Zeestorm van emoties en reflecties
Een roman vertalen van António Lobo Antunes (1942), een van de meest prominente hedendaagse Portugese schrijvers, is geen routineklus. Toch kent Harrie Lemmens het klappen van deze zweep; met De andere kant van de zee zet hij een uitmuntende vertaling neer.
Drie protagonisten vertellen over een gewelddadig stuk Angolese geschiedenis. Vanuit Lissabon keert een oude legerofficier in zijn hoofd terug in de tijd. In het bijzonder naar 1961, wanneer in Angola de opstand van de zwarte bevolking het begin inluidt van een langdurige koloniale oorlog. Vandaag de dag haalt ook de dochter van een katoenplanter herinneringen op uit haar woelige verleden in de Portugese kolonie. De derde hoofdrol gaat naar een koloniaal ambtenaar die in Angola na de oorlog achterblijft. Elk van dit gekleurde trio vertellers draagt kranig zijn of haar gevulde Angolese rugzak met zich mee.
'… tegen mij en haar lichaam eindeloos ver weg van mij, op de grond, als ik mijn arm naar haar uitstak vond ik alleen haar matje, zoals ik van mijn moeder het eenzame hartje vond van het horloge dat als enige van haar over was, zeventien meeuwen aan de andere kant van de zee, zo ver weg, en daarop een zwarte leegte waar niets glinsterde, wat geef ik om Portugal, wat geef ik om Lissabon, ik geef alleen om een bejaarde dame genaamd Maria de Lourdes'
Een boek lezen van deze gerenommeerde Portugees is geen sinecure. De andere kant van de zee bestaat uit een uitstorting van keurig gerangschikte woorden. Dit geheel vormt een kakofonische vertelling die je als lezer moet doorstaan.
Lobo Antunes hanteert een unieke stijl die – na enige acclimatisatie weliswaar – waarachtig begint te bekoren. Bijna nooit plaatst de auteur een punt aan het eind van een zin. Een komma, een ander leesteken of haakjes, gebruikt hij om de monologen enigszins te structureren. Het verhoogt de vaart, maar het kan eveneens leiden tot verwarring.
Alle losse fragmenten vormen uiteindelijk een coherent geheel.
Op voortreffelijke wijze schetst Lobo Antunes – die zelf de vreselijke episode in Angola als arts heeft beleefd – de doorstane emoties en psychische letsels van zijn romanfiguren. Hierbij speelt de geschiedkundige setting mee. Het bloedbad, de slachtpartij van een groot aantal arbeiders door de Portugese strijdkrachten, wordt in geen enkel geval verbloemd.
'Lobo Antunes is behalve schrijver ook psychiater, en door diep door te dringen in de "ziel" van zijn personages, hier de ambtenaar, de plantersdochter en de militair, laat hij ook zien hoe zwak zij zelf zijn, hoe ambigu hun verhouding is tot het continent en zijn bewoners: twee van hen voelen zich mentaal de mindere van hun zwarte levensgezel.'
In 'Onmacht en onvermogen', zijn beknopte doch leerzame toelichting, zorgt Harrie Lemmens voor de ultieme verheldering. Een prima analyse. Obrigado!
De andere kant van de zee levert een duizelingwekkende lezing op; een zeestorm van emoties en reflecties.
Reageer op deze recensie