Barst de bom?
De tussenzus is de eerste roman van Vincent Kortmann (1975), die in 2017 de opleiding aan de Schrijversvakschool afrondde. Zijn knap geschreven debuut gaat over de ik-figuur Tommie Boezerman, zoon van 'een vrouw die met enkele strofen een nieuwe wereld kon scheppen en een man die uren aan het woord kan zijn, zonder iets te zeggen.' De moeder van Tommie was een bekende dichteres, ze is overleden toen hij acht jaar oud was. Zijn vader Manfred is minister van Justitie geweest en is nog steeds actief in de politiek. Vader is vrijwel nooit thuis en hij communiceert via zijn personal assistent met zijn enige kind. Tommie is kort na zijn achttiende verjaardag op eigen initiatief halverwege het eindexamenjaar van school gegaan. Hij doet sindsdien wat vrijwilligerswerk voor een kringloopwinkel.
Het andere hoofdpersonage in het boek is Cleo. Zij woont in hetzelfde huis als Tommie; haar moeder heeft ooit een relatie gehad met zijn vader, maar er bestaat geen verwantschap tussen haar en Tommie. Na het beëindigen van de relatie tussen haar moeder en de vader van Tommie is Cleo vanwege praktische redenen in het enorme huis blijven wonen. Cleo is in alle opzichten een pittige tante: 'Wat ze ook eet, of het nu hutspot of een boterham met kaas is, ze snippert er een pepertje doorheen of smeert er sambal op.' Ze is gefascineerd door wapens en oefent met een luchtdrukkarabijn in de achtertuin. Aan de ene kant is ze zeer begaan met het milieu en kookt ze een veganistisch kerstdiner, aan de andere kant betrapt Tommie haar in de stad terwijl ze kipnuggets eet. Haar excuus?
'Eigenlijk eet je afval. Het is dus goed dat ik nuggets eet, anders zou het weggegooid worden. Er is in Nederland nog nooit een kip geslacht om nuggets van te maken.'
In het heden waarin het boek speelt, is Tommie volwassen, maar Kortmann neemt de lezer steeds bijna ongemerkt mee naar het verleden, waarin hij opgevoed werd door een dozijn Franse au pairs – waarin vader Boezerman een meer dan normale interesse had. Tommie observeert de vrouwen in zijn omgeving. 'Ik was niet op zoek naar belastende informatie, ik wilde gewoon weten hoe mensen leven. Ik wilde weten hoe het hoorde.' Op een dag neemt zijn oud-docente Nederlands contact op met Tommie. Ze blijkt hem nodig te hebben om het schooltoneelstuk te herschrijven. Dat dit verzoek niet gespeend is van een bepaald eigenbelang zal later in het verhaal blijken. Kortmann is er namelijk zeer bedreven in om op subtiele wijze het egoïsme en opportunisme van zijn personages te beschrijven; iedereen heeft wel een kantje dat niet helemaal spoort. Zo heeft Tommie een wel heel bijzondere verzameling aangelegd.
Tommie en Cleo zijn min of meer tot elkaar veroordeeld in het grote comfortabele huis, waarin ze vrijwel altijd zonder volwassen toezicht leven. Ze gaan op een bijzondere manier met elkaar om en ontwikkelen zich in verschillende richtingen. Tommie verwerkt de relatie met zijn vader in het schooltoneelstuk en ontdekt en passant ook het een en ander over zijn overleden moeder. Cleo speelt een hoofdrol in het toneelstuk en gaat zich steeds meer interesseren voor zaken op het darknet. Het personage van Tommie is vanwege het ik-perspectief het meest geloofwaardige.
Het wordt steeds duidelijker dat de levens van beide adolescenten om verschillende redenen tot een apotheose zullen komen. Dat de bom van de omslag gaat barsten, is duidelijk, de vraag is alleen hoe. Kortmann bouwt de spanning zorgvuldig op en houdt de lezer tot het einde toe geboeid. Het boek zit goed in elkaar: er zijn mooie dwarsverbanden die voor gelaagdheid zorgen en betekenisvolle verwijzingen naar andere literaire werken. De personages zijn – ondanks hun kantjes die niet helemaal sociaal wenselijk zijn – goed uitgewerkt en de stijl is humoristisch en licht. De tussenzus is een boek om met plezier te lezen en geeft redenen genoeg om uit te kijken naar een volgend boek van Kortmann.
Reageer op deze recensie