Matchfixing avant la lettre
Matchfixing is tegenwoordig een hot item in de sport. Voortdurend lezen en horen we verhalen over verkochte en gemanipuleerde wedstrijden. Allerlei duistere types (zoals bijvoorbeeld de "belchinezen") spelen hierin een rol en er is heel veel geld mee gemoeid.
Dat was vroeger heel anders. In de tijd van doelman Wim Landman (actief voor o.a. SHS en het Nederlands elftal) speelde zoiets überhaupt niet en had men nog nooit van het begrip matchfixing gehoord. Het amateurisme voerde de boventoon, totdat in 1953 het betaald voetbal werd geïntroduceerd. Maar in 1956 verloor de Nederlandse sport haar onschuld. Op 25 mei van dat jaar proberen vier Brabantse mannen (min of meer namens BVV uit Den Bosch) Wim Landman (van SHS uit Scheveningen) om te kopen, zoals dat in die tijd werd genoemd. Ze bieden hem geld aan, dat Landman weigert aan te nemen, maar laten toch een enveloppe met vijfhonderd gulden bij hem achter. De volgende dag, nadat SHS met 5-1 van BVV verloren heeft, geeft hij het geld terug omdat hij er niets mee te maken wil hebben. De Telegraaf schrijft: "SHS zeer zwak tegen BVV, Landman in het bijzonder".
De KNVB (de Nederlandse voetbalbond) krijgt door een klokkenluider lucht van de zaak en uiteindelijk, na een niet zo grondig onderzoek, wordt Landman voor ruim een jaar geschorst. De eerste omkopingszaak in Nederland is een feit. De KNVB staat niet zo sterk in deze zaak, het vonnis rept namelijk van "het in eerste instantie ingaan op een poging tot omkoping" en "het niet aan de KNVB melden van deze poging tot omkoping". Hoewel dus eigenlijk niet zo heel erg schuldig, slaat deze zaak in als een bom bij Landman. Hij is volkomen lamgeslagen en doet niets om de straf aan te vechten en "laat alle stank over zich heen komen". De bewierookte Landman, doelman van Oranje en in 1948 zelfs vlaggedrager voor Nederland bij de Olympische Spelen, raakt steeds verder in de put, verliest zijn baan, ziet zijn huwelijk stranden en springt in uiterste wanhoop voor de trein.
De auteur, Jan D. Swart, poogt in Het drama Landman een reconstructie te geven van de "omkopingszaak Landman" en komt daarbij min of meer tot de conclusie dat Landman eigenlijk onschuldig was en dus geen straf verdiende. Hij heeft hiervoor monnikenwerk verricht door in de archieven te duiken en met allerlei nog levende betrokkenen te spreken, zodat hij de zaak vergaand kon uitpluizen. Dat dit niet helemaal gelukt is, komt mede door zijn wat warrige en wollige schrijfstijl, hier en daar zelfs wat uitmondend in mooischrijverij. Ook de consistentie en helderheid laat wel wat te wensen over. Toch verdient de auteur alle lof voor zijn poging het "matchfixingslachtoffer" Wim Landman te rehabiliteren, door middel van dit uiteindelijk toch zeer lezenswaardig boek.
Reageer op deze recensie