Lezersrecensie
Ontsnapping als vorm van vrijheid
Dit boek is een verslag van het weggroeien uit een zeer traditionele joodse gemeenschap. De schrijfster weet op een inzichtelijke manier de regels van de Satmargemeenschap, oorspronkelijk uit Hongarije, weer te geven. De regels lijken erg op die van de joodse gemeenschap die terugkeerde uit de ballingschap. God had die ballingschap tot een einde gebracht onder de gezalfde (messiaanse) koning Ceres van Perzië. Na terugkeer waren er twee leiders Ezra en Nehemia die zeer strikte regels invoerden om te vermijden dat het volk weer in ballingschap zouden gaan. Als mensen afweken van die regels zou God weer gaan straffen. Een regel die ingevoerd werd was dat alle joodse mannen die getrouwd waren met een niet-joodse vrouw moesten scheiden van die vrouw en een joodse vrouw moesten nemen. Dit speelt zo rond 400 voor de gewone jaartelling. Zo zijn er steeds weer groepen strenggelovige joden die zichzelf als de redders van de ware joodse praktijk en geloofsregels beschouwen. Afwijken was niet toegestaan.
De rebbe Teitelbaum in Satmar in Hongarije geloofde dat door de naleving van alle regels ze ook beschermd zouden zijn tegen Hitler. Dit bleek niet waar en hij moest met veel geld vrijgekocht worden, waarna hij naar New York vertrok en daar met een aantal getrouwen een nieuwe gemeenschap opbouwde. De schrijfster heeft als kind volledig deelgenomen aan deze leefwereld enwweet die dan ook treffend te beschrijven, waarbij het vooral om de opgelegde leefregels gaat. De inhoud was voor haar als meisje en vrouw niet bespreekbaar want dat was een mannenzaak. Langzaam groeide haar verzet tegen deze onderdrukkende vorm van bestaan. Als ze op 17 jarige leeftijd trouwt en met 19 jaar haar eerste kind krijgt voelt ze veel afkeer van haar man, die haar tijdens de zwangerschap blijkbaar ook bedrogen heeft, want hij heeft een geslachtsziekte opgelopen. Haar man roept zoveel verzet op dat ze uiteindelijk de stap zet om de gemeenschap te verlaten. Dat heeft haar veel gekost. Op de vraag of ze gelukkig is, antwoordt ze eigenlijk niet. Wat ze heeft gevonden is autheticiteit, ze heeft de schijnheiligheid van haar vroegere bestaan kunnen verlaten. De vrijheid om zichzelf te zijn voelt goed. En tot slot spreekt ze uit dat als mensen zeggen dat je anders moet zijn dan je werkelijk bent, dat ze dan hoopt dat je durft te protesteren.
Het boek is heel informatief over het leven binnen het Satmar-jodendom in Brooklyn. Het doet heel sterk denken aan het verhaal van Lale Gül in 'Ik ben vrij'. Daarin vinden we veel informatie over de moslimgemeenschap als beklemmende gemeenschap. Ik vind dit boek evenwichtiger geschreven.
Andere boeken vinden we bij Maarten Biesheuvel en Maarten 't Hart over een beklemmende jeugd. Veel van zulke geschiedenissen waren honderd jaar geleden nog heel gewoon. In de zogenaamde Bible Belt in Nederland komt een dergelijk leven nog steeds voor.
De rebbe Teitelbaum in Satmar in Hongarije geloofde dat door de naleving van alle regels ze ook beschermd zouden zijn tegen Hitler. Dit bleek niet waar en hij moest met veel geld vrijgekocht worden, waarna hij naar New York vertrok en daar met een aantal getrouwen een nieuwe gemeenschap opbouwde. De schrijfster heeft als kind volledig deelgenomen aan deze leefwereld enwweet die dan ook treffend te beschrijven, waarbij het vooral om de opgelegde leefregels gaat. De inhoud was voor haar als meisje en vrouw niet bespreekbaar want dat was een mannenzaak. Langzaam groeide haar verzet tegen deze onderdrukkende vorm van bestaan. Als ze op 17 jarige leeftijd trouwt en met 19 jaar haar eerste kind krijgt voelt ze veel afkeer van haar man, die haar tijdens de zwangerschap blijkbaar ook bedrogen heeft, want hij heeft een geslachtsziekte opgelopen. Haar man roept zoveel verzet op dat ze uiteindelijk de stap zet om de gemeenschap te verlaten. Dat heeft haar veel gekost. Op de vraag of ze gelukkig is, antwoordt ze eigenlijk niet. Wat ze heeft gevonden is autheticiteit, ze heeft de schijnheiligheid van haar vroegere bestaan kunnen verlaten. De vrijheid om zichzelf te zijn voelt goed. En tot slot spreekt ze uit dat als mensen zeggen dat je anders moet zijn dan je werkelijk bent, dat ze dan hoopt dat je durft te protesteren.
Het boek is heel informatief over het leven binnen het Satmar-jodendom in Brooklyn. Het doet heel sterk denken aan het verhaal van Lale Gül in 'Ik ben vrij'. Daarin vinden we veel informatie over de moslimgemeenschap als beklemmende gemeenschap. Ik vind dit boek evenwichtiger geschreven.
Andere boeken vinden we bij Maarten Biesheuvel en Maarten 't Hart over een beklemmende jeugd. Veel van zulke geschiedenissen waren honderd jaar geleden nog heel gewoon. In de zogenaamde Bible Belt in Nederland komt een dergelijk leven nog steeds voor.
1
Reageer op deze recensie