Een plein waar eigenlijk niemand wil wonen
De in 1978 geboren Jan-Willem Anker debuteerde in 2005 met een dichtbundel die ook nog eens de Jo Peters Poëzieprijs won. Er volgden nog twee gedichtenbundels of, zoals een recensie het noemt, bundels met vrijere versvormen en taalspelen. In 2012 publiceerde Jan-Willem zijn eerste roman die zeer lovend ontvangen werd.
Tijdens het schrijven van zijn tweede roman begon Jan-Willem Anker met het bijhouden van van een online dagboek over het plein in de Vogelbuurt in Amsterdam waar hij inmiddels was gaan samenwonen met zijn vriendin. Er gebeurde zoveel op het plein dat zijn roman even moest wachten. Zijn aantekeningen bestrijken een half jaar en waren voldoende om te bundelen tot een boek waarin hij de gebeurtenissen op het plein de revue laat passeren. Jan-Willem Anker is niet alleen toeschouwer maar ook actief burger als het gaat om het verbeteren van zijn leefomgeving. Hij bemoeit zich met de herinrichting van het plein en eigenlijk met vrijwel alles wat hij ziet gebeuren.
De schrijver neemt geen blad voor de mond en benoemt zaken heel direct. De hangjeugd die het plein bevolkt en vaak regeert bestaat over het algemeen niet uit blanke Nederlandse jongeren en dat mogen we weten ook. Het feit dat Jan-Willem zich actief bemoeit met de zaken die hij ziet gebeuren blijft niet zonder gevolgen. Vuurwerk door de brievenbus, stenen door de ruiten en inbraken. Hij mocht het allemaal meemaken. Wat eigenlijk net zo erg is, is het feit dat alle inspanningen om verbetering in de situatie te brengen zinloos lijken. Bureaucratie is daar één van de oorzaken van. Minder goed te begrijpen is het feit dat de daders van een inbraak zich intimiderend kunnen gedragen tegenover de slachtoffers en dat politie en justitie niet ingrijpen. Het kan allemaal en het is iedere bladzijde weer frustrerend en boosmakend.
Behalve observeren en weergeven van alle gebeurtenissen op het plein lezen we hier en daar ook analyses en bespiegelingen over dingen waar Jan-Willem over nadenkt. Waarom gooien, voornamelijk jonge mannen, hun afval op straat? Wat is eigenlijk een “participatiemaatschappij” ? Doen we de dingen wel samen of is het altijd de enkeling die de kar trekt? Hoe zit het met de rol van de overheid en de gemeente als het gaat om burgers die hun best doen om hun leefomgeving te verbeteren? Waar en waarom loopt het spaak? Niet alleen de schrijver maar ook zijn vriendin Anna kijkt naar de mensen op het plein en probeert te begrijpen en weer te geven wat ze zien.
De Vogelbuurt is één van de armste buurten van Nederland met heel veel problemen op allerlei gebied. Blijkbaar zijn wij als maatschappij niet in staat om deze problemen aan te pakken en, al is het maar voor een deel, op te lossen. Met als gevolg dat mensen die geen andere keus hebben in deze buurt moeten blijven wonen en mensen die wel een keus hebben niet weten hoe snel ze moeten verhuizen. Jan-Willem Anker zou het ook graag anders zien en wellicht is dat voor hem een reden geweest is om dit boek te schrijven.
Behalve het weergeven van feiten en gebeurtenissen heeft hij toch ook nog heel erg zijn best gedaan om te laten zien dat hij niet zomaar een dagboekschrijver is. Hier is een dichter en romanschrijver aan het woord. Een erudiete en intelligente man die niet even een boek uit mouw schudt maar die nadenkt over iedere zin. Het voorwoord is hoogdravend en maakt heel duidelijk dat wij hier niet met de eerste de beste te maken hebben. Tien pagina’s verder krijgen we nog een stuk Franse tekst voor de kiezen en wie dat niet kan lezen zoekt het maar fijn zelf uit. Gaandeweg wordt het boek leesbaarder en de schrijver daarmee sympathieker. Hij hoort niet in de Vogelbuurt thuis maar wie zijn boek goed leest zal tot de conclusie komen dat niemand in zo’n buurt zou moeten wonen en het is te hopen dat dit boek uiteindelijk zal bijdragen aan een oplossing van dit sociale probleem. Een boek voor een brede doelgroep. Zowel literatuurliefhebbers als mensen die interesse hebben in de beschreven problematiek zullen dit boek waarderen.
Reageer op deze recensie