Meijer vertilt zich aan eco-thriller
Een Engelse journaliste, Janet, is afgereisd naar het Midden-Amerikaanse Koraalboom om daar een artikel te schrijven over een nieuwe rivier, die daar plotsklaps in een kurkdroog gebied is ontstaan. Dan wordt sojaboer Frys, die zijn soja naast de rivier verbouwt, dood aangetroffen. Hij is vermoord, dat is wel duidelijk. Janet had de boer de dag ervoor geïnterviewd voor haar artikel. Ze besluit op onderzoek uit te gaan om een veel groter artikel te kunnen schrijven. Intussen proberen twee plaatselijke agenten de moord op de boer op te lossen. Tijdens haar onderzoekswerk komt Janet blijkbaar te dicht bij de waarheid.
De nieuwe rivier is de nieuwste roman van Eva Meijer. De beeldend kunstenaar, singer-songwriter, filosoof en auteur probeert in dit boek heel veel tegelijk te vertellen. Hoewel ze heel goed weet te schakelen van het ene personage naar het andere, doet het boek wat chaotisch aan. Er is een bonte allerlei van thematiek: klimaatverandering, de nasleep van een corrupt regime, het verlies van mythes en oude verhalen, de eindigheid van de wetenschap en dan ook nog een onopgeloste moord. Daarbij is het verhaal ook een wonderlijk palet van allerlei (geslaagde en minder geslaagde) schrijfstijlen. Logisch, want de lezer moet schakelen tussen de tekst van Janet, de gedichten van Frys en de verhaaltekst. Het maakt het allemaal niet overzichtelijk en misschien heeft de auteur zich aan dit boek een beetje vertild.
Enerzijds is De nieuwe rivier een simpele whodunnit, waarin op een moord meer of minder niet wordt gekeken. Dat maakt het boek spannend en onderhoudend genoeg, al zijn de verwijzingen naar de dood te nadrukkelijk aanwezig. Zo lezen we al op pagina 31 over 'de hand des doods', ontdekken we kort daarna: 'Taal bindt de doden aan de levenden,' lezen we verderop opnieuw over die 'hand des doods' en krijgen we te maken met de 'lantaarn van de duivel.' Meijer is in ieder geval niet van plan om veel aan de fantasie van de lezer over te laten. Wat dit deel van het verhaal ook minder sterk maakt, is de ongeloofwaardigheid. Welke rechercheurs die een moord onderzoeken, vinden het prima dat een journaliste zich met de zaak bemoeit? Waarom gaat Rafel zo gemakkelijk mee in haar onderzoek? En alles wat er gebeurt in een Harry Potterachtige bibliotheek, waar kasten bewegen en boeken ineens tevoorschijn komen?
Anderzijds is het verhaal een ‘eco-story’. De lezer moet ervaren dat we over de grenzen gaan als het gaat om de manier waarop we met onze aarde omspringen. Een dringende boodschap, die echter veel te nadrukkelijk wordt neergezet door zowel Janet als Rafel. Hierdoor ontstaan Wikipedia-achtige tekststukken, zoals in hoofdstuk zes, waarin Rafel zijn kennis deelt over stroomgebieden. Saai en het leest als een aardrijkskundeboek. Janet kan niet nalaten regelmatig het belerende vingertje te heffen:
'Het is geen wonder dat de vooroudergeesten pissig zijn. De mensen in dit gebied hebben alles verkwanseld voor de grijpstuiver, de natuur en dan vooral de bossen, inclusief de waarde die ze daaraan toekenden, de verhalen, en dat allemaal voor de illusie van voorspoed, een leven dat helemaal niet rijker is dat het was, hoewel het natuurlijk vooruitgang is dat ze niet meer aan de haakwormen sterven.'
De beide verhalen worden afgewisseld met de poëzie van Frys. Dit zijn misschien wel de sterkste stukken uit het boek. Waar grote delen uit het boek nogal kinderlijk taalgebruik laten zien (korte zinnen, veel details, weinig lastige woorden), springen deze delen eruit door de mooie zinnen en de bijzondere sfeer die daardoor ontstaat. Het zorgt ervoor dat de lezer, ondanks de vele minpunten, toch blijft doorlezen.
Na meer dan 300 pagina's raakt het verhaal in een versnelling. Dit deel van het boek is ronduit slecht geschreven. Het verhaal lijkt wordt afgeraffeld en het leest als een samenvatting van een scholierenwebsite. Ternauwernood worden de hoofdpersonages gered uit een brandende boshut. 'De bijna verbrande mensen staan er een beetje verloren bij.' Tja, begrijpelijk. Maar totaal onbegrijpelijk is dat ze daarna gewoon in hun auto's stappen om naar huis te rijden en thuis onder een dekentje in slaap vallen. Dat gelooft toch niemand? Het derde deel vormt de ontknoping van de whodunnit. De echt kritische lezers zijn dan waarschijnlijk al afgehaakt.
Reageer op deze recensie