Onrustig verhaal zet je aan tot nadenken
Hij is een gepensioneerde Romein, voorheen actief als architect met een visie. Francesco Pecoraro (1945) deed er zo maar eventjes tien jaar over om zijn debuutroman Het leven in tijden van vrede te schrijven. Zijn enige roman tot nu toe, wellicht ook meteen zijn magnum opus. Het bijna 500 pagina’s tellende boek werd bekroond met diverse Italiaanse literaire prijzen.
Pecoraro kruipt onder de huid van de 69-jarige ingenieur Ivo Brandani. De brave man wacht op een meidag in 2015 in Egypte op zijn vliegtuig naar Rome, zijn thuisstad. Het wachten duurt lang, de vlucht is vertraagd. Om de tijd te doden reflecteert de bijna zeventiger uitgebreid op zijn leven. Een terugblik met een bijzonder strenge en vooral kritische ingesteldheid. Hij keert terug naar het begin van het huidige millennium, naar de schijnheilige jaren 90, alsook naar zijn studententijd in de gouden jaren 60. Hij denkt grondig na over zijn niet zo eenvoudige kindertijd na de Tweede Wereldoorlog.
Een stevige roman over een indrukwekkend stukje geschiedenis van de West-Europese beschaving na 1945, over het geloof in idealen en vooral ook het verlies ervan. Dit alles verpakt in een furieus en doortastend levensverhaal, waarin de protagonist zich afvraagt wat hij met zijn leven heeft gedaan. Wat hij heeft bereikt, uiteindelijk. Was het een leven om te overleven, om er zelf beter uit te komen, of om anderen te helpen? Als voormalig architect en gemeenteambtenaar - die zich heeft bekommerd om de oude binnenstad van Rome - kent Pecoraro het klappen van de bureaucratische en omkoopbare zweep in La Bella Italia. Erg knap hoe de auteur in Ivo Brandani een bondgenoot vindt, hoe hun gekwelde geesten harmonieus samenvloeien. Beide heren zijn immers heel diep teleurgesteld dat West-Europa na 70 vredesjaren er niet in geslaagd is onze wereld te verbeteren. Vlijmscherp en zonder enig pardon wordt ons proces gevoerd. Gelukkig blijft de uiteindelijke executie achterwege en perst de schrijver af en toe een wolkje humor in zijn verhaal.
“Je herinnert je niets meer, hebt nooit een brug gebouwd, je hebt zelfs helemaal niks gebouwd… Je hebt iets anders gedaan, je was alleen maar de organisator van andermans bouwprojecten, iemand die een conditio sine qua non construeerde, mogelijkheden onderzocht… Je bent een technische ritselaar, Brandani, en dat is niet wat je wilde…”
De lezer wordt geconfronteerd met een ontgoochelde en soms bijtende, maar wel bezielde auteur… Of zijn alter ego, Ivo Brandani. Wordt het in Het leven in tijden van vrede wel eens langdradig, toch staat en blijft deze heel ambitieuze debuutroman nog stevig overeind. Een onrustig verhaal dat de lezer echt aanzet tot nadenken. Dit laatste is exact een belangrijk kenmerk van (h)eerlijke literatuur.
Een kleurrijke pluim op de hoed van Els van der Pluijm en Hilda Schraa, die het pittige en sprankelende taaltje van Dante Alighieri (‘vader van het Italiaans’) fraai hebben vertaald naar het Nederlands.
Reageer op deze recensie