Lezersrecensie
Ook na 50 jaar een topper
Onder professoren verscheen in 1975 en laat ook na 50 jaar nog zien waarom Hermans tot de toppers van de Nederlandse literatuur behoort.
Prof. dr. Rufus (Roef) Dingelam slijt zijn dagen op het scheikundig instituut. Het liefst wijdt hij zich aan onderzoek. Onderwijsverplichtingen zijn hem een gruwel, omdat hij bij de huidige studenten geen greintje interesse voor het vak ontwaart. Verder leidt de democratisering tot zinloos vergaderen, waardoor hij nauwelijks aan onderzoek toekomt. En de slechte relatie met de directeur-hoogleraar van het instituut doet er geen goed aan.
Op een zaterdagochtend wordt hij in zijn buitenhuisje verrast door een telegram(metje): hem is de Nobelprijs voor Scheikunde toegekend voor een vinding die hij twintig jaar eerder deed. Tegelijkertijd bereiden studenten een bezetting van het instituut voor. Een reeks gebeurtenissen zet de wereld van Dingelam steeds meer op de kop en verwijdert hem steeds verder van wat hij het liefste doet: in alle rust.
Kleinzieligheid, afgunst, sociale onhandigheid, vriendjespolitiek van de ‘elite’ en het kritiekloos volgen van de ‘leiders van de democratisering’ van studenten als aankomende elite vormen de ingrediënten.
Hermans was cum laude gepromoveerd in de wiskunde en natuurwetenschappen toen hij in 1958 werd aangesteld als lector bij de Rijksuniversiteit Groningen. In 1971 stelde de AR-fractie opeens kamervragen aan de minister van onderwijs over mogelijk plichtsverzuim. Een officieel onderzoek wees uit dat daar geen sprake van was, maar aan de conclusies werd geen ruchtbaarheid gegeven en het bleef ook onduidelijk wie de AR-fractie had gesouffleerd.
Deze geschiedenis was aanleiding voor Onder professoren.
Onder professoren is hilarisch zonder melig te worden. Hermans beheerst de stijlfiguur overdrijving tot in de perfectie.
Wisselingen van perspectief geven de personages diepgang. Hermans trakteert bovendien op prachtig proza en lardeert het verhaal met verrassende en vermakelijke gedachten over alledaagse zaken, bijvoorbeeld over de vraag waarom men informatie in een dagboek opneemt die men zelf toch al weet.
Het boek is voorzien van een nawoord van de fictieve professor dr. B.J.O. Zomerplaag uit Paterswolde, die benadrukt dat het boek niet moet worden verward met een sleutelroman; de heren professoren zijn daar veel te saai en te onbelangrijk voor! Onder professoren moet worden beschouwd als een geheel fictief verhaal met fictieve personages, ontsproten aan het brein van de auteur.
Nog een mooie trap na!
Prof. dr. Rufus (Roef) Dingelam slijt zijn dagen op het scheikundig instituut. Het liefst wijdt hij zich aan onderzoek. Onderwijsverplichtingen zijn hem een gruwel, omdat hij bij de huidige studenten geen greintje interesse voor het vak ontwaart. Verder leidt de democratisering tot zinloos vergaderen, waardoor hij nauwelijks aan onderzoek toekomt. En de slechte relatie met de directeur-hoogleraar van het instituut doet er geen goed aan.
Op een zaterdagochtend wordt hij in zijn buitenhuisje verrast door een telegram(metje): hem is de Nobelprijs voor Scheikunde toegekend voor een vinding die hij twintig jaar eerder deed. Tegelijkertijd bereiden studenten een bezetting van het instituut voor. Een reeks gebeurtenissen zet de wereld van Dingelam steeds meer op de kop en verwijdert hem steeds verder van wat hij het liefste doet: in alle rust.
Kleinzieligheid, afgunst, sociale onhandigheid, vriendjespolitiek van de ‘elite’ en het kritiekloos volgen van de ‘leiders van de democratisering’ van studenten als aankomende elite vormen de ingrediënten.
Hermans was cum laude gepromoveerd in de wiskunde en natuurwetenschappen toen hij in 1958 werd aangesteld als lector bij de Rijksuniversiteit Groningen. In 1971 stelde de AR-fractie opeens kamervragen aan de minister van onderwijs over mogelijk plichtsverzuim. Een officieel onderzoek wees uit dat daar geen sprake van was, maar aan de conclusies werd geen ruchtbaarheid gegeven en het bleef ook onduidelijk wie de AR-fractie had gesouffleerd.
Deze geschiedenis was aanleiding voor Onder professoren.
Onder professoren is hilarisch zonder melig te worden. Hermans beheerst de stijlfiguur overdrijving tot in de perfectie.
Wisselingen van perspectief geven de personages diepgang. Hermans trakteert bovendien op prachtig proza en lardeert het verhaal met verrassende en vermakelijke gedachten over alledaagse zaken, bijvoorbeeld over de vraag waarom men informatie in een dagboek opneemt die men zelf toch al weet.
Het boek is voorzien van een nawoord van de fictieve professor dr. B.J.O. Zomerplaag uit Paterswolde, die benadrukt dat het boek niet moet worden verward met een sleutelroman; de heren professoren zijn daar veel te saai en te onbelangrijk voor! Onder professoren moet worden beschouwd als een geheel fictief verhaal met fictieve personages, ontsproten aan het brein van de auteur.
Nog een mooie trap na!
1
Reageer op deze recensie