Helder, vlot en spannend
Het is natuurlijk geen geheim (meer) dat Louisa Scarr de eigenlijke naam is van succesauteur Sam Holland, die we kennen van bijvoorbeeld De 20. Scarr, die psychologie studeerde en momenteel voltijds schrijver is, schreef onder andere de populaire, maar niet vertaalde misdaadromans over de personages Butler en West. Anders is het met de serie over hondengeleider en ex-inspecteur Lucy Halliday, want het eerste deel, met de titel Het laatste woord, werd door Ingrid Zweedijk vrij snel in een Nederlands jasje gestoken.
Het verhaal speelt zich af in Hampshire, aan de zuidkust van Engeland. Alles begint wanneer in de bossen van een nationaal park een hand gevonden wordt en agent Lucy Halliday en haar speurhond Moss opgeroepen worden om de plaats delict te onderzoeken. Het bijbehorende lichaam is snel gevonden, en onvermijdelijk moet Lucy weer denken aan haar echtgenoot Nico die al meer dan een jaar vermist is. Ze is ervan overtuigd dat hij is vermoord - als journalist onderzocht hij onfrisse praktijken binnen het drugsmilieu – en vraagt zich af of hij wellicht ook ergens in de buurt begraven ligt. De zaak is in handen van de net aangestelde inspecteur Jack Ellis, maar Lucy kan het niet laten zich ermee te bemoeien. Zal ze eindelijk een spoor vinden dat naar haar echtgenoot leidt?
Terwijl de zoektocht naar de moordenaar van start gaat, laat de auteur laconiek al even weten dat Jack een verborgen verleden heeft. En dat ook Lucy iets lijkt te verzwijgen. Meteen is de lezer nieuwsgierig gemaakt en niet meer van het boek los te weken. Het grote contrast tussen de twee protagonisten is opvallend: hij steeds in pak en das, zelfs bij hoge temperaturen; zij een warhoofd in een groezelig uniform. Slim, scherpzinnig en toegewijd zijn ze allebei. Vanzelfsprekend is er aandacht voor hun collega’s, een bonte mengelmoes van brigadiers, pathologen, rechercheurs en inspecteurs. Waar nodig krijgt de lezer informatie over hun leven en karakter mee, waardoor uiteindelijk een helder beeld van alle betrokkenen ontstaat.
En laat ons vooral die andere ‘sterren’ niet vergeten: de speurhonden die de politie regelmatig inzet. Of je het nu wilt of niet, je kunt niet anders dan verliefd worden op Moss, de kleine zwarte cockerspaniël van Lucy, getraind om geuren te volgen en lijken op te sporen. Scarr voert het dier niet enkel als leuk, extra personage op, ze besteedt aandacht aan de functie van hondengeleider en de opleiding. Sterk staaltje originaliteit. De keuze voor een twist midden in het verhaal (niet op het einde en compleet over de top zoals alter ego Sam Holland wel eens durft te doen) kan ook alleen maar toegejuicht worden. De ontwikkelingen zijn realistisch, de handelingen en reacties van de betrokken speurders logisch. Het verhaal wordt grotendeels vanuit het perspectief van Lucy en Jack verteld, en steeds is het een verteller die in de derde persoon de lezer informeert.
Het laatste woord is aangenaam leesvoer, dat is het minste wat je kunt zeggen. Louisa Scarr beschikt over alle vaardigheden die nodig zijn om een geweldige thriller neer te zetten. De opbouw is helder, de schrijfstijl vlot en rechttoe rechtaan. De plot wankelt nergens, de spanning is steeds aanwezig en de ontknoping is bevredigend.
Reageer op deze recensie