Lezersrecensie
Hij- die- niet- genoemd- mag- worden
Iggy is een dertigjarige vrouw die als museumpost in Gent werkt en alleen met haar hond woont. Wanneer er op een dag een zak met bakstenen wordt bezorgd, restanten van een door haar overleden vader gemaakte muurschildering, komen er beelden van vroeger terug, die ze lang geleden had verdrongen.
In pakkende, originele beelden beschrijft Femke Vindevogel het jeugdtrauma van de hoofdpersoon. Haar vader dronk. Als een hondsdolle hond kon hij tekeergaan wanneer hij een kwade dronk had. Ze noemt hem dan ook de driekoppige hond (die een spuitje had moeten krijgen) of hij-die-niet-genoemd-mag-worden.
Nadat ze de muurschildering als een puzzel heeft gelegd, ontdekt ze dat er een paar stenen ontbreken en gaat ze op zoek naar de ontbrekende delen. Haar zoektocht brengt haar onder andere in Berlijn. Ondertussen reflecteert ze op haar verleden en de gevolgen daarvan voor haar emotionele en relationele volwassen leven
“Ik ben een Oost-Duitse metrolijn waarvan de route is gekortwiekt tot die ene halte in mijn kindertijd: de dag dat ik van steen werd (…) Mijn tong was al jaren een baksteen die me belette om vrijuit te spreken; ik zou de muur zijn, mensen zouden zich tegen mij te pletter slaan en niet andersom (…) Ik werd een muur, steviger dan de Berlijnse en hoger dan de Chinese. Niemand kon mij nog beklimmen, niemand kreeg hoogte van mij. Eerst was ik een fossiel. Toen was ik een fossiel.”
Het gegeven van een slechte jeugd en gewelddadige vader is niet origineel, evenmin als het geleidelijk terugkomen van herinneringen na een trauma, maar de wijze waarop deze schrijfster dit heeft verwoord, is ijzersterk. Het beeld van de steen wordt consequent uitgewerkt en komt zelfs in de vormgeving terug. Tussen de delen staat telkens een baksteentje als markering. Verder zijn de afzonderlijke delen kort, waardoor het prettig leest. Mooi boek over een zwaar onderwerp!
In pakkende, originele beelden beschrijft Femke Vindevogel het jeugdtrauma van de hoofdpersoon. Haar vader dronk. Als een hondsdolle hond kon hij tekeergaan wanneer hij een kwade dronk had. Ze noemt hem dan ook de driekoppige hond (die een spuitje had moeten krijgen) of hij-die-niet-genoemd-mag-worden.
Nadat ze de muurschildering als een puzzel heeft gelegd, ontdekt ze dat er een paar stenen ontbreken en gaat ze op zoek naar de ontbrekende delen. Haar zoektocht brengt haar onder andere in Berlijn. Ondertussen reflecteert ze op haar verleden en de gevolgen daarvan voor haar emotionele en relationele volwassen leven
“Ik ben een Oost-Duitse metrolijn waarvan de route is gekortwiekt tot die ene halte in mijn kindertijd: de dag dat ik van steen werd (…) Mijn tong was al jaren een baksteen die me belette om vrijuit te spreken; ik zou de muur zijn, mensen zouden zich tegen mij te pletter slaan en niet andersom (…) Ik werd een muur, steviger dan de Berlijnse en hoger dan de Chinese. Niemand kon mij nog beklimmen, niemand kreeg hoogte van mij. Eerst was ik een fossiel. Toen was ik een fossiel.”
Het gegeven van een slechte jeugd en gewelddadige vader is niet origineel, evenmin als het geleidelijk terugkomen van herinneringen na een trauma, maar de wijze waarop deze schrijfster dit heeft verwoord, is ijzersterk. Het beeld van de steen wordt consequent uitgewerkt en komt zelfs in de vormgeving terug. Tussen de delen staat telkens een baksteentje als markering. Verder zijn de afzonderlijke delen kort, waardoor het prettig leest. Mooi boek over een zwaar onderwerp!
1
Reageer op deze recensie