Gelaagde roman over ontworteling
De Spaanse auteur en journalist Aroa Morena Durán (1981) publiceerde eerder enkele dichtbundels en biografieën. Met haar romandebuut Dingen die je meeneemt op reis, over de dochter van Spaanse communistische emigranten in Oost-Berlijn, won ze in 2017 meteen een belangrijke literaire prijs. Dit debuut is nu in het Nederlands vertaald door Corrie Rasink.
Morena Durán hoorde van een voormalige politieke gevangene van het Franco-regime over een nooit eerder geschreven verhaal: dat van de Spaanse communistische ballingen in de vroegere DDR. Om dit stukje van de grotere geschiedenis uit te spitten reisde ze tweemaal naar Oost-Berlijn. Ze deed onder andere research in de archieven van de Stasi en verdiepte zich in de sfeer die we kennen uit de film Das Leben der Anderen of de Netflix-serie Weissensee.
Katia groeit op in Oost-Berlijn vlak bij waar de Muur gebouwd wordt. Haar vader spreekt moeizaam Duits en werkt als fabrieksarbeider, haar moeder heeft zich het Duits nooit eigen gemaakt. Via Katia’s ogen zien we het liefdevolle gezin, het jongere zusje, het armoedige dagelijkse leven. De zusjes ontdekken dat er een verleden is waarover haar ouders niet spreken, een oorlog, ‘niet die van hier, maar onze oorlog’. Ze vinden een stoffige oude, met touwen dichtgebonden kartonnen koffer met wat oude foto’s. De ouders hebben heimwee, er is een tante in Madrid, een oom in Moskou.
Naarmate ze ouder wordt gaat Katia beseffen dat zij er niet echt bij hoort. Het gezin is staatloos. ‘Het is wel duidelijk dat je Spaans bent,’ zegt haar vriendje als ze hem afhoudt tijdens een beginnende vrijpartij. Af en toe komen West-Duitsers naar hun deel van de stad, alsof ze naar een dierentuin gaan. De jongeren zijn zich daarvan bewust en spotten ermee. Katia en haar zusje moeten studeren en de dromen van hun ouders waarmaken, zodat die niet voor niets alles achter zich gelaten hebben.
Als Katia achttien is, ontmoet ze Johannes uit West-Duitsland. Nadat ze elkaar een pas een paar keer gezien hebben, besluit ze impulsief om hem te volgen. Hij heeft alles al geregeld voor haar.
‘Zoals iemand zijn leven op het spel kon zetten voor een idee, voor een beter of slechter leven dan dat van ons, en om het licht te leren kennen dat achter onze Muur opdoemde, zo zou ik ook het risico nemen, maar dan compleet onbezonnen, instinctief’.
Hoe ze vlucht, hoe ze belandt in zijn traditionele en materialistisch ingestelde Zuid-Duitse dorp, hoe hun leven samen eruit ziet en hoe het is als hij denkt haar een plezier te doen met een reis naar het geboortedorp van haar ouders, het wordt allemaal in korte scènes geschetst.
Het laatste deel vertelt in een onverwacht verschoven perspectief, namelijk net als in de proloog in de derde persoon, over Katia’s bezoek aan haar ouderlijk huis na de val van de Muur en de samenvoeging van Oost en West. In de oude koffer vindt ze nu documenten over de omstandigheden van haar vader en de gevolgen van haar vertrek voor het gezin.
Het taalgebruik is meer journalistiek dan poëtisch. De auteur toont een groot empathisch vermogen, je kruipt echt in de huid van Katia, en als je haar niet altijd begrijpt is dat vooral omdat ze zichzelf ook niet begrijpt.
De roman intrigeert door het onderwerp, de setting en de redelijk kale, uitgebeende vertelstructuur. De auteur maakt grote sprongen in de tijd, zoomt in op een paar scènes, en in het volgende hoofdstuk is het een paar jaar later. Het is een van die boeken waardoor je na het lezen van de laatste bladzijden achterblijft met het gevoel dat je eigenlijk weer bij het begin wilt beginnen, maar dan met meer aandacht voor wat er in het verhaal eigenlijk niet gezegd is, of alleen tussen de regels door. Het is een goed geschreven, gelaagde roman met als thema’s ontworteling, emigratie, muren tussen mensen, hoe geschiedenis en politiek het leven van gewone mensen beïnvloeden.
Reageer op deze recensie