Verhaal met twee gezichten
Jef Aerts (1972) is een Vlaams auteur en dichter. Na zijn studies letterkunde en theaterwetenschappen begon hij te werken als toneelschrijver. Hij publiceerde een aantal romans en gedichten voor volwassenen, maar is vooral bekend als schrijver van kinderboeken. Zijn werk werd bekroond met de prestigieuze Vlaamse Boekenleeuw en in Nederlands sleepte Aerts drie keer een Zilveren Griffel in de wacht. Groter dan een droom, Vissen smelten niet en De blauwe vleugels zijn de bekendere titels.
Zoals wel vaker het geval is in Aerts’ boeken, wordt ook De nacht van Ronke verteld vanuit het perspectief van een kind of jongere. Hoofdpersonage Ronke is een meisje dat van sterren en van hardlopen houdt. En oh ja, ze is blind. Wanneer ze op sterrenkamp is, wordt haar daarom een buddy toegewezen. Nouri daagt haar uit om met hem naar de heide te trekken, waar ze zonder hindernissen zo ver en zo hard kan lopen als ze maar wil. Zelf heeft hij een probleem: zijn moeder wil met hem zijn zieke opa bezoeken die in Kroatië woont en die hij nooit gezien heeft, maar daar heeft hij helemaal geen zin in! Ronke zal alles op alles zetten om de twee toch met elkaar in contact te brengen.
Wat meteen opvalt bij het lezen van dit boek is de prachtige stijl die Aerts hanteert. In zijn handen worden woorden ongelooflijk krachtig, bijvoorbeeld wanneer hij Ronke beschrijft die weer eens aan het rennen is ‘in haar hoofd’. Hoewel ze in haar roze hardloopschoenen geen meter vooruitkomt, neemt ze je mee naar het strand en beschrijft ze op onnavolgbare wijze hoe het zand tussen haar tenen voelt en hoe de zeewind door haar haren waait. Het boek voelt heel zintuiglijk aan: hoewel Ronke blind is, zegt ze dingen als ‘Ik wist niet dat de heide zo mooi was’; ze heeft het dan niet over wat ze ziet, maar over wat ze hoort en ruikt. Elk van de vijf hoofdstukken is trouwens versierd met een tekening die het komende deel typeert, het draagt bij aan het ‘mooie’ van het boek.
‘Als je rent verzin je een verhaal. Iedere stap is een woord, ieder baantje is een nieuwe zin. Ren een klein stukje de andere kant op en je hele verhaal verandert mee.’
De nacht van Ronke is een boek dat door weetgierige kinderen enthousiast zal worden onthaald. Er is mondjesmaat informatie over het heelal, sterren en kometen, zonder dat die de overhand neemt. Voor meelezende volwassenen is er de ludieke hint naar de zussenserie van Lucinda Riley, wanneer de kampleidster vertelt over Atlas en Plejone die samen zeven dochters kregen. Het belang van fantasie wordt meermaals aangestipt; je moet eerst iets bedenken en dan onderzoeken of het kan, zo heet het. Want door te fantaseren kan je de wereld ontdekken en begrijpen.
Het is best jammer dat Aerts halverwege uit een ander vaatje gaat tappen, waardoor De nacht van Ronke een boek met twee gezichten wordt. Er is enerzijds het gevoelige deel, met veel aandacht voor de leefwereld van Ronke, en anderzijds het spannende deel wanneer de opa van Nouri om de hoek komt kijken. Helaas neemt het verhaal net dan een ongeloofwaardige wending. De ontwikkelingen zijn niet helemaal realistisch en doen afbreuk aan het tot dan toe prachtige verhaal. De vraag is of lezende jongeren Aerts hiermee laten wegkomen en of ze de dingen wellicht graag anders hadden gezien. De thema’s in het boek blijven gelukkig overeind. De auteur leeft zich prima in de leefwereld van kinderen in; anders zijn, begrepen en geliefd willen zijn, vriendschap, het zijn de dingen die Ronke en Nouri bezighouden.
De nacht van Ronke is een mooi geschreven verhaal voor kinderen van tien tot twaalf jaar, met veel aandacht voor de gedachten en gevoelens van kinderen. Wetenschap, fantasie en vriendschap gaan hand in hand en komen samen in een intens en spannend avontuur.
Reageer op deze recensie