Onverbloemde weergave van een nachtmerrie
De Zuid-Koreaanse Han Kang (1970) werd tijdens haar studies Koreaanse literatuur gebeten door de schrijfmicrobe. Sinds 2013 onderwijst ze zelf creatief schrijven aan de Seoul Institute of the Arts. Haar indringende roman De vegetariër werd in haar thuisland uitermate lovend ontvangen, nadien behaalde deze schrijfster hetzelfde resultaat in ons taalgebied. In haar boek Mensenwerk schiet ze met scherp en klaagt ze de wantoestanden aan die vroeger heersten in Zuid-Korea.
In 1980 breekt een grootse studentenopstand uit in de Zuid-Koreaanse stad Gwangju. De veertienjarige Dong-ho gaat hopeloos op zoek naar het dode lichaam van zijn vriend Jeong-dae. Dong-ho komt in aanraking met het leger en wordt zelf neergeschoten. De opstand wordt gevolgd door zware en langdurige vergeldingsacties. Tevens wordt de krijgswet als zodanig afgekondigd. Vijf jaar later is de militaire dictator Chun Doo-hwan aan de macht. De slachtoffers van het bloedbad wegen zwaar op de overlevenden, die met gevaar voor eigen leven terugvechten tegen het strenge regime van de dictatuur.
Han Kang focust hier heel scherp op het verleden van Zuid-Korea. In Mensenwerk vertelt ze een bijzonder brutaal maar realistisch verhaal. Ze richt dit keer haar pijlen op de opstand in Gwangju in mei 1980 en de collectieve weerstand, alsook op de dramatische gevolgen daarvan. Ze legt tevens de klemtoon op de gevoelens van schande en walging van deze waargebeurde nachtmerrie. Zoals ze dat zo glansrijk deed in De vegetariër, zo hanteert ze ook haar fenomenale handschrift in deze donkere roman.
“Is het mogelijk verslag te doen van het feit dat herhaaldelijk een houten liniaal van dertig centimeter in mijn vagina werd gestoken, helemaal tot aan de achterkant van mijn baarmoeder? Dat mijn baarmoederhals met een geweerkolf werd afgetuigd? Dat ze me, toen het bloeden niet ophield en ik in shock raakte, naar het ziekenhuis moesten brengen voor een bloedtransfusie? Is het mogelijk onder ogen te zien dat ik de twee jaren daarna constant bleef bloeden, dat zich een bloedprop vormde in mijn eileiders waardoor ik nooit meer kinderen zou kunnen krijgen? Is het mogelijk verslag te doen van het gegeven dat ik een pathologische afkeer van lichamelijk contact heb overgehouden, vooral met mannen?” Deze quote is representatief voor wat je halverwege het boek krijgt voorgeschoteld. Je wordt hier echt niet vrolijk van. Gelukkig zijn niet alle passages even veelzeggend als deze uit het citaat. Han Kang giet bijna een verhaal in het verhaal, dit met slechts enkele pennentrekken.
Deze roman, die begint in 1980 en eindigt met de epiloog in 2013, bevat een stevig gestructureerde treurzang, waarin de auteur zich zonder schroom beweegt in de keiharde realiteit van onderdrukking, duisternis en verschrikkingen. Mensenwerk is een droevig verhaal, scherp en beeldend geschreven. Kang sleept haar lezers telkens weer mee naar die angstaanjagende momenten. Dit boek is niet eenvoudig om te lezen; het is een geromantiseerde weergave van een aantal zwarte pagina’s uit de geschiedenis van een land dat nog steeds tot de verbeelding spreekt.
Het is nu eens niet Haruki Murakami, of de Chinese schrijver Yu Hua die met zijn werk uit het Verre Oosten in de smaak valt. Dit keer is het Han Kang die indruk op ons mag maken.
Reageer op deze recensie