De Genesissleutel is meer dan alleen een thriller
De Genesissleutel is het tweede deel van de 'Zuid-Amerika'-trilogie van Jeroen Windmeijer. De Nederlandse toeristengids Angel en zijn Peruaanse collega Luz maken een proefvlucht over de woestijn in Peru. Het gebied is bekend vanwege de Nazca-tekeningen. Tijdens de vlucht ontdekken ze een man die duidelijk hulp zoekt. Na een pittige landing weten ze de man te bereiken en brengen ze hem naar het dichtstbijzijnde vliegveld. Als de man is meegenomen door het ambulancepersoneel, ontdekken ze een klein, zwart notitieboekje dat is achtergebleven in de Cessna. Dit boekje vormt het begin van een spannend verhaal waarin Angel en Luz ongevraagd de hoofdrollen gaan vervullen.
Zoals de liefhebbers van de boeken van Windmeijer gewend zijn, lopen feit en fictie al vanaf de eerste pagina door elkaar heen. Vooral in het begin van het boek is de informatiedichtheid groot en heb je als lezer misschien de neiging om het internet veelvuldig te raadplegen om de feiten te checken. De proloog is in de vorm van een nieuwsuitzending, die nogal vervreemdend werkt. Blijkbaar zag de auteur geen andere manier om een deel van de achtergrond te schetsen. Jammer, want het zorgt ervoor dat het verhaal niet direct lekker op gang komt. Gelukkig maakt Windmeijer dat al snel goed en wordt het lastig om het boek weg te leggen.
De Nazca-tekeningen zijn eeuwenoud. Ogenschijnlijk zijn het willekeurige lijnen, maar als je het gebied van bovenaf bekijkt, zie je dat er wel degelijk orde in is aangebracht. Het is de vraag wie deze tekeningen heeft gemaakt en wat de bedoeling ervan is. Is er wellicht nog meer? Hebben we alles wel gezien of beter: willen we alles wel (laten) zien? Padre Tomas, van het nabijgelegen klooster, heeft in ieder geval redenen om op zoek te gaan naar zaken die tot dusverre aan het oog onttrokken werden. Zijn aantekeningen maakt hij in een klein, zwart notitieboekje: het boekje dat later teruggevonden wordt in het vliegtuigje. Al snel blijkt dat er meerdere mensen zijn die erg geïnteresseerd zijn in het boekje van Padre Tomas.
'In het begin schiep God de hemel en de aarde', lezen we in Genesis. Maar wat als er nu eens meer goden waren, zoals het woord 'Elohim' in het Hebreeuws aangeeft? Is het opzettelijk 'verkeerd' vertaald? Is er meer dan dat wij denken? Als zelfs de gelovigen gaan twijfelen aan het aloude verhaal, wat moeten we dan nog geloven? Met dit verhaalgegeven koppelt de auteur het Bijbelverhaal aan een alternatief plot waarin het buitenaardse een rol speelt. Indiana Jonesachtige taferelen in onderaardse gangen maken De Genesissleutel tot een spannend en meeslepend boek, waarin de twijfel aan alles wat je zeker dacht te weten, steeds verder toeslaat.
Door de relatief korte hoofdstukken lees je het boek vlot weg. Tussen de hoofdstukken wisselen perspectief en verhaallijn, waardoor de spanning goed blijft hangen. Doordat ieder hoofdstuk een eigen mini-cliffhanger heeft, wil je niets liever dan doorlezen. Het is duidelijk dat de auteur de technieken rond spanningsopbouw bijzonder goed in de vingers heeft. Daarbij weet hij, zoals opgemerkt, veel informatie in zijn verhaal te verwerken zonder dat het verhaal gaat lijken op een Wikipediapagina. Met een flink aantal Spaanstalige zinnen (die ook direct vertaald worden) weet hij ook nog op een mooie manier een couleur locale aan te brengen. Aan het eind van het boek heeft de lezer niet alleen een aantrekkelijk verhaal gelezen, maar heeft deze ook ongemerkt een stukje cultuur opgedaan. En dat laatste maakt dat De Genesissleutel een gewone thriller met gemak overstijgt.
Reageer op deze recensie