Lezersrecensie
Leuke feelgood over vriendschap en keuzes maken
In ‘Drie vrienden, een huis (en een klusjesman)’ heeft Noor ervoor gekozen om voor een periode van twee jaar naar Amsterdam te vertrekken om daar haar droombaan bij het Van Gogh Museum te kunnen uitvoeren. Dat haar vriend Ewald, met wie zij in het Limburgse dorpje Itteren samenwoont, daar niet echt gecharmeerd van is, is een understatement. En ook Noors ouders vinden het helemaal niets. Maar Noor zet door en gaat wonen in een soort veredelde bezemkast in Amsterdam en geniet van haar nieuwe werkkring. De bezemkast kan gelukkig al snel worden ingeruild voor een verwaarloosd pandje aan de Herengracht waar ze samen met oud-studiegenoot Joost en haar jongere zusje Kiki, het zwarte schaap van de familie, haar intrek neemt.
In dit verhaal duik je echt in het leven van Noor omdat het verhaal vanuit haar verteld wordt. Joost en Kiki zijn aanwezig maar spelen een meer zijdelingse rol.
De schrijfstijl van Astrid Harrewijn is vol humor en de woorden die ze haar hoofdpersonen in de mond legt zijn geloofwaardig en niet gekunsteld: het lijken net echte mensen. Het is een echte feelgood, maar niet een waarin alles om de liefde draait. Het boek gaat net even een stapje dieper en gaat met name over vriendschap en carrière. En ook de problemen waar ze zo nu en dan tegen aanlopen zijn uit het echte leven gegrepen: spanningen op het werk, relatieproblemen en de dood. En dit komt ook in Noors leven voorbij. Ewald, de vriend van Noor is, gesteund door Noors moeder, wel een verschrikkelijk irritant figuur die droomt van huisje, boompje, beestje waarbij hij alleen aan zichzelf denkt en Noor constant een schuldgevoel probeert aan te praten. Hij heeft totaal niet door dat hij juist door de druk die hij op Noor legt, zij steeds verder van hem vervreemdt. Al lezende snap je gewoon niet dat ze hem niet al veel eerder heeft gedumpt. Je wilt haar bijna toeroepen: laat gaan die man en trek je eigen plan! Gelukkig ziet Noor zelf ook in dat het leven dat zij voorheen leefde als de gehoorzame dochter en vriendin niet meer bij haar past. Je ziet haar groeien van een jonge vrouw die zich in allerlei bochten wringt om aan het ideaal plaatje van haar ouders en haar vriend te voldoen naar een vrouw die eindelijk voor zichzelf, haar carrière en haar eigen geluk kiest.
Leuk en zelfs leerzaam is de kunst die Astrid Harrewijn door het verhaal heeft geweven: je leert zonder dat het saai wordt iets over het leven van Vincent van Gogh en de kunstwereld in het algemeen. En ook de expositie die zij voor Jeff Koons heeft bedacht is ronduit bizar en banaal en zou zomaar uit het brein van de kunstenaar zelf zijn kunnen ontsproten.
Ik heb ervan genoten!
In dit verhaal duik je echt in het leven van Noor omdat het verhaal vanuit haar verteld wordt. Joost en Kiki zijn aanwezig maar spelen een meer zijdelingse rol.
De schrijfstijl van Astrid Harrewijn is vol humor en de woorden die ze haar hoofdpersonen in de mond legt zijn geloofwaardig en niet gekunsteld: het lijken net echte mensen. Het is een echte feelgood, maar niet een waarin alles om de liefde draait. Het boek gaat net even een stapje dieper en gaat met name over vriendschap en carrière. En ook de problemen waar ze zo nu en dan tegen aanlopen zijn uit het echte leven gegrepen: spanningen op het werk, relatieproblemen en de dood. En dit komt ook in Noors leven voorbij. Ewald, de vriend van Noor is, gesteund door Noors moeder, wel een verschrikkelijk irritant figuur die droomt van huisje, boompje, beestje waarbij hij alleen aan zichzelf denkt en Noor constant een schuldgevoel probeert aan te praten. Hij heeft totaal niet door dat hij juist door de druk die hij op Noor legt, zij steeds verder van hem vervreemdt. Al lezende snap je gewoon niet dat ze hem niet al veel eerder heeft gedumpt. Je wilt haar bijna toeroepen: laat gaan die man en trek je eigen plan! Gelukkig ziet Noor zelf ook in dat het leven dat zij voorheen leefde als de gehoorzame dochter en vriendin niet meer bij haar past. Je ziet haar groeien van een jonge vrouw die zich in allerlei bochten wringt om aan het ideaal plaatje van haar ouders en haar vriend te voldoen naar een vrouw die eindelijk voor zichzelf, haar carrière en haar eigen geluk kiest.
Leuk en zelfs leerzaam is de kunst die Astrid Harrewijn door het verhaal heeft geweven: je leert zonder dat het saai wordt iets over het leven van Vincent van Gogh en de kunstwereld in het algemeen. En ook de expositie die zij voor Jeff Koons heeft bedacht is ronduit bizar en banaal en zou zomaar uit het brein van de kunstenaar zelf zijn kunnen ontsproten.
Ik heb ervan genoten!
1
1
Reageer op deze recensie