Lezersrecensie
Zo is het, zo voelt het
Aaf en Annemarieke worden in de jaren '60 gedwongen afgestaan, precies naar de wens van de grootouders en zeer tegen de wens van moeder Claudia. De meisjes groeien op in twee verschillende gezinnen: het ene liefdevol en los, het andere gezin blijft krampachtigheid vertonen. Op een dag lekt het grote geheim uit: je hebt een zus. Dat is de start van een zoektocht naar het verleden, naar antwoorden, naar het gevoel gewenst te zijn. Naar een bodem.
Het gebeurt haast nooit dat ik een roman over adoptie lees en denk 'Ja! Zo is het, zo voelt het.' Hoe anders is dat in dit boek. Het verhaal lijkt in niets op het mijne, dat kan ook niet, geen twee adoptieverhalen zijn hetzelfde en ik heb geen tweelingzus, en toch zijn er allerlei details waarbij ik wel herkenning voel. En natuurlijk de grote berg toeval die opduikt, toeval waarover je denkt: hoe bestaat het. Dat trof me en ik vond het fijn dat juist dat aangestipt werd.
Het einde is open maar dankzij de alwetende verteller, mogelijk een hulpverlener die alles aanschouwde en noteerde, hebben we wel enig idee hoe het verder is gegaan met de bijpersonen. Die gekozen vorm beviel me. Nog steeds beslist een ander over het verhaal van deze meisjes: wat vertellen we wel, wat vertellen we niet. Daarmee is goed aangegeven hoe diep de bemoeienis van anderen rondom afstand en adoptie in die tijd en in de decennia erna gaat. Alsof je nooit echt helemaal jezelf bent of bent geweest, maar altijd een iets wat iemand kocht om er een gat mee te vullen. Een helft van de tweeling zal deze opmerking helemaal begrijpen, de andere helft zal het minder zeggen.
Het gebeurt haast nooit dat ik een roman over adoptie lees en denk 'Ja! Zo is het, zo voelt het.' Hoe anders is dat in dit boek. Het verhaal lijkt in niets op het mijne, dat kan ook niet, geen twee adoptieverhalen zijn hetzelfde en ik heb geen tweelingzus, en toch zijn er allerlei details waarbij ik wel herkenning voel. En natuurlijk de grote berg toeval die opduikt, toeval waarover je denkt: hoe bestaat het. Dat trof me en ik vond het fijn dat juist dat aangestipt werd.
Het einde is open maar dankzij de alwetende verteller, mogelijk een hulpverlener die alles aanschouwde en noteerde, hebben we wel enig idee hoe het verder is gegaan met de bijpersonen. Die gekozen vorm beviel me. Nog steeds beslist een ander over het verhaal van deze meisjes: wat vertellen we wel, wat vertellen we niet. Daarmee is goed aangegeven hoe diep de bemoeienis van anderen rondom afstand en adoptie in die tijd en in de decennia erna gaat. Alsof je nooit echt helemaal jezelf bent of bent geweest, maar altijd een iets wat iemand kocht om er een gat mee te vullen. Een helft van de tweeling zal deze opmerking helemaal begrijpen, de andere helft zal het minder zeggen.
1
Reageer op deze recensie