Lezersrecensie
Beangstigend
Na het overlijden van de eerste Rijkspresident in 1925 werd Paul von Hindenburg gekozen tot Rijkspresident van Duitsland. Hij had zijn sporen verdiend als generaal in de Eerste Wereldoorlog en hoewel geen politicus, had hij rust en stabiliteit weten te bewerkstelligen tijdens de Weimarrepubliek.
Von Hindenburg (1847-1934) was al flink op leeftijd toen hij Hitler benoemde tot Rijkskanselier. Dat was op 30 januari 1933.
Uwe Wittstock beschrijft aan de hand van dagboeken, brieven, verslagen, krantenartikelen en andere documenten hoe de Duitse kunstsector in de kortste maand februari razendsnel in een koude golfstroom terechtkomt. Gondrechten, zoals de vrijheid van meningsuiting, worden terzijde geschoven. Op hogere posities bij de politie worden partijleden benoemd. Theateruitvoeringen worden verboden, kunstenaars wordt het werk onmogelijk gemaakt, omdat ze Joods zijn, of geen aanhanger van het nationaalsocialisme, paspoorten worden afgenomen. Ook journalisten, redacteuren en theaterdirecteuren komen in de gevarenzone.
Sommigen kunnen Duitsland tijdig verlaten, anderen wachten te lang in ongeloof af.
Als Von Hindenburg op 28 februari 1933 zonder aarzelen twee noodverordeningen ondertekent die Hitler hem voorlegt, de verordening ter bescherming van volk en staat en de verordening tegen verraad van het Duitse volk en hoogverraderlijke activiteiten, is de rechtsstaat definitief ten einde en staat niets de systematische vernietiging van alles wat niet welgevallig is, in de weg.
Ieder hoofdstuk beslaat één dag in de periode 28 januari - 15 maart 1933. Februari 1933 is een beklemmende reportage, soms verlevendigd met dialogen die zijn ontleend aan dagboeken en andere bronnen. Met bronvermelding en verantwoording.
De uitstekende vertaling is van Michel Bolwerk.
Waar een noodwet toe kan leiden!
Von Hindenburg (1847-1934) was al flink op leeftijd toen hij Hitler benoemde tot Rijkskanselier. Dat was op 30 januari 1933.
Uwe Wittstock beschrijft aan de hand van dagboeken, brieven, verslagen, krantenartikelen en andere documenten hoe de Duitse kunstsector in de kortste maand februari razendsnel in een koude golfstroom terechtkomt. Gondrechten, zoals de vrijheid van meningsuiting, worden terzijde geschoven. Op hogere posities bij de politie worden partijleden benoemd. Theateruitvoeringen worden verboden, kunstenaars wordt het werk onmogelijk gemaakt, omdat ze Joods zijn, of geen aanhanger van het nationaalsocialisme, paspoorten worden afgenomen. Ook journalisten, redacteuren en theaterdirecteuren komen in de gevarenzone.
Sommigen kunnen Duitsland tijdig verlaten, anderen wachten te lang in ongeloof af.
Als Von Hindenburg op 28 februari 1933 zonder aarzelen twee noodverordeningen ondertekent die Hitler hem voorlegt, de verordening ter bescherming van volk en staat en de verordening tegen verraad van het Duitse volk en hoogverraderlijke activiteiten, is de rechtsstaat definitief ten einde en staat niets de systematische vernietiging van alles wat niet welgevallig is, in de weg.
Ieder hoofdstuk beslaat één dag in de periode 28 januari - 15 maart 1933. Februari 1933 is een beklemmende reportage, soms verlevendigd met dialogen die zijn ontleend aan dagboeken en andere bronnen. Met bronvermelding en verantwoording.
De uitstekende vertaling is van Michel Bolwerk.
Waar een noodwet toe kan leiden!
1
Reageer op deze recensie