Niet echt overtuigend, de vertaling is dat wel
Is de nieuwe roman van Günter Grass (1927-2015) een modern sprookje? Als je de titel De woorden van Grimm ziet verschijnen zou je denken van wel. Niets is minder waar, dit boek is het derde en laatste deel van zijn autobiografie waarmee de auteur afscheid neemt van zijn lezers. Grass kreeg in 1999 als ultieme bekroning de Nobelprijs voor Literatuur.
Zoals met zijn vorige romans telkens het geval was, zo betekende ook de vertaling van Grimms Wörter een zware klus. Jan Gielkens heeft deze uitdaging graag aanvaard en met dit boek een topprestatie geleverd. Volgens deze uitmuntende vertaler is een roman van Grass lezen zware arbeid voor zijn lezer. Helemaal juist; deze roman zorgt niet voor een portie ontspanning maar vereist daarentegen een ernstige inspanning.
De ondertitel Een liefdesverklaring laat het al vermoeden: dit boek is werkelijk een onvervalste liefdesverklaring. Vooral aan het adres van de gebroeders Grimm, de Duitse taal, maar toch ook aan Grass zelf. Hij houdt zich niet in om zijn eigenliefde te uiten. De meest beruchte schrijver van het naoorlogse Duitsland beëindigde zijn carrière met een ingewikkeld woordspelletje, waarbij elk van de negen hoofdstukken de naam draagt van een letter uit het alfabet.
Vol ijver begonnen Jacob en Wilhelm Grimm in 1838 met het opstellen van een erg ambitieus woordenboek van de Duitse taal. Een werk van zeer lange adem dat beide broers logischerwijs niet konden afwerken. Ingenieus mixt Grass dit gegeven met de geschiedenis van Duitsland, zijn begeestering voor taal- en letterkunde en zijn persoonlijke memoires. Hij schrikt er eveneens niet voor terug om het huidig politieke beleid te bekritiseren, bij momenten zelfs op een uitgesproken platte manier. Tevens laat hij ook niet na om in zijn eigen politieke verleden te grasduinen.
Raakt dit boek hierdoor uit balans? Zeer zeker! Als kers op de taart komt de schrijver af en toe irritant over en schaamt zich niet om zijn ego lekker dik in de verf te zetten. Ondanks dit alles slaagt hij er met glans in je negen lange hoofdstukken, zoals in een eindeloze monoloog, te pijnigen én te strelen met woorden. Hij speelt met taal en doet dit op een amusante manier, als je maar bij de les wil blijven.
"Hoofdstuk E: Engel, echt, einde. Toen de aarde nog egaal was en Adam in het evenementenpark Eden voor het eerst zag dat Eva Eva was en aartsengelen de twee dus eentweedrie naar de aardse ellende expulseerden opdat ze zichzelf eeuwig zouden vermeerderen en dat wat ze vergaarden vererven, en toen Esau voor erwten, nee, linzen waren het, eenvoudigweg voor linzen zijn eerstgeborene weggaf alsof het helemaal om het even was en niet je van het, toen ontstond voor eeuwig het erfrecht op eigendom: de successiebelasting evenwel werd pas later, veel later bedacht: ruzie sindsdien, eeuwigdurende ruzie." Je vraagt je af: hoe kreeg hij dergelijke zinnen op papier?
Echt overtuigend is De woorden van Grimm niet; het verbazingwekkende spel met woorden is dat wel. Een groot aantal passages is van uitzonderlijk hoog literair niveau. Drie sterren voor het boek; de volle buit wordt gereserveerd voor de vertaling van Jan Gielkens.
Reageer op deze recensie