Aan het einde van de wereld
“Mensen, mensen, mensen: honderden figuren ziet hij voor zich. Hij was degene die hen hier opwachtte, aan het einde van de wereld. Die hen de taiga injoeg, hen zich halfdood liet werken, met ijzeren hand het plan uit hen kneep, hen bespotte, hun schrik aanjoeg, liet straffen. Die huizen voor hen bouwde, hun te eten gaf, zorgde voor voorraden voedsel en medicijnen, hen tegen het centrum in bescherming nam. Die hen drijvende hield. En zij hem.”
Wie de boeken van Solzjenitsyn of Rybakov heeft gelezen, weet dat er – ten tijde van Stalins regime van de jaren ’30 tot ’50 – een eilandenrijk van strafkampen bestond in de Sovjet-Unie: de zogenaamde Goelag-archipel. Daar werden alle vijanden van de revolutie naartoe gestuurd voor heropvoeding. Onder erbarmelijke omstandigheden moesten ze zwaar fysiek werk doen. Nu is er een nieuwe roman, uit het Russisch vertaald door Arthur Langeveld, die deze zwarte geschiedenis vanuit een deels vrouwelijk perspectief belicht. Zulajka opent haar ogen, gebaseerd op de verhalen van de grootmoeder van de Tataarse schrijfster Guzel Jachina (1977), biedt niet alleen interessante wetenswaardigheden, maar raakt je ook in je hart. Je leeft mee met de hoofdpersonen, die liefdevol zijn geportretteerd.
Aanvankelijk woont Zulajka met haar vijftien jaar oudere man en diens tirannieke, doof-blinde moeder op een boerderij. Zulajka prijst zichzelf gelukkig met haar ‘goede’ echtgenoot, maar de lezer weet wel beter. De kritische schoonmoeder, bijgenaamd Vampiria, boezemt haar grote angst in en komt jaren later nog in visioenen terug. Al vier dochtertjes heeft Zulajka voortijdig moeten begraven en stiekem brengt ze offers naar de geesten van de dorpsrand en het kerkhof, die voor hen moeten waken. Wanneer de Rode Hordes komen, verstoppen ze hun voedsel en weigeren op te gaan in een kolchoz. De man wordt doodgeschoten door commandant Ignatov en Zulajka wordt op transport gesteld.
"De karavaan met verbannen boeren strekt zich als een dun zijden lint uit tot voorbij de horizon, waarboven een bloedrode zon feestelijk opgaat (…) Weer een zandkorreltje geworpen op de weegschaal van de revolutie."
In een doorgangskamp in Kazan ontmoet ze de in ongenade gevallen en aan wanen lijdende chirurg-professor Leibe, die af en toe heldere momenten heeft en dan precies de juiste diagnose weet te stellen. Hij is de eerste die ziet dat zij zwanger is. Wanneer ze eenmaal op transport gaan, "voorwaarts naar geluk", worden er veel te veel koelakken op elkaar in veewagons gepropt, raken de spoorwegen verstopt en staan ze regelmatig stil of rijden weer achteruit, zodat ze pas na zes maanden in Siberië aankomen. Daar worden de overlevenden overgezet in boten en verdrinken er velen, alvorens de plek van bestemming te hebben bereikt. Ook Zulajka dreigt te verdrinken, maar zij wordt gered door Ignatov die een zwak voor haar heeft en niet zo slecht blijkt te zijn:
“Zulajka draait zich om en kijkt met afgematte ogen naar Ignatov. Alsof ze in zijn ziel keek. Die groene ogen kerfden zich toch al in zijn hart."
Dan zijn ze aangekomen in een wildernis, op de taiga in Siberië, waar Leibe Zulajka redt van een zware bevalling en op een bijzondere manier bij zinnen komt. Ze graven een kuilwoning, proberen te jagen en vissen, terwijl de professor een lazaret (ziekenhuis) inricht. Het wordt een koude winter met sneeuw, hongersnood, ziekte en weer sterven er mensen. Pas in de lente komen er nieuwe manschappen en gereedschappen. Vanaf dat moment wordt het een echte nederzetting die zich ontwikkelt tot een gemeenschap die uiteindelijk ook producten voor de export maakt en een clubhuis heeft voor propaganda. Pas wanneer de Tweede Wereldoorlog aanbreekt, kunnen er voor het eerst mensen de nederzetting verlaten…
Van het begin af aan word je geboeid door omdat er vragen worden opgeroepen die je beantwoord wil hebben en je blijft doorlezen, omdat je wil weten hoe het verder gaat. Deze prachtige roman bevat mooie natuurbeelden, ontroerende beschrijvingen van de relatie tussen de tengere, groenogige Zulajka en Ignatov – wanneer hij naar haar kijkt, voelt ze zich honing worden - en wordt verluchtigd met ironie.
De titel Zulajka opent haar ogen is goed gekozen. Het boek opent met met deze zin, die in eerste instantie letterlijk opgevat moet worden, maar op meerdere plekken wordt herhaald en een figuurlijke betekenis krijgt. Eerst zit Zulajka, die niet kan lezen, onder de plak bij haar man, schoonmoeder en Allah. Naarmate zij langer weg is, ontdekt ze meer en meer haar kracht en krijgt ze gevoel voor eigenwaarde.
Reageer op deze recensie