Zolang de muziek draait, moet je dansen
Deze in de financiële wereld befaamde en gevleugelde uitspraak zegt veel over de mentaliteit van de mensen die erin wonen en werken. In het financiële hart van Europa, de City in Londen, is het althans de verplichte mentaliteit die door het bankensysteem wordt opgelegd. Want wanneer je hier succesvol wilt zijn, dan zul je bereid moeten zijn om door te werken zonder er ooit bij neer te vallen. En je moet vooral geld verdienen voor de bank waarvoor je werkt, veel geld, op zijn minst het vooraf gestelde budget. Je prestaties kunnen je enerzijds aanzien geven, of anderzijds in negatieve zin je lot bepalen. Het eerste wordt meestal beloond met, juist ja… geld en promotie. Het laatste betekent meestal het einde van de reis, hoewel ontslag altijd op de loer ligt, want de City is een wereld van Zero Job Security en kent een code of silence. Als journalist en antropoloog Joris Luyendijk (1971) iets duidelijk maakt met Dit Kan Niet Waar Zijn is dat wel dat veruit de meeste bankiers net mensen zijn, waarbij net zoals in het dierenrijk de sterken vaak overleven en de zwakken snel afvallen. Maar zo gestroomlijnd als deze selectie in natuur werkt, zo ondoorzichtig zijn de criteria hiervoor in de bankenwereld. Luyendijk spreekt niet voor niets over een "Eilandenrijk in de mist".
Voor Luyendijk (Een Goede Man Slaat Soms Zijn Vrouw, 1998; Het Zijn Net Mensen, 2006; Je Hebt Het Niet Van Mij, Maar…, 2010) ging een journalistieke droom in vervulling toen hij in de zomer van 2011 gevraagd werd om voor kwaliteitskrant The Guardian een blog over de financiële wereld van de Londense City te gaan bijhouden, vanuit antropologisch perspectief. Hiervoor interviewde hij, nadat het balletje na een stroef begin was gaan rollen, uiteindelijk zo’n 200 mensen uit de financiële wereld over de crisis van het najaar van 2008. Mede als gevolg van de populariteit van het blog, waarop ook mensen uit de City veelvuldig (anoniem) reageerden en meediscussieerden, mondden deze interviews uiteindelijk uit in een boek, waarvan de inhoud vanwege het dynamische en complexe karakter van het onderwerp overigens regelmatig werd aangepast.
In VPRO Boeken (22-02-2015) legt Luyendijk de directe aanleiding van de crisis zelf zeer beknopt en duidelijk uit: "Banken maakten grotere verliezen dan hun buffers". In zijn boek legt hij aan de hand van verschillende interviews uit hoe dit kon gebeuren. Mensen leenden meer dan hun draagkracht, vooral in Engeland en de Verenigde Staten. Hypotheken werden versleuteld en doorverkocht als zogeheten ‘complexe bancaire producten’, waardoor er uiteindelijk geen grip meer was op het risico. Maar niet alleen de producten waren ondoorzichtig geworden; ook de interne structuren van banken deugden niet (een wereld vol competitie, minachting, angst, egoïsme, disfunctionaliteit en belangenverstrengeling zo blijkt uit de verhalen). Toen Lehman Brothers in september 2008 haar faillissement aan moest vragen, gingen vele andere financiële instellingen in de val mee waardoor de beurs plotsklaps instortte. Uiteindelijk is een complete implosie van het wereldwijde economische systeem volgens experts ternauwernood voorkomen doordat de rente kunstmatig laag gemaakt werd en de belastingbetaler alle schulden op korte termijn garandeerde.
Ondanks het feit dat Luyendijk uiteindelijk geen oplossing aandraagt voor de vele problemen, geeft zijn onderzoek wel degelijk een uniek kijkje in de keuken van de City. Hoewel hij slechts een klein deel van de mensen geïnterviewd heeft, onderschrijven de verklaringen en verhalen elkaar, waardoor aangenomen kan worden dat een reëel beeld geschetst wordt van de problemen in de bankenwereld. Deze wijze van onderzoek is niet per se wetenschappelijk, maar wel journalistiek verantwoord. De soms onthutsende ‘inside stories’ zorgen voor een buitengewoon boeiend boek, dat bovendien helder van stijl is. Optimistisch kan de conclusie van Dit Kan Niet Waar Zijn echter niet genoemd worden en een oplossing lijkt, zonder kans op een volledige (door politici aangestuurde) herstructurering van het systeem, vooralsnog ver weg. Een nieuwe, wellicht desastreuzere, implosie van de beurs kan volgens Luyendijk ieder moment weer ontstaan, omdat het systeem niet wezenlijk veranderd is. Tot die tijd moeten we maar dansen zolang de muziek draait.
Reageer op deze recensie