Boeiende geschiedenisles die geen moment verveelt
Met Wij zijn de Bickers! heeft Simone van der Vlugt haar eerste non-fictie boek afgeleverd en ze bewijst daarmee dat ze qua schrijven van vele markten thuis is. Ze heeft haar sporen al ruimschoots verdiend met haar thrillers en historische romans en ook het schrijven van non-fictie gaat haar in dit boek goed af. In de voor haar kenmerkende, soms nuchter humoristische schrijfstijl, neemt ze je mee terug in de tijd naar de roemruchte Amsterdamse regentenfamilie Bicker. Aan de hand van hun familiegeschiedenis krijg je een beeld van het leven in de zestiende en zeventiende eeuw.
Het geld dat de Bickers verdienden, en waardoor ze een bevoorrechte positie in de maatschappij konden innemen, was niet helemaal onbesmet. Hoewel er in Nederland zelf nooit slavenmarkten zijn geweest, hebben de Bickers wel het grote geld verdiend via de slavenhandel. Om het geld en het aanzien binnen de familie te houden, werd er getrouwd met neven en nichten. Dat dit uiteindelijk leidde tot incestgevoelige ziekten en lichamelijke afwijkingen was dan ook niet zo heel verwonderlijk.
Het verhaal is eigenlijk een grote geschiedenisles en alle grote gebeurtenissen van de zestiende en zeventiende eeuw passeren de revue: de beeldenstorm, de 80-jarige oorlog met het twaalfjarig bestand en de terreur van Alva, om er maar een paar te noemen. In plaats van een droge opsomming van feiten, trekt Van der Vlugt je met haar toegankelijke schrijfstijl zonder ingewikkelde woorden, de geschiedenis in. Door de illustraties, plattegronden, foto’s van de geschilderde portretten van de Bickers en hun stamboom gaat hun geschiedenis nog meer voor je leven.
Een groot deel van het verhaal gaat over Johan de Witt, die getrouwd was met Wendela Bicker, en zijn rol in de geschiedenis. Een geschiedenis waarin zeehelden Michiel de Ruyter en Cornelis Tromp ook een rol spelen. Wat het boek vooral boeiend maakt, is dat Van der Vlugt inzicht geeft in het leven van alledag aan de hand van onder andere brieffragmenten. Hieraan kan je zien dat de Nederlandse taal en zeker de spelling enorm is veranderd. Dat geldt ook voor de omgangsvormen, zoals duidelijk wordt in de formele taal die Johan en Wendela gebruikten in de brieven die ze aan elkaar schreven. Wendela begon haar brieven bijvoorbeeld met ‘Men Heer ende Waarde Man’.
Opvallend is ook de rol van de Nederlandse vrouw, die ondanks de beperkingen van die tijd, aardig vooruitstrevend was. Ze schoven aan bij de mannen aan tafel en voerden niet zelden het hoogste woord. Iets wat in de omringende landen totaal niet gebruikelijk was, getuige deze vertaalde opmerking van een Engelsman die Nederland aandeed:
‘De vrouwen in dit gedeelte [van de wereld] kunnen meer dan alle anderen van onnatuurlijke dwingelandij over hun mannen worden beticht.’
Een ding is sowieso duidelijk: in deze tijd werd er niet gekeken naar mensenrechten. De terechtstellingen waren barbaars: de pijnbank waarop je uit elkaar getrokken werd, onthoofdingen, verdrinking door vastgebonden op een ladder in de rivier te worden gegooid en de galg. Op het galgenveld werden ook de hoofden van de onthoofden op staken gestoken. Dat zal toch een aardig lugubere aanblik zijn geweest. De manier waarop de gebroeders De Witt geliquideerd werden, hun lijken ten toon werden gesteld en hun hart daarna nog uit hun lichaam werd gesneden, getuigden evenmin van fijnzinnigheid. Van der Vlugt neemt je tussen de bedrijven mee voor een wandeling door historisch Amsterdam en als je stad kent, herken je gebouwen en straten die vandaag de dag nog steeds bestaan.
Simone van de Vlugt is erin geslaagd om met haar eerste non-fictie boek een begrijpelijk en boeiend verhaal te schrijven. Meeslepend, zoals de achterflap ons belooft, is misschien iets te sterk uitgedrukt, maar het is zeker interessante lectuur die geen moment verveelt of langdradig wordt.
Reageer op deze recensie