, herhaalt het proza zichzelf op allerlei niveau's te vaak, en zou het baat hebben gehad bij ingrepen in tempo en lengte. Het telt nu 437 pagina's, en ik denk dat het een (nog) beter boek was geweest in 380.
Bovendien, en dat is mijn grootste probleem ermee, wemelt het echt van de fouten. Af en toe worden namen verwisseld, regelmatig zijn woorden weggevallen, op veel plaatsen lijkt willekeurig cursivering te zijn toegepast. En de interpunctie is echt een drama. Heel veel ontbrekende vraagtekens, maar vooral bijna elke pagina vermiste of juist overbodige aanhalingstekens, waardoor de dialogen een soort puzzel zijn geworden. Het is alsof Engelbert zijn manuscript heeft ingeleverd, en de uitgever het vervolgens liefdeloos in het omslag heeft geduwd.
Ik geef 'Zilt' 4**** voor Jules Engelbert en 2** voor de uitgever. Ik hoop dat Engelberts volgende boeken met meer aandacht worden uitgegeven.
Een middelbaar echtpaar wordt dood aangetroffen in hun villa in het Kennemer dorpje Spanjersberg aan de rand van de duinen. Niet veel later wordt de dochter van hun nog rijkere buren vermist. Hoofdinspecteur Tonne Traaven en zijn kersverse partner Fidan Keent Ripperd hebben al gauw door dat de twee zaken met elkaar te maken hebben. Naarmate ze dieper graven, wordt het onderzoek steeds complexer, en ontdekken ze stap voor stap dat een groepje van zes vrienden, drie stelletjes, en wat er veertig jaar geleden tussen die vrienden is gebeurd, centraal staat in beide zaken.
Met 'Zilt' heeft Jules Engelbert een roman afgeleverd die zich moeilijk in een hokje laat passen. Het is een klassieke police procedural, waar het boek nauwgezet de stappen van Traaven en Keent Ripperd volgt, in de beste traditie van de Angelsaksische Whodunnits en de Duitse Krimis. In de flashbacks naar de vriendengroep ademt het boek op prettige wijze de geest van de klassieke Nederlandse jeugdromans uit de eerste helft van de vorige eeuw, een effect wat nog wordt versterkt door de ongebruikelijke, maar ontegenzeglijk Nederlandse namen van alle personages. In de uitwerking van de karakters en hun relaties balanceert 'Zilt' tussen roman en psychologische thriller. En in de nauwgezet geconstrueerde, slimme plot zou ik 'Zilt' zelfs 'gewoon' een thriller kunnen noemen, als dat label het boek niet teveel in een hokje zou persen.
De ondertitel 'Anatomie van een moord' dekt de lading misschien nog wel het beste. Want dat is wat Engelbert hier eigenlijk presteert: hij doet een gedetailleerde lijkschouwing, niet op de lijken, maar op de levens van de slachtoffers, hun relaties, hun verleden, en de geheimen en verlangens die alles hebben bepaald, nu en veertig jaar geleden. Met name in de flashbacks, die uiteindelijk maar één septemberdag beslaan, gaat Engelbert welhaast chirurgisch te werk. Veel van het werk hiervoor doet Engelbert in de hoofden van de personages, maar hij schrijft ook ijzersterke dialogen; zo praten mensen écht met elkaar. En de omgeving waar het zich afspeelt, het duingebied ten noorden en zuiden van het Noordzeekanaal, komt zo levendig voor het voetlicht dat dit bijna een extra personage wordt.
Stilistisch leest 'Zilt' heerlijk weg, het proza draagt een kalme alledaagsheid die je als lezer meevoert in de levens van de personages, en die de spanning als een subtiele onderstroom opbouwt.
Hier en daar is die kalmte doorgeschoten ten koste van het tempo van het verhaal, terwijl de ontknoping aan het eind naar mijn smaak juist te snel en te netjes wordt opgedist. En had het verhaal echt die wendingen aan het eind allemaal nodig? Voor mijn gevoel wringt en botst dat zelfs met de 400 pagina's daarvoor. Maar dat zijn zaken die in het redactieproces bij de uitgever eenvoudig kunnen worden opgelost en gladgestreken.
Heel jammer dat dat niet lijkt te zijn gebeurd.
Want dat is het slechte nieuws. Puntje bij paaltje maakt het boek een ongepolijste indruk. Naast de inhoudelijke punten die ik hierboven al noemde, herhaalt het proza zichzelf op allerlei niveau's te vaak, en zou het baat hebben gehad bij ingrepen in tempo en lengte. Het telt nu 437 pagina's, en ik denk dat het een (nog) beter boek was geweest in 380.
Bovendien, en dat is mijn grootste probleem ermee, wemelt het echt van de fouten. Af en toe worden namen verwisseld, regelmatig zijn woorden weggevallen, op veel plaatsen lijkt willekeurig cursivering te zijn toegepast. En de interpunctie is echt een drama. Heel veel ontbrekende vraagtekens, maar vooral bijna elke pagina vermiste of juist overbodige aanhalingstekens, waardoor de dialogen een soort puzzel zijn geworden. Het is alsof Engelbert zijn manuscript heeft ingeleverd, en de uitgever het vervolgens liefdeloos in het omslag heeft geduwd.
Ik geef 'Zilt' 4**** voor Jules Engelbert en 2** voor de uitgever. Ik hoop dat Engelberts volgende boeken met meer aandacht worden uitgegeven.
1
Reageer op deze recensie