Lezersrecensie
Grand hotel Europa, Gas geven op de doodlopende weg van het massatoerisme
Ik ben altijd een beetje wantrouwig tegenover hypes. Het is om deze reden dat ik gehypte boeken altijd even laat liggen voordat ik ze lees. Dit is ook het geval met Grand. Hotel Europa dat enkele jaren geleden gehypt werd. Nu het stof weer wat is neergedaald vind ik het het juiste moment om het te lezen en hier te bespreken. Na wat afstand moet ik constateren dat het boek niet alleen veel aandacht kreeg maar die ook verdiende. Maar waar gaat het boek eigenlijk over? De decadentie?? Nostalgie?. Een filosofische beschouwing? Of een liefdesverhaal?. Het is inderdaad allesomvattend en dat maakt het juist zo knap. Zonder spoilers kun je het verhaal als volgt samenvatten.
De schrijver neemt zijn intrek in het in verval geraakte Grand-Hotel Europa ( what’s in a name )om zijn mislukte relatie met Clio te reconstrueren en er een boek over te schrijven. Met haar verhuist hij van Genua naar Venetië, omdat zij daar – eindelijk – een baan heeft kunnen vinden als kunsthistorica, gespecialiseerd in Caravaggio. Samen gaan ze op zoek naar een verloren schilderij van Carvaggio. Maar zijn hoofdopdracht is daar een boek te schrijven over toerisme. Als raamwerk dienen de ( vaak diepgaande) gesprekken met zijn medegasten en hotelpersoneel.
Toerisme verbroedering of verloedering?
Bij Pfeijffer valt de keuze tussen toerisme als verbroedering of verloedering duidelijk in het voordeel van het laatste uit.
Door de gemakkelijke bereikbaarheid van toeristische bestemmingen door goedkope vliegreizen is het ervaren van andere culturen voor iedereen bereikbaar geworden. Dit heeft niet tot “ verbroedering” geleid maar eerder tot het tegendeel. Een mooi citaat maakt dat heel duidelijk:
“ Een van minimale intelligentie gespeende plebejer die een standbeeld van Orazio Marinali ruïneert omdat hij de gevel van de Santa Maria di Nazareth beklimt om een selfie te maken, had zich in vroegere, elegantere tijden waarschijnlijk geen ticket naar Venetië kunnen veroorloven”
Het is echter geen tirade tegen massatoerisme omdat Pfeijffer steeds oog blijft houden voor de bijna dialectische karakter dat enerzijds schept en anderzijds vernietigt.
Een prachtig citaat hierover
“ Terwijl toeristen bovenal op zoek zijn naar een authentieke ervaring, veroorzaakt hun aanwezigheid een teloorgang van de authenticiteit die ze begeren. Of die authenticiteit wordt op een weinig authentieke wijze speciaal voor hen gecreëerd. Toerisme vernietigt datgene waardoor het wordt aangetrokken. Dat vind ik in al zijn tragiek een uiterst fascinerend verschijnsel.”
Een briljante zet in dit boek is dan ook het massatoerisme te contrasteren met de vluchtelingenproblematiek in de vorm van “ bel boy” Abdul die “via via” een baantje in hotel Europa heeft bemachtigd. Voor zowel het toerisme alsook de vluchtelingen geldt dat het aantal “ Een vluchteling is een broeder maar honderdduizend vluchtelingen zijn een bedreiging. “Pfeijffer toont aan dat dat ook voor toeristen geldt.Hij benoemt ook duidelijk de dubbele moraal van de gastvrijheid voor migranten die geld komen uitgeven en de ongastvrijheid tegenover hen die ( noodgedwongen) hier geld willen verdienen.
Verleden , vergane glorie of nostalgie?
Een ander hoofdthema is het verleden.Toerisme is exploitatie van het verleden.Er is volgens de auteur zoveel verleden dat er voor de toekomst geen plek meer is. Het gevaar ligt volgens Pfeijffer in de nostalgie die de klokken wil terugdraaien naar een tijd waarin de hedendaagse problemen niet bestonden. Onvrede en angsten worden uitvergroot om vervolgens een nostalgisch verleden dat vooral door extreem rechts als een oplossing gepresenteerd wordt. Hier heeft het boek raakpunten met het door Bookerprize winnaar Gospodinov geschreven. : “ Schuilplaats voor andere tijden”
Het hotel in de roman is de plaats van handeling voor vele beschouwingen tussen Ilja “ bel boy “ Abdul de traditionele “ major domus” en andere gasten. Het is zelf symbool voor vergane glorie, maar een vergane glorie die de gasten koesteren en de plannen van de nieuwe Chinese eigenaar deze “ vergane glorie in te wisselen voor Chinese “ edelkitsch” kunnen dan ook op weerstand rekenen.Een invasie van Chinese toeristen en het hotel als symbool van het oude Europa in Chinese handen dat is een zeer realistisch maar ook zorgwekkend perspectief in deze geweldige roman die geheel in stijl prachtig geschreven is in mooi, precies taalgebruik met soms een vleugje latijn in een stijl die soms doet terug verlangen naar vervlogen tijden maar nooit ontspoort of elitair aandoet. Behalve dat dit boek je scherp houdt en tot nadenken stemt is het een plezier om te lezen.
De schrijver neemt zijn intrek in het in verval geraakte Grand-Hotel Europa ( what’s in a name )om zijn mislukte relatie met Clio te reconstrueren en er een boek over te schrijven. Met haar verhuist hij van Genua naar Venetië, omdat zij daar – eindelijk – een baan heeft kunnen vinden als kunsthistorica, gespecialiseerd in Caravaggio. Samen gaan ze op zoek naar een verloren schilderij van Carvaggio. Maar zijn hoofdopdracht is daar een boek te schrijven over toerisme. Als raamwerk dienen de ( vaak diepgaande) gesprekken met zijn medegasten en hotelpersoneel.
Toerisme verbroedering of verloedering?
Bij Pfeijffer valt de keuze tussen toerisme als verbroedering of verloedering duidelijk in het voordeel van het laatste uit.
Door de gemakkelijke bereikbaarheid van toeristische bestemmingen door goedkope vliegreizen is het ervaren van andere culturen voor iedereen bereikbaar geworden. Dit heeft niet tot “ verbroedering” geleid maar eerder tot het tegendeel. Een mooi citaat maakt dat heel duidelijk:
“ Een van minimale intelligentie gespeende plebejer die een standbeeld van Orazio Marinali ruïneert omdat hij de gevel van de Santa Maria di Nazareth beklimt om een selfie te maken, had zich in vroegere, elegantere tijden waarschijnlijk geen ticket naar Venetië kunnen veroorloven”
Het is echter geen tirade tegen massatoerisme omdat Pfeijffer steeds oog blijft houden voor de bijna dialectische karakter dat enerzijds schept en anderzijds vernietigt.
Een prachtig citaat hierover
“ Terwijl toeristen bovenal op zoek zijn naar een authentieke ervaring, veroorzaakt hun aanwezigheid een teloorgang van de authenticiteit die ze begeren. Of die authenticiteit wordt op een weinig authentieke wijze speciaal voor hen gecreëerd. Toerisme vernietigt datgene waardoor het wordt aangetrokken. Dat vind ik in al zijn tragiek een uiterst fascinerend verschijnsel.”
Een briljante zet in dit boek is dan ook het massatoerisme te contrasteren met de vluchtelingenproblematiek in de vorm van “ bel boy” Abdul die “via via” een baantje in hotel Europa heeft bemachtigd. Voor zowel het toerisme alsook de vluchtelingen geldt dat het aantal “ Een vluchteling is een broeder maar honderdduizend vluchtelingen zijn een bedreiging. “Pfeijffer toont aan dat dat ook voor toeristen geldt.Hij benoemt ook duidelijk de dubbele moraal van de gastvrijheid voor migranten die geld komen uitgeven en de ongastvrijheid tegenover hen die ( noodgedwongen) hier geld willen verdienen.
Verleden , vergane glorie of nostalgie?
Een ander hoofdthema is het verleden.Toerisme is exploitatie van het verleden.Er is volgens de auteur zoveel verleden dat er voor de toekomst geen plek meer is. Het gevaar ligt volgens Pfeijffer in de nostalgie die de klokken wil terugdraaien naar een tijd waarin de hedendaagse problemen niet bestonden. Onvrede en angsten worden uitvergroot om vervolgens een nostalgisch verleden dat vooral door extreem rechts als een oplossing gepresenteerd wordt. Hier heeft het boek raakpunten met het door Bookerprize winnaar Gospodinov geschreven. : “ Schuilplaats voor andere tijden”
Het hotel in de roman is de plaats van handeling voor vele beschouwingen tussen Ilja “ bel boy “ Abdul de traditionele “ major domus” en andere gasten. Het is zelf symbool voor vergane glorie, maar een vergane glorie die de gasten koesteren en de plannen van de nieuwe Chinese eigenaar deze “ vergane glorie in te wisselen voor Chinese “ edelkitsch” kunnen dan ook op weerstand rekenen.Een invasie van Chinese toeristen en het hotel als symbool van het oude Europa in Chinese handen dat is een zeer realistisch maar ook zorgwekkend perspectief in deze geweldige roman die geheel in stijl prachtig geschreven is in mooi, precies taalgebruik met soms een vleugje latijn in een stijl die soms doet terug verlangen naar vervlogen tijden maar nooit ontspoort of elitair aandoet. Behalve dat dit boek je scherp houdt en tot nadenken stemt is het een plezier om te lezen.
4
Reageer op deze recensie