Komische kijk in de geschiedenis van de toekomst van Amerika
Deze SF-roman uit 1981 verhaalt over de expeditie van het schip de Apollo naar Amerika, in het jaar 2114. Amerika is al ruim 100 jaar een verlaten continent, overgeleverd aan de elementen sinds de grote klimaatverandering. Elk bemanningslid van de Apollo heeft zo zijn eigen verwachtingen, dromen en verlangens bij Amerika. Het boek volgt de belevenissen van de jonge Wayne, die als verstekeling op de Apollo is meegereisd omdat hij iets hoopt terug te vinden van zijn vermoedelijke vader, William Fleming, die hij nooit gekend heeft. Hij is 20 jaar eerder bij een noodlottige expeditie verdwenen.
Na aankomst in Manhattan trekt de expeditie manmoedig door het uitgedroogde Amerika, onderweg vriendschappen sluitend met ‘indianenstammen’ die bestaan uit de laatste nazaten van de oorspronkelijke bevolking. Deze stammen hebben namen die teruggrijpen op de historie: de Bureaucraten, Echtscheiders, Astronauten en Homo’s. Ze leven van wat ze kunnen vinden in de resten van de beschaving, waarbij water nog wel het meest schaars is. Ze noemen zichzelf en hun kinderen naar oude reclameborden van bedrijven.
“Dan heb je de Gangsters” legde Heinz verder uit. ‘Die zaten vroeger rond Chicago en Detroit. En je hebt de Homo’s uit San Francisco. Die zijn al jaren geleden weggetrokken uit het westen’. “Er is iets geks met die Homo’s,’ zei GM, met een beschermende arm om de schouders van zijn vrouw, ‘Ik weet niet wat het is, maar ik moet er niks van hebben.’
De expeditie trekt langs Washington D.C. naar het westen. Tijdens de tocht gaan de verschillende expeditieleden steeds typischer hun eigen gang en raakt Wayne er meer en meer van overtuigd dat hij voorbestemd is om de nieuwe president van Amerika te worden. Het uiteindelijke doel is Las Vegas, dat in het nieuwe Amerika veranderd is in een grote jungle. De tegenstelling met het huidige gortdroge landschap kon niet groter zijn. Hier heerst president Charles Manson over zijn nieuwe Amerika, met de vinger aan de knop van de nucleaire installaties die de klimaatramp overleefd hebben.
Ballards personages zijn, zoals we van hem gewend zijn, eigengereide figuren met egocentrische drijfveren en slappe karakters, als ze al geen psychopaten zijn. In tegenstelling tot High Rise heeft Hallo Amerika een humoristische inslag en een bijna hoopvolle boodschap. Uiteindelijk gaat niet alles naar de verdoemenis, maar ontstaat er iets nieuws uit de oude chaos, ondanks al het geklooi van de personen in het verhaal.
Dit boek is bij uitstek een voorbeeld van SF die méér zegt over de tijd waarin hij geschreven werd, dan over een mogelijke toekomst. Ballard schetst met Hallo Amerika een geestige parodie op het Amerika dat hij voor zich zag in de jaren tachtig van de vorige eeuw. Alle naargeestige toekomstvoorspellingen van die tijd zijn verwerkt in het verhaal, waarbij het gebrek aan grondstoffen zoals voorspeld door de Club van Rome de belangrijkste drijfveer voor alle veranderingen is. De klimaatverandering die in het verhaal voorspeld wordt, is te danken aan grootschalig ingrijpen van de mens zélf in de zeestromen (Geo-engineering); over opwarming van de atmosfeer door een toegenomen broeikaseffect hadden in 1981 nog weinig wetenschappers nagedacht. De Koude Oorlog komt mooi aan de orde door de nucleaire dreiging en ook de vluchtelingenproblematiek blijft niet buiten beeld.
Het boek is lekker compact en leest als een spannend avontuur met een aantal dubbele bodems en hilarische verwijzingen naar het bekende Amerika. Een aanrader voor iedereen die van ‘old skool’ SF met een actueel tintje houdt.
Reageer op deze recensie