Overdosis aan zware thema’s
De 83-jarige Margot hing half in de afvalbak van het ziekenhuis en graaide er stiekem een envelop uit, toen ze de 17-jarige Lenni voor het eerst ontmoette. Lenni is opgenomen in het ziekenhuis op de afdeling palliatieve zorg. Ze vindt geen aansluiting bij haar leeftijdgenoten die nog een heel leven voor zich hebben. Ze vraagt of ze zich mag aansluiten bij een groepje ouderen in het nieuwe knutsellokaal, en daar ontmoet ze opnieuw Margot, die ook is opgenomen in het ziekenhuis. Ze hebben een klik. Omdat ze samen honderd jaar zijn, besluiten ze honderd schilderijen van hun leven te maken. Waarom?
‘We willen dat de mensen ons kennen, ons verhaal kennen, dat ze weten wie we zijn en wie we zullen worden. En als we er niet meer zijn, dat ze weten wie we waren.’
Aan de hand van de schilderijtjes die ze maken, vertellen ze elkaar over belangrijke gebeurtenissen in hun leven en hun verschillende achtergrond. Zo leren ze elkaar kennen. Het leidt tot een overvloed aan korte verhalen, niet altijd in chronologische volgorde, die steeds worden afgewisseld door gebeurtenissen in het heden. De zeer korte hoofdstukken en het loslaten van de chronologie in de flashbacks zorgen ervoor dat je in het begin minder goed in het verhaal komt en de hoofdpersonen minder goed leert kennen. In een hoog tempo worden er hele grote thema’s aangesneden zoals terminale ziekte op jonge leeftijd, vriendschap, zingeving, diversiteit, dementie, verlies van een kind, ontrouw, dierenproeven, een disfunctioneel gezin, oorlogstrauma’s, eenzaamheid en nog veel meer. Aan het eind van de roman gaat het tempo wat omlaag, wordt er meer uitgediept en verhaallijnen aan elkaar geregen zodat het einde bevredigend is. Ook kom je erachter waarom Margot aan het begin van het boek zoveel moeite deed om die envelop uit de afvalbak te vissen.
Omdat Margot en Lenni wel elkaar hun verhaal vertellen maar Cronin hen nauwelijks ruimte geeft om er met elkaar over te praten, komen de karakters en hun voorgeschiedenis minder goed uit de verf. Het leidt er zelfs toe dat de vriendschap tussen Margot en Lenni minder is uitgediept dan de vriendschap die Lenni met anderen in het ziekenhuis sluit zoals met de kapelaan van het ziekenhuis, Father Arthur. Hem vraagt ze bij haar eerste bezoek aan de ziekenhuiskapel al, waarom ga ik dood? Dan is er voor Father Arthur geen ontsnappen meer en ontstaat meteen een echt gesprek tussen hen, hoewel Lenni het aanvankelijk soms toch weer oppervlakkig wil houden. De vriendschap en genegenheid die tussen hen ontstaat voel je snel, net als de vriendschap tussen Lenni en de nieuwe zuster, die menselijker omgaat met de ziekenhuisregels en snel een zwak heeft voor Lenni. De gebeurtenissen in het ziekenhuis zijn vooral geschreven vanuit het perspectief van Lenni. Het heeft een enigszins ironische ondertoon die past bij haar verzet tegen de gevolgen van haar ziekte.
De honderd jaar van Lenni en Margot is de debuutroman van Marianne Cronin, vertaald uit het Engels door Marion Drolsbach. De ontroerende insteek van het boek raakt helaas wat ondergesneeuwd in het te grote aantal korte flashbacks uit het leven van Margot en Lenni en de overdosis aan zware thema’s.
Reageer op deze recensie