Hoe Odetta als een Joe Speedboot Vuchtelt veroverde
Met een Joe Speedbootachtige entree dendert Odetta het doorgaans zo rustige, ietwat ingeslapen Vlaamse stadje Vuchtelt binnen. Het is voorgoed gedaan met de rust, die slechts eens per drie jaar 'verstoord' wordt door de Hadewijchprocessie. Dan wordt het stadje overspoeld door gelovigen en toeristen uit de hele wereld, maar nu, een halfjaar voor de processie is het Odetta die ervoor zorgt dat alles in rep en roer raakt.
De komst van Odetta en haar invloed op de kleine samenleving van Vuchtelt wordt door Michiel Cox op een vermakelijke en onderhoudende manier beschreven in zijn debuutroman Messias van niks. De keuze voor Hadewijch, een begijn uit de twaalfde eeuw die prachtige gedichten en brieven heeft nagelaten, als achtergrond van het verhaal is daarbij boeiend, origineel en tot op zekere hoogte informatief. Om zijn vertelling neer te zetten kiest Cox voor een meervoudig perspectief. Afwisselend kijkt de lezer mee met journaliste Miriam, wierookverkoopster Jeannine, zelfbenoemd Hadewijchkenner Sven en de (stiekem) ongelovige pastoor.
Cox heeft de nadruk gelegd op de vertellers van het verhaal. Veel lezers zullen Jeannine herkennen: een ietwat zorgelijke vrouw, druk met haar eigen winkel, denkt veel maar spreekt niets uit, bang als ze is om ruzie te maken. Lid van het Hadewijchcomité en vooral een beetje burgerlijk. Ze is al jaren getrouwd met André die de laatste jaren zwijgt. Niet omdat hij niet meer praten kan, maar eerder uit koppige frustratie. Jeannine accepteert het: 'Woorden zijn water in een glas. Op een bepaald moment is het op.' Zij fungeert als spreekbuis van haar man, die zonder haar ook niet meer naar buiten gaat. De komst van Odetta zorgt ervoor dat ze langzaam maar zeker de grip op haar leven en haar man kwijtraakt.
De pastoor is de antagonist in het verhaal. Hij is de enige die zich openlijk verzet tegen de invloed van Odetta. Eigenlijk gelooft hij al lang niet meer in het bestaan van een God. Voor hem is God 'de menselijke fantasie', maar hij is naar eigen zeggen te laf om uit te treden. De pastoor heeft in het verhaal een geheel eigen woordgebruik, wat hem onderscheidt van de rest. Ook hij verliest meer en meer zijn invloed ten gunste van Odetta. Hij voorziet problemen als Odetta zich manifesteert als de Nieuwe Hadewijch: 'U bent een aandachttrekker, een messias van niks die haar eigen waanvoorstelling tot religie wil verheffen. Mensen zoals u verzieken de wereld, madame.’
De rol van Miriam lijkt klein, maar eigenlijk is zij de aanjager van het verhaal. Haar manipulaties van Odetta en de anderen zorgen ervoor dat Odetta het stadje in haar greep krijgt en dat de gebeurtenissen uiteindelijk uit de hand lopen. Net als Jeannine en de pastoor verliest ook Miriam de controle.
Sven is een buitenbeentje in het gezelschap. Een rasverteller, want hij begeleidt rondleidingen naar de Hadewijchgrot. Uiteraard niet voor iedereen: hij duldt geen oude en dikke mensen, geen luide vrouwen en geen Amerikanen. 'Je moet het waard zijn.' Zijn rol in het verhaal is niet helemaal duidelijk. Hij manipuleert, is grof en denigrerend, is respectloos naar alles en iedereen en 100% gericht op zijn impotentie. Zijn moeder noemt hem een sociopaat; de lezer zal hem vast en zeker kwalificeren als 'zwaar gestoord'. Toch zou het verhaal niet goed zonder zijn personage kunnen: met zijn ironische en over-de-topcommentaar biedt hij tegenwicht aan de serieuze toon van de rest van het boek.
Alle vier de hoofdpersonen geloven weinig van het verhaal van Odetta, maar toch doen ze allemaal op de een of andere manier met haar mee. Zijn ze bang voor haar? Hebben ze allemaal hun eigen agenda? Zijn ze met elkaar te zwak om weerstand te bieden aan een charismatische persoonlijkheid? Stap voor stap ontstaat er een heuse Odettasekte, met André als aanstichter. De Volgelingen kleden zich in een beige kleed en volgen Odetta naar de Hadewijchgrot waar ze haar aanhoren en toejuichen. De vier vertellers weten dan al dat dit niet goed kan aflopen. Ook de lezer heeft dat intussen bedacht. Mocht dat niet zo zijn: Cox laat niet na om veel te vaak een vooruitwijzing te doen naar de chaos die gaat komen. En dat is dan net dat ene minpuntje aan dit boek.
Reageer op deze recensie