Alle dominostenen vallen om
Willem Asman (1959) weet precies hoe hij spannende boeken moet schrijven. Inmiddels heeft hij reeds acht thrillers op zijn naam staan; met Enter heeft hij zelfs de Gouden Strop 2018 gewonnen. Toch is Simon zonder zonder – een opmerkelijke titel is dit in ieder geval – een debuut. Het is immers zijn eerste roman, waarin Asman vakkundig onder de huid kruipt van een jonge knaap.
'De auteur toont zich van zijn beste kant; keurig schetst hij het tijdsbeeld van eind jaren zestig en begin zeventig van de vorige eeuw.' – Recensent Guy
In 1968 is Simon Kelvin negen jaar, hij is een brave en volgzame dorpsjongen. Zijn beste vriend is Johnny, bijna elf, stoer en een allesdurver. Ze wonen in Gramberg, een plek die gelegen is in een vergeten uithoek van de bollenstreek. Ginds ontmoet Simon ook de Surinaamse Helena, ze steelt zijn hart en ze gaat een voorname rol spelen in zijn verdere leven. Hetzelfde jaar verliest de jongen zijn moeder, terwijl het met zijn vader helemaal fout loopt. Vierenvijftig jaar na dato keert een succesrijke professor aan de universiteit van Princeton terug naar zijn plaats van afkomst in Nederland. Hij gaat op zoek naar de echte waarheid achter zijn verleden. Antonia is Simons grote liefde, ze is geadopteerd uit Haïti en woont in Brooklyn. Haar geliefde zou haar vader kunnen zijn.
'Allemachtig, 1968, als ik eraan terug denk… We hadden nog een telefoon die rinkelde, een postbode die aanbelde als er een brief voor ons was. De kolenboer kwam aan de deur, net als de man van de SRV.'
Simon zonder zonder is een krachtige roman over volwassenwording. Het is evenzeer een levensverhaal, waarin het hoofdpersonage, en tegelijk de ik-verteller, zijn jeugdjaren probeert te reconstrueren en herstellen. Dit laatste is echter niet zo eenvoudig, Simon is verplicht om zelf diep in de spiegel te kijken. Wie is hij werkelijk? Kan hij de dwalingen van vroeger corrigeren? Wat volgt is een sterk staaltje psychologische uitwerking. Tot Simon uiteindelijk kraakt, maar niet helemaal breekt. De auteur toont zich van zijn beste kant; keurig schetst hij het tijdsbeeld van eind jaren zestig en begin zeventig van de vorige eeuw.
'Het is stil op het plein. Na de goddelijke klanken van Bach, eeuwen na zijn dood, en na het emotionele gesprek met Antonia, resteert het ruisen van de bladeren om mij heen, en een verpletterende stilte in mij.'
Minutieus zet de schrijver zijn personages haarfijn neer. Tevens geeft hij in een overtuigende en aantrekkelijke taal de atmosfeer van het verhaal weer. Vermeldenswaard is hoe gevat Asman het woordgebruik van jonge kinderen uit die tijd neerzet. Het boek staat bol van thema’s zoals vriendschap, liefde en relaties, de dood, rouw en verlies. De thematiek leugens versus realiteit komt binnen bij de lezer. Discriminatie tegenover mensen die geen blanke (witte) huidskleur hebben, is een niet te negeren onderwerp hier.
In deze emotioneel geladen debuutroman vallen, tijdens de reis terug in de tijd, alle dominostenen om.
Reageer op deze recensie