Lezersrecensie
Hardop, caleidoscopisch kijken
Een fascinerend boek, losjes spelend met het literaire idee van een roman.
Eigenlijk is het een combinatie van essayistische mijmeringen en een verhaal zonder plot.
Het gaat over kleine dagelijkse bezigheden en grote universele en actuele kwesties.
Met als ‘rode draad’ (!) de poging van de schrijver om zijn liefde voor kleur in taal te vatten.
Het boek krijgt daarom ook het motto mee van K. Schippers: als je goed / om je heen kijkt / zie je dat alles / gekleurd is.
‘Kleur draagt minder oordeel in zich dan taal. … Kleur reinigt de waarneming. Kijk naar ons, zegt kleur, gewoon kijken, zonder al die woorden.’ (pag 137)
De observaties over kleur waaieren uit ... Wat roepen ze bij ons op, waar moeten we aan denken, waar staan ze symbool voor. Zijn bespiegelingen lopen vervolgens over in het observeren van de dageraad, het ontstaan van het leven, de pandemie natuurlijk: ‘Onze aandacht werd een vorm van aanbidding, onze quarantaine een eredienst’ , de afbrokkelende cohesie in de VS en tal van andere meer of minder actuele onderwerpen. En dat allemaal via personen als Willen de Kooning, Darwin, Joe Biden, Shakespeare, Kafka en Ovidius.
Een ware caleidoscoop.
(soms gaat de schrijver iets te ver in het opsommend vertellen, dat haalt het ritme uit het boek.)
Zien we met de toenemende informatie en dynamiek door de bomen het bos nog wel? En kunnen we in één boom ook een bos zien? Zijn we ons bewust van onze eigen zienswijzen, percepties en oordelen? Hoe kunnen we hardop leren kijken?
Het boek gaat over onze verbeelding, over het vermogen om overal verhalen in te vinden, en het belang daarvan. De schrijver legt bijvoorbeeld ook een verbinding tussen macht en literatuur. Beide hebben als grondwerk de suspension of disbelief: het opschorten van ongeloof. (pag. 81)
Anna (uit de titel) is trouwens een dorpsgenote van de schrijver in Zweden. Een intrigerende en sympathieke vrouw van begin 70 die haar leven op haar eigen manier invulde.
Een boek dat nog lang bij mij nagalmt en aanspoort om hardop te kijken.
Eigenlijk is het een combinatie van essayistische mijmeringen en een verhaal zonder plot.
Het gaat over kleine dagelijkse bezigheden en grote universele en actuele kwesties.
Met als ‘rode draad’ (!) de poging van de schrijver om zijn liefde voor kleur in taal te vatten.
Het boek krijgt daarom ook het motto mee van K. Schippers: als je goed / om je heen kijkt / zie je dat alles / gekleurd is.
‘Kleur draagt minder oordeel in zich dan taal. … Kleur reinigt de waarneming. Kijk naar ons, zegt kleur, gewoon kijken, zonder al die woorden.’ (pag 137)
De observaties over kleur waaieren uit ... Wat roepen ze bij ons op, waar moeten we aan denken, waar staan ze symbool voor. Zijn bespiegelingen lopen vervolgens over in het observeren van de dageraad, het ontstaan van het leven, de pandemie natuurlijk: ‘Onze aandacht werd een vorm van aanbidding, onze quarantaine een eredienst’ , de afbrokkelende cohesie in de VS en tal van andere meer of minder actuele onderwerpen. En dat allemaal via personen als Willen de Kooning, Darwin, Joe Biden, Shakespeare, Kafka en Ovidius.
Een ware caleidoscoop.
(soms gaat de schrijver iets te ver in het opsommend vertellen, dat haalt het ritme uit het boek.)
Zien we met de toenemende informatie en dynamiek door de bomen het bos nog wel? En kunnen we in één boom ook een bos zien? Zijn we ons bewust van onze eigen zienswijzen, percepties en oordelen? Hoe kunnen we hardop leren kijken?
Het boek gaat over onze verbeelding, over het vermogen om overal verhalen in te vinden, en het belang daarvan. De schrijver legt bijvoorbeeld ook een verbinding tussen macht en literatuur. Beide hebben als grondwerk de suspension of disbelief: het opschorten van ongeloof. (pag. 81)
Anna (uit de titel) is trouwens een dorpsgenote van de schrijver in Zweden. Een intrigerende en sympathieke vrouw van begin 70 die haar leven op haar eigen manier invulde.
Een boek dat nog lang bij mij nagalmt en aanspoort om hardop te kijken.
2
Reageer op deze recensie