Intrigerend, sfeervol en boeiend
Als kind bracht Johan Theorin zijn zomers door op Öland, een langwerpig eiland ten oosten van het Zweedse vasteland. Als volwassene laat hij er vier thrillers afspelen, in elk seizoen eentje. Na de herfst in Schemeruur, de winter in Nachtstorm en de lente in Steenbloed, is nu de zomer aan de beurt in Grafheuvel. De delen van deze Vier seizoenen van Öland zijn perfect afzonderlijk te lezen. Eén karakter, dat van de oude visser Gerlof, komt echter in elk boek terug, al dan niet prominent.
In Grafheuvel is Gerlof intussen vierentachtig en weer wat minder mobiel. Hij wisselt zijn verblijf in het bejaardenhuis af met periodes in zijn zomerhuisje. Zeker als zijn dochters nog geen vakantie hebben, komen er kleinkinderen bij hem logeren. De jongens amuseren zich perfect. Ze kunnen elke dag naar het strand om te zwemmen of te spelen met andere kinderen. Jonas Kloss is zo’n speelkameraadje. Hij brengt de zomer door op Öland met zijn papa Niklas en zijn oudere broer Mats. Ze logeren bij oom Kent en tante Victoria, de eigenaars van vakantiepark Ölandic Resort. Jonas ziet als een berg op tegen deze vakantie. Zijn broer Mats trekt op met twee oudere neven, en Jonas is op zichzelf aangewezen. Hij beseft dat hij een eenzame zomer tegemoet gaat.
Op een avond vaart hij moederziel alleen met een rubberbootje de Baltische zee op. Hij drijft af en wordt bijna overvaren door een vrachtboot. Hij overleeft het avontuur en klopt helemaal ontredderd aan bij Gerlof. Gerlof ontfermt zich over het rillende jongetje, maar kan geen touw vastknopen aan diens verhaal. De volgende morgen probeert Gerlof bij de autoriteiten meer te weten te komen over het schip dat Jonas zag, maar er zou geen schip geweest zijn. Vreemd. Het lijkt wel een spookverhaal, net zoals die gebeurtenis van lang geleden. Als veertienjarige jongen werkte Gerlof als doodgraver op een kerkhof. Bij de begrafenis van een verongelukte herenboer, Edvard Kloss, hoorde hij drie duidelijke klopjes vanuit het graf. De doodskist werd in allerijl terug boven gehaald... Meer dan een halve eeuw later breekt Gerlof zich nog af en toe het hoofd over wat toen gebeurde. Hij gelooft niet in bovennatuurlijke krachten, al zou je bijna geneigd zijn dat wel te doen. Wat hij zeker weet, is dat Edvard Kloss toen niet geliefd was, en zijn nakomelingen, de huidige eigenaars van Ölandic Resort, evenmin. Wat hij niet weet maar stilaan begint te vermoeden is dat iemand de familie Kloss dusdanig haat, dat hij die zomer naar Öland is gekomen om wraak te nemen.
Johan Theorin verweeft in Grafheuvel heden en verleden. Het verleden begint in de jaren 30 van de vorige eeuw. Vele Zweden wilden de armoede in eigen land verruilen voor de onbeperkte mogelijkheden van Amerika. De wraaknemer was zo’n emigrant. Zijn stiefvader nam hem mee en het jongetje in de wraaknemer zag zichzelf al sheriff worden. Het liep echter helemaal anders toen het duo als een soort werkslaven in het arbeidersparadijs terecht kwam. In onmenselijke omstandigheden hield de wraaknemer zich staande, maar gelukkig is hij bijna nooit geweest. Jaren later verwijt deze inmiddels oude man de familie Kloss zijn ongeluk en dat brengt het verhaal naar het heden. Het is bloedheet in Öland en het eiland wordt overstroomd door toeristen. Door middel van enkele personages vertelt Johan Theorin het verhaal. Deze stukjes van deze personages zijn elke keer redelijk kort, wat makkelijk leest en veel vaart in het verhaal brengt. Theorin bezondigt zich niet aan oordelen of interpretaties. Hij vertelt wat zijn personages beleven en laat de rest aan de lezer. Het maakt Grafheuvel tot een intrigerende, sfeervolle en boeiende thriller.
Reageer op deze recensie