Een waardige afsluiter voor 'Het Verscholen Volk'
Het Eerste Boek is het zevende deel van de Kronieken van het Verscholen Volk, de fantasyserie van Harman Nielsen. De hele serie gaat over de overlevers van het einde van de aarde zoals wij die kennen. Ergens in de nabije toekomst is een vloot K'zan ruimteschepen langs de aarde gekomen en heeft bijna het gehele menselijke ras 'geoogst'. De enige mensen die de oogst overleefd hebben, zijn de stillen, de onopvallenden, de mensen die altijd al in het verborgene leefden. In de eeuwen na de ramp hebben ze hun cultuur van verborgenheid uitgebouwd door te leven in de kelders onder de verlaten steden, door te trekken in karrenkaravanen langs overgroeide paden en door te varen in bootslepen met begroeide dekken, om vanuit de lucht compleet onzichtbaar te zijn. Bepaalde gaven die eerder nooit tot uiting kwamen, worden sterk in het verborgen volk: veel mensen voelen krachtvelden en kunnen ze op hun eigen manier manipuleren, andere mensen hebben de kracht om op afstand boodschappen over te brengen.
In dit deel zijn we honderden jaren verder. De mensheid is langzaamaan terug naar de steden getrokken en vertoont trekjes van een middeleeuwse samenleving. Niemand denkt nog aan het gevaar uit de lucht; het lijkt er op dat de K'zan nooit meer terug zullen komen. De laatste achtergebleven wachters van de K'zan zijn inmiddels verdwenen en de mensheid herstelt zich. Maar daarmee vergeet ze ook om voorzichtig te zijn. In een van de steden wordt een groen licht waargenomen. Er breken brandende, groene wezens door de aarde naar boven en de natuur zelf lijkt in opstand te komen.
Het verhaal volgt Kat en Boog, die met hun bleke dochter Ster in een scheepje langs de kust trekken. Ze hebben alle drie bijzondere gaven en komen er al snel achter dat er iets in de wereld veranderd is. Tegen wil en dank worden ze betrokken bij wat er gaande is, en proberen een oplossing te zoeken. Tijdens hun zoektocht naar een oplossing komen ze verschillende andere mensen met bijzondere gaven tegen.
Harman Nielsen schrijft buitengewoon bedachtzaam. In de eerdere delen van Het Verscholen Volk was het alsof elk woord op een zilveren schaaltje gewogen was. Elk woord heeft betekenis, zoals het altijd bij het Verscholen Volk geweest is. Ook in dit deel is weer spaarzaam gebruik gemaakt van woorden in dialogen. Emoties worden gevat in een enkel gebaar, een beweging, enkele woorden. Hierdoor is het lezen een mooie en verrassende ervaring.
De thema's die aangesneden worden: vriendschap, eenzaamheid, familie, uitbuiting en corruptie en misbruik van de aarde zijn universeel. De manier waarop ze behandeld worden is bijzonder. Door het spaarzame gebruik van dialogen en de bijzondere manier waarop de schrijver de wereld-in-verval beschrijft, kabbelt het verhaal ogenschijnlijk verder, terwijl er toch heel veel gebeurt. Dat maakt het wat moeilijk om het verhaal te plaatsen: het is een avontuur, maar met de nadruk op de ontwikkeling die de hoofdpersonen doormaken en de beschrijving van de omgeving.
De schrijver voegt voorin het boek een uitgebreide samenvatting in van de gebeurtenissen in de eerdere delen van de serie. Deze informatie voegt wel wat toe, maar weet niet goed de essentie en de sfeer van het verhaal over te brengen. Het is een aanrader om eerst de voorgaande delen te lezen. De titel Het Eerste Boek voor het laatste boek van een serie, stemt tot nadenken en is uiteindelijk helemaal verklaarbaar.
Een opmerking over de eindredactie: er zitten wat storende type-o's in het boek, en dat is jammer, zeker als je dat afzet tegen het zeer doordachte proza van de schrijver.
Reageer op deze recensie