Zonder kinderen geen geluk?
“Yejide zou een kind krijgen en dan zouden we voor altijd gelukkig zijn. De prijs deed er niet toe. Het deed er niet toe hoeveel rivieren we moesten oversteken. Aan het einde van dit alles lag dit stukje geluk, dat pas zou beginnen als we kinderen hadden en geen minuut eerder.”
Er is de afgelopen jaren veel interessante literatuur uit Nigeria verschenen. Het begon met Chinua Achebe, die de botsing aan de kaak stelde tussen de westerse cultuur van de kolonisator en de traditionele normen en waarden. Daarna kwam Ben Okri met zijn Hongerende weg, dat de wereld van de ongeborenen verbeeldt, vervolgens de Amerikaans-Nigeriaanse feministische schrijfster Chimamanda Ngozi Adiche met Een halve gele zon over de burgeroorlog en Americanah over de cultuurkloof, daarna Chigozie Obioma met Verboden rivier over het magische denken en nu is er weer een nieuwe ster aan het firmament, die van binnenuit over de huidige Nigeriaanse samenleving schrijft, waarin mannen geacht worden om kinderen te verwekken en een nieuwe vrouw moeten nemen wanneer dat niet lukt: Ayobami Adebayo met haar debuut Blijf bij me.
De roman leest vlot, betrekt je direct bij de hoofdpersonen en maakt je nieuwsgierig naar hoe het verder gaat. Ayobami maakt gebruik van de ik-vorm en een wisselend perspectief. Het begint in 2008 met de zin “Vandaag moest ik deze stad verlaten om terug te gaan naar jou.”
Hier is Yejide aan het woord en je weet dus al dat ze terugkeert, maar nog niet wie de jij is en wat er allemaal aan voorafgegaan is. Daarna blikt ze terug op het familieberaad waarmee de ellende is begonnen en in het derde hoofdstuk komt haar man Akin aan het woord, die terugblikt op de eerste ontmoeting. Het was liefde op het eerste gezicht en ze waren gelukkig getrouwd, maar er kwamen geen kinderen. Wanneer zowel ziekenhuisonderzoeken en alternatieve genezers geen resultaat opleveren, bepaalt de familie dat er een tweede vrouw moet komen. Deze Funmi gaat er aanvankelijk mee akkoord dat ze haar eigen appartement heeft en niet bij hen inwoont, maar gaat zich opdringen wanneer ze zich verwaarloosd voelt. Ondertussen heeft Yejide zich ingebeeld dat ze zwanger is en voelt zij zich daarin niet erkend. Zij, die vroeger als kind ‘de verschrikkelijke’ werd genoemd, gestudeerd heeft en een kapsalon leidt, voelt zich aan de kant gezet en denkt terug aan haar jeugd waarin zij omringd was door stiefmoeders, omdat haar moeder bij de bevalling was gestorven. Ze hoefde niet te studeren, zeiden de stiefmoeders, omdat ze "een hoer zou worden net als haar moeder, met een kind geschopt door een man die nooit met haar zou trouwen."
Uiteindelijk is het niet de jonge Funme die zwanger wordt, maar Yejide zelf. Ze is dolgelukkig, totdat er complicaties optreden en duidelijk wordt dat het moederschap ook groot verdriet met zich meebrengt, zo zeer dat ze zich niet meer kan en wil hechten. Wanneer ze daarnaast ontdekt dat Akin al jaren een geheim met zich meedraagt en haar in zekere in heeft bedrogen, trekt ze het niet meer en verlaat ze hem.
Het wisselende perspectief en het gebruik van technieken zoals het verzwijgen van informatie, vooruitwijzingen en terugblikken houden deze roman spannend. Daarnaast kan je je gemakkelijk verplaatsen in zowel de man als de vrouw, die zwaar onder druk gezet worden door hun familie en niet de ruimte en de vrijheid krijgen om ‘gewoon met elkaar gelukkig te zijn’. Op de achtergrond spelen de dictatuur, roofovervallen en een corrupte politie waarover vrij laconiek wordt gesproken. Bovendien geeft deze roman een mooi inkijkje in de Nigeriaanse samenleving, de manier van denken en spreken. Een grappig voorbeeld is het gezegde 'Alles wat je in de diepe duisternis uithaalt, zal ooit op de markt besproken worden.'
Reageer op deze recensie