De grenzen van vriendschap
Wat rood was is de debuutroman van de in Londen woonachtige Rosie Price (1993), die na haar studie Engels drie jaar bij een literair agentschap werkte, totdat ze besloot om zich met haar eigen schrijfwerk te gaan bezighouden. Het bleek een goede keuze: in het Verenigd Koninkrijk is het boek lovend ontvangen en dat is goed te begrijpen, omdat het inderdaad echt wel een Brits boek is; de hoofdpersonages komen bijvoorbeeld uit van die typisch Engelse verschillende sociale achtergronden, zoals die in Nederland eigenlijk minder gebruikelijk zijn.
Max Rippon komt uit een zeer welgesteld milieu, hij is populair en zeer sociaal vaardig. Kate Quaile is nogal introvert en is opgevoed door een alleenstaande moeder die haar alcoholprobleem onder controle heeft weten te krijgen door zich te gaan richten op het vervaardigen van aardewerk. Max en Kate ontmoeten elkaar op de universiteit, ontdekken dat ze min of meer uit dezelfde buurt komen en ondanks de grote verschillen die er tussen hen bestaan, ontstaat er een prettige, ongecompliceerde en platonische vriendschap, die vele jaren standhoudt. Ze beschouwen elkaar als beste vrienden, ondanks het feit dat ze allebei relaties hebben met andere mensen. Kate sluit regelmatig aan bij familiefeestjes van Max in één van de vele huizen van de familie en ze leert diens familie dan ook goed kennen. Price lardeert haar verhaal met humoristische zinnetjes als:
“Voor het geval er iemand was die nog geen jicht had, kwam de kaas op tafel.”
Na hun afstuderen wordt er ter gelegenheid daarvan een feest gegeven bij Max’ familie, om de nieuwe fase van hun leven te markeren. Kate wordt op die avond verkracht door een familielid van Max, maar ze vertelt dat aanvankelijk aan niemand. Juist voor haar beste vriend Max wil ze het misbruik geheimhouden. Op een gegeven moment loopt ze echter in meerdere opzichten volledig vast. Price beschrijft dat Kate gekweld wordt door vreselijke dromen waardoor ze overdag rusteloos en doodmoe door het leven gaat. Haar gevoel van veiligheid is ze volledig kwijt, maar het lukt haar niet om zelf weer grip op haar leven te krijgen.
“Kate ontdekte al snel dat er geen subtiele manier was om uit te leggen dat ze was verkracht. Er was geen indirecte manier om het onder woorden te brengen en omdat er niets bestond tussen verkracht zijn en niet verkracht zijn, was het niet mogelijk om eerst de stemming te peilen, om toespelingen op haar situatie te maken en de reactie van een potentiële vertrouweling in te schatten.”
Wanneer Kate op een gegeven moment toch met een deel van het verhaal naar buiten komt, krijgt ze steun uit onverwachte hoek.
In Wat rood was worden zware thema’s aangesneden. Desalniettemin ademt het boek geen zware sfeer. Dat komt door de manier waarop Price heel observerend en precies schrijft, maar misschien ook omdat het vertelperspectief ieder hoofdstuk wisselt. Tegelijkertijd is dat laatste ook een minpuntje van het boek; door de veelheid van (mannelijke) personages kan de lezer het overzicht enigszins kwijtraken. Maar dat een schrijfster op zo jonge leeftijd al een dergelijk boek kan schrijven is absoluut een belofte voor de toekomst.
Reageer op deze recensie