Lezersrecensie
Schakel op tijd naar de juiste versnelling
Rust en regelmaat. Dat hebben hoogsensitieve personen nodig om lekker in hun vel te zitten. Álle hoogsensitieve personen? Nee. Een kleine groep blijft moedig weerstand bieden aan de overweldigende prikkels om hen heen en maakt het zichzelf hiermee bepaald niet gemakkelijk...
Vrij naar Asterix en Obelix is dit de dagelijkse strijd van drie op de tien hooggevoeligen. Een strijd die in feite zelfs nóg zwaarder is. Want niet alleen gaan deze hoogsensitieve "High Sensation Seekers" (HSS) prikkels niet uit de weg, ze zoeken ze zelfs op.
En dat is maar goed ook. Want zonder voldoende variatie en nieuwe uitdagingen vervalt het leven van een hoogsensitieve HSS al gauw in stagnatie en sleur. Met verveling als gevolg. En laat dát nou net z’n grootste vijand zijn, stelt HSP & HSS coach en trainer Saskia Klaaysen in haar boek "Prikkels bijten niet!" Hoogsensitieve HSS beschrijven de bijbehorende gemoedstoestand van hun belager volgens de auteur dan ook niet voor niets als: ‘je draai niet vinden, wachten, doelloos, zinloos, saai, oninteressant, lamlendig, hangen, de wachtstand, herhaling, sleur, onrustig, chagrijnig of te veel in je hoofd zitten.’ Prikkels mijden en rust nemen, de toverformule voor de niet-HSS onder de hooggevoeligen, werkt dan juist averechts en wekt onderprikkeling op.
Wie dit zusje van de breed bekende óverprikkeling niet kent, staat zeker niet alleen, zegt Klaaysen. ‘Over de mentaal-emotionele onderprikkeling en verveling die hoogsensitieve HSS […] ervaren is weinig literatuur te vinden. Regelmatig ontmoet ik hoogsensitieve personen die ervan overtuigd zijn dat ze overprikkeld zijn. Ze zijn immers moe, prikkelbaar en er komt weinig uit hun handen. Na enig doorvragen blijkt dat ze met een ander probleem zitten. Namelijk stress door chronische verveling.’
Daar uitkomen, is niet eenvoudig. Onderzoek toont namelijk aan, zo stelt Klaaysen, dat bij verveling het brein simpelweg niet in staat is over te gaan tot acties die nodig zijn om een taak te verrichten. Zaken plannen, organiseren en uitvoeren is onmogelijk. Eindeloos malen, daarentegen, kan je geest op zo’n moment als de beste. Dat voelt niet fijn en pijnverzachtend compensatiegedrag als snoepen, winkelen en gamen ligt op de loer.
Gelukkig geeft Klaaysen volop tips en tricks om dit gedrag te doorbreken en (weer) je authentieke zelf te zijn. Daartoe hakt ze het boek in drie delen. Het eerste deel verstrekt de lezer uitgebreide kennis over hoogsensitiviteit in het algemeen en hoogsensitieve HSS in het bijzonder. Dat laatste is dringend nodig, meent ze, want ‘naar hoogsensitieve HSS is nauwelijks onderzoek gedaan.’ Dus deed ze het in 2019 maar zelf. Met "Prikkels bijten niet!" als resultaat.
Dat er behoefte is aan meer (zelf)kennis van en voor hoogsensitieve HSS, zag ze toen ze haar geënquêteerden vroeg in te schatten welk type hoogsensitief persoon ze zijn: een prikkelvermijdende "Highly Sensitive Person" (HSP), waartoe 70 procent van de hooggevoelige populatie behoort, of een hoogsensitieve HSS, de overige 30 procent. Daarna legde ze de zelfinschatting naast de testuitslag en wat bleek? Maar liefst 42 op 100 ondervraagden wisten niet tot welke categorie ze hoorden of plaatsten zichzelf in de verkeerde. ‘Dit zijn zorgelijke cijfers,’ meent de auteur, ‘want het is van belang om goed op de hoogte te zijn van je eigenschappen. Met [het aldus verkregen] zelfbewustzijn kan je goed leven naar je bedrading, kwaliteiten en valkuilen.’
Voor de hoogbegaafden onder ons is het overigens een stuk eenvoudiger het juiste hokje aan te vinken. Van de 87 procent die hooggevoelig is (het landelijke percentage ligt op 20!) is nagenoeg iedereen een HSS. En de enkeling die tot de HSP-club behoort, heeft door zijn hoge intelligentie qua gedrag en behoeftes alsnog enorm veel baat bij de HSS-bestendige hand- en kunstgrepen waarmee deel twee van het boek is gevuld.
Met alle nieuw verworven kennis en kunde uit de voorgaande delen, leer je in deel drie hoe je de juiste voorwaarden kunt scheppen om volledig tot bloei te komen. ‘Regelmatig lees je dat hoogsensitieve HSS tegelijkertijd gas geven en remmen,’ citeert Klaaysen een veelgebruikte metafoor. Die klopt volgens haar echter niet: ‘Het gedrag gaat veel meer over de dynamiek tussen gas geven en remmen, het tijdig schakelen naar de juiste versnelling en daarbij rekening houden met de hoogsensitieve en HSS-behoeftes.’
Met een beetje mazzel beland je dan zelfs af en toe in die door veel hoogsensitieve HSS nagestreefde flow waarin je je ontspannen, kalm en sterk voelt. Belangrijker echter is het, zo drukt de auteur haar lezers op het hart, het grote contrast in je persoonlijkheid te omarmen. ‘Dus verwelkom je innerlijke Actionman die vol enthousiasme aan de slag is en je innerlijke stille Willy die weer rust in de tent brengt.’
Nu je weet wie je bent en wat jou jou maakt, mix je met gemak je eigen, oersterke Gallische toverdrank. Rust en reuring zijn daarbij de hoofdingrediënten. Kruid het geheel met typische hoogsensitieve talenten als empathie, creativiteit en zelfreflectie en voeg wat HSS-snufjes als nieuwsgierigheid, doorzettingsvermogen en leerhonger toe. Even goed roeren, opdrinken en je bent in de strijd met overprikkeling, onderprikkeling en verveling onoverwinnelijk.
Het verorberen van een vers geroosterd everzwijn is optioneel.
**
Deze recensie is geschreven op basis van de zesde druk (2022) en verscheen – nét iets anders – ook in Nieuwe MensaBerichten.
Vrij naar Asterix en Obelix is dit de dagelijkse strijd van drie op de tien hooggevoeligen. Een strijd die in feite zelfs nóg zwaarder is. Want niet alleen gaan deze hoogsensitieve "High Sensation Seekers" (HSS) prikkels niet uit de weg, ze zoeken ze zelfs op.
En dat is maar goed ook. Want zonder voldoende variatie en nieuwe uitdagingen vervalt het leven van een hoogsensitieve HSS al gauw in stagnatie en sleur. Met verveling als gevolg. En laat dát nou net z’n grootste vijand zijn, stelt HSP & HSS coach en trainer Saskia Klaaysen in haar boek "Prikkels bijten niet!" Hoogsensitieve HSS beschrijven de bijbehorende gemoedstoestand van hun belager volgens de auteur dan ook niet voor niets als: ‘je draai niet vinden, wachten, doelloos, zinloos, saai, oninteressant, lamlendig, hangen, de wachtstand, herhaling, sleur, onrustig, chagrijnig of te veel in je hoofd zitten.’ Prikkels mijden en rust nemen, de toverformule voor de niet-HSS onder de hooggevoeligen, werkt dan juist averechts en wekt onderprikkeling op.
Wie dit zusje van de breed bekende óverprikkeling niet kent, staat zeker niet alleen, zegt Klaaysen. ‘Over de mentaal-emotionele onderprikkeling en verveling die hoogsensitieve HSS […] ervaren is weinig literatuur te vinden. Regelmatig ontmoet ik hoogsensitieve personen die ervan overtuigd zijn dat ze overprikkeld zijn. Ze zijn immers moe, prikkelbaar en er komt weinig uit hun handen. Na enig doorvragen blijkt dat ze met een ander probleem zitten. Namelijk stress door chronische verveling.’
Daar uitkomen, is niet eenvoudig. Onderzoek toont namelijk aan, zo stelt Klaaysen, dat bij verveling het brein simpelweg niet in staat is over te gaan tot acties die nodig zijn om een taak te verrichten. Zaken plannen, organiseren en uitvoeren is onmogelijk. Eindeloos malen, daarentegen, kan je geest op zo’n moment als de beste. Dat voelt niet fijn en pijnverzachtend compensatiegedrag als snoepen, winkelen en gamen ligt op de loer.
Gelukkig geeft Klaaysen volop tips en tricks om dit gedrag te doorbreken en (weer) je authentieke zelf te zijn. Daartoe hakt ze het boek in drie delen. Het eerste deel verstrekt de lezer uitgebreide kennis over hoogsensitiviteit in het algemeen en hoogsensitieve HSS in het bijzonder. Dat laatste is dringend nodig, meent ze, want ‘naar hoogsensitieve HSS is nauwelijks onderzoek gedaan.’ Dus deed ze het in 2019 maar zelf. Met "Prikkels bijten niet!" als resultaat.
Dat er behoefte is aan meer (zelf)kennis van en voor hoogsensitieve HSS, zag ze toen ze haar geënquêteerden vroeg in te schatten welk type hoogsensitief persoon ze zijn: een prikkelvermijdende "Highly Sensitive Person" (HSP), waartoe 70 procent van de hooggevoelige populatie behoort, of een hoogsensitieve HSS, de overige 30 procent. Daarna legde ze de zelfinschatting naast de testuitslag en wat bleek? Maar liefst 42 op 100 ondervraagden wisten niet tot welke categorie ze hoorden of plaatsten zichzelf in de verkeerde. ‘Dit zijn zorgelijke cijfers,’ meent de auteur, ‘want het is van belang om goed op de hoogte te zijn van je eigenschappen. Met [het aldus verkregen] zelfbewustzijn kan je goed leven naar je bedrading, kwaliteiten en valkuilen.’
Voor de hoogbegaafden onder ons is het overigens een stuk eenvoudiger het juiste hokje aan te vinken. Van de 87 procent die hooggevoelig is (het landelijke percentage ligt op 20!) is nagenoeg iedereen een HSS. En de enkeling die tot de HSP-club behoort, heeft door zijn hoge intelligentie qua gedrag en behoeftes alsnog enorm veel baat bij de HSS-bestendige hand- en kunstgrepen waarmee deel twee van het boek is gevuld.
Met alle nieuw verworven kennis en kunde uit de voorgaande delen, leer je in deel drie hoe je de juiste voorwaarden kunt scheppen om volledig tot bloei te komen. ‘Regelmatig lees je dat hoogsensitieve HSS tegelijkertijd gas geven en remmen,’ citeert Klaaysen een veelgebruikte metafoor. Die klopt volgens haar echter niet: ‘Het gedrag gaat veel meer over de dynamiek tussen gas geven en remmen, het tijdig schakelen naar de juiste versnelling en daarbij rekening houden met de hoogsensitieve en HSS-behoeftes.’
Met een beetje mazzel beland je dan zelfs af en toe in die door veel hoogsensitieve HSS nagestreefde flow waarin je je ontspannen, kalm en sterk voelt. Belangrijker echter is het, zo drukt de auteur haar lezers op het hart, het grote contrast in je persoonlijkheid te omarmen. ‘Dus verwelkom je innerlijke Actionman die vol enthousiasme aan de slag is en je innerlijke stille Willy die weer rust in de tent brengt.’
Nu je weet wie je bent en wat jou jou maakt, mix je met gemak je eigen, oersterke Gallische toverdrank. Rust en reuring zijn daarbij de hoofdingrediënten. Kruid het geheel met typische hoogsensitieve talenten als empathie, creativiteit en zelfreflectie en voeg wat HSS-snufjes als nieuwsgierigheid, doorzettingsvermogen en leerhonger toe. Even goed roeren, opdrinken en je bent in de strijd met overprikkeling, onderprikkeling en verveling onoverwinnelijk.
Het verorberen van een vers geroosterd everzwijn is optioneel.
**
Deze recensie is geschreven op basis van de zesde druk (2022) en verscheen – nét iets anders – ook in Nieuwe MensaBerichten.
2
Reageer op deze recensie