De herinnering is vaak mooier
Onlangs verscheen het boekje Langs het pad naar de tempel van Hans van den Pol, over de zanger Cornelis Vreeswijk ((1937-1987).
Het nieuwjaarsconcert van 1986 vormde een keerpunt in de carrière van Vreeswijk. Langs het pad naar de tempel speelt zich af op deze avond. Vreeswijk is onderweg naar een oude geliefde Ann-Katrin, waar hij Oudejaarsavond zal doorbrengen. Achtenveertig is hij, aan lager wal geraakt en zijn carrière lijkt achter de rug. Als lezer voel je sympathie voor deze man, vroegoud door de zeer intensieve manier waarop hij zijn leven heeft geleefd en verre van gelukkig.
'Over liefde zingen, ja, daar had hij talent voor, over de liefde praten was een heel ander verhaal.'
De min of meer toevallige ontmoeting met een taxichauffeur laat hem een andere kijk op het leven zien.
Van den Pol weet in een klein boekje een prachtige beschrijving te geven van Cornelis Vreeswijk. Fictief, maar overtuigend en geloofwaardig. Geen levensverhaal, daarvoor is het boek te dun, maar wel veelzeggend. Warm en respectvol, waardoor je als lezer aan het eind toch het gevoel hebt dat je Vreeswijk beter hebt leren kennen. Knap hoe de auteur de essentie weet te vinden.
Het eerste hoofdstuk speelt in Santiago, in 1973. Pas later in het verhaal wordt duidelijk waarom dit hoofdstuk de opening van het boek is: het vormt de verbinding tussen de Chileense taxichauffeur Guillermo, een rasoptimist, en Vreeswijk, verbitterd en teleurgesteld in het leven. Guillermo heeft een soort van ontwapenende directheid over zich. Hoewel de mannen elkaar niet kennen, weet hij al snel door te dringen tot de diepste gedachten van Vreeswijk. Op die manier wordt Guillermo de aanjager van het verhaal en komen we dichterbij de gedachtewereld van Vreeswijk. Dan wordt duidelijk dat de zanger zich schuldig voelt over het feit dat hij mislukt is als vader. Dat hij niet eens meer naar zijn zoon Jack durft te gaan, bang om afgewezen te worden. En dat hij het gevoel heeft dat men hem afgedankt heeft. Dat maakt van de zanger een kwetsbare man.
De kracht van dit boek zit in de beschrijving van Vreeswijk en in de manier waarop dit beschreven wordt. Het verhaal is 'klein'. Eigenlijk draait het om iets heel alledaags: twijfelen aan jezelf en niet in staat zijn om veranderingen in gang te zetten. Van den Pol past zijn schrijfstijl aan op de thematiek: sober, korte zinnen, weinig drama. Vol respect beschrijft hij de tekortkomingen van Vreeswijk. Hoe de zanger moet vechten om de drank te laten staan. Wat hij moet voelen als hij bespot wordt. Nergens wordt hij een zielige oude man en dat is de verdienste van de auteur.
Soms lijkt het verhaal wat afgeraffeld, terwijl andere scenes uitgebreid beschreven zijn. Zo wordt het moment suprême – een optreden in het stadion, het keerpunt in de carrière – in vijf pagina's beschreven, terwijl de scene in de drankwinkel veel meer aandacht krijgt. Uiteindelijk blijft het bij de beschrijving van een avond en mag de lezer zelf uitzoeken of dit concert ook echt een keerpunt in de carrière is geworden. Lang heeft hij er in ieder geval niet van kunnen genieten, want twee jaar later overleed Vreeswijk.
Reageer op deze recensie