Lezersrecensie
Harry Hole staat nog steeds als een huis
De dorst is alweer het elfde deel met Harry Hole in de hoofdrol, de zwaar getroebleerde en aan alcohol verslaafde inspecteur waarmee Jo Nesbo wereldwijd furore heeft gemaakt. Jo Nesbo heeft overigens niet alleen een thrillerreeks over Harry Hole geschreven, maar ook stand alone thrillers en kinderboeken. Nesbo is sowieso een man van verschillende ambachten, want in het verleden is hij nog professioneel voetballer geweest bij het Noorse Molde FK en was hij popmuzikant bij de in Noorwegen erg populaire band Di Derre.
De dorst houdt op waar het vorige deel Politie is opgehouden en het kan dus ook zeker geen kwaad om de laatste paar hoofdstukken van dit boek terug te lezen om het geheugen weer even op te frissen. In De dorst is een seriemoordenaar actief (het zal weer eens niet) en dit is gezien het verleden van Harry Hole met seriemoordenaars helemaal een kolfje naar zijn hand. Er is echter een probleempje. Harry werkt niet langer voor de politie, maar leidt een tamelijk rustig leventje als docent aan de politieacademie. De commissaris van de politie die de ambitie heeft om minister van justitie te worden wenst echter geen enkele smet op zijn blazoen en hij schakelt Harry op freelance basis in. Al snel blijkt de seriemoordenaar niet zo maar zijn slachtoffers te kiezen, maar via Tinder te werk gaat. Elke vrouw die zo stom is om de seriemoordenaar naar rechts te swipen heeft een groot probleem! Nadat de vrouw in kwestie in de gaten heeft gekregen dat haar date misschien toch niet zo'n toffe kerel is, wordt ze op gruwelijke wijze vermoord. Alsof dit nog niet erg genoeg is, blijkt de seriemoordenaar een vampirist te zijn die het bloed van zijn slachtoffers opdrinkt.
Het duurt even voordat Harry Hole zijn opwachting maakt in De dorst, maar hoewel hij pas na zo'n zeventig pagina's wordt geïntroduceerd, is hij eigenlijk van meet af aan al aanwezig. Het tekent de enorme kracht van het personage dat Jo Nesbo zo ontzettend zorgvuldig heeft opgebouwd in de afgelopen tien delen. Hoewel Harry gelukkiger lijkt dan ooit tevoren voert hij nog steeds strijd tegen zijn oude demonen. Hij moet niet alleen een seriemoordenaar zien te pakken die ook nog eens een persoonlijke rekening met Harry Hole heeft te vereffenen, maar hij vecht ook nog steeds tegen zijn alcoholisme en zijn verslaafdheid aan de jacht op moordenaars en ander slecht gespuis. Daarnaast is er de voortdurende angst om Rakel, met wie hij in het vorige deel is getrouwd, kwijt te raken. Harry wantrouwt in zekere zin zijn geluk, want het kan zomaar voorbij zijn. Ergens is er volgens hem een kantelmoment dat onvermijdelijk zal worden gepasseerd. Het punt waarop alles weer bergafwaarts zal gaan. Deze innerlijke strijd op meerdere fronten wordt door Jo Nesbo zoals ook in de vorige delen weer prachtig beschreven. Over zijn eigen angsten merkt Harry Hole het volgende op:
Wanneer ik over dat flinterdunne laagje ijs van geluk loopt dan ben ik doodsbang, zo bang dat ik wens dat het voorbij is, dat ik al in het water lig.
Het boek zit vol met dit soort overpeinzingen zonder dat het afbreuk doet aan de spanning en de snelheid van het verhaal. Het maakt De dorst er juist des te interessanter op. De dorst is trouwens een mooi gekozen titel met een dubbele lading. Harry staat dan al weer een hele tijd droog, maar hij weet dat de gevaarlijke aantrekkingskracht van de alcohol altijd op de loer blijft liggen. En dan is er natuurlijk de seriemoordenaar die verslaafd is aan bloed. Alleen heeft de seriemoordenaar helemaal niet de intentie om te stoppen. Integendeel. Het leidt tot een boeiende psychologische oorlogsvoering tussen Harry en de seriemoordenaar. In hoeverre bepalen onze genen onze handelwijze? Waar ligt precies de grens tussen goed en kwaad? Het zijn gedachten prikkelende vragen die Jo Nesbo de lezer voorschotelt. Op twee derde van het boek vindt een wat onverwachte plotwending plaats waarna de spanning even wat inzakt, maar naar het einde toe trekt de spanning weer behoorlijk aan. De apotheose van De dorst vindt plaats op de dunne ijsvlakte van een fjord dat elk moment dreigt te breken. Dat is natuurlijk geen toevallige keuze en de symboliek ligt er misschien wat dik bovenop, maar in al haar beeldende kracht maakt deze eindscène veel indruk.
De dorst is een sterke aanwinst in de serie over Harry Hole. Harry mag dan in de loop der tijd een hoop psychische en fysieke klappen hebben gekregen, maar zijn personage is nog aan geen enkele slijtage onderhevig en zijn karakter staat na elf delen nog steeds als een huis.
De dorst houdt op waar het vorige deel Politie is opgehouden en het kan dus ook zeker geen kwaad om de laatste paar hoofdstukken van dit boek terug te lezen om het geheugen weer even op te frissen. In De dorst is een seriemoordenaar actief (het zal weer eens niet) en dit is gezien het verleden van Harry Hole met seriemoordenaars helemaal een kolfje naar zijn hand. Er is echter een probleempje. Harry werkt niet langer voor de politie, maar leidt een tamelijk rustig leventje als docent aan de politieacademie. De commissaris van de politie die de ambitie heeft om minister van justitie te worden wenst echter geen enkele smet op zijn blazoen en hij schakelt Harry op freelance basis in. Al snel blijkt de seriemoordenaar niet zo maar zijn slachtoffers te kiezen, maar via Tinder te werk gaat. Elke vrouw die zo stom is om de seriemoordenaar naar rechts te swipen heeft een groot probleem! Nadat de vrouw in kwestie in de gaten heeft gekregen dat haar date misschien toch niet zo'n toffe kerel is, wordt ze op gruwelijke wijze vermoord. Alsof dit nog niet erg genoeg is, blijkt de seriemoordenaar een vampirist te zijn die het bloed van zijn slachtoffers opdrinkt.
Het duurt even voordat Harry Hole zijn opwachting maakt in De dorst, maar hoewel hij pas na zo'n zeventig pagina's wordt geïntroduceerd, is hij eigenlijk van meet af aan al aanwezig. Het tekent de enorme kracht van het personage dat Jo Nesbo zo ontzettend zorgvuldig heeft opgebouwd in de afgelopen tien delen. Hoewel Harry gelukkiger lijkt dan ooit tevoren voert hij nog steeds strijd tegen zijn oude demonen. Hij moet niet alleen een seriemoordenaar zien te pakken die ook nog eens een persoonlijke rekening met Harry Hole heeft te vereffenen, maar hij vecht ook nog steeds tegen zijn alcoholisme en zijn verslaafdheid aan de jacht op moordenaars en ander slecht gespuis. Daarnaast is er de voortdurende angst om Rakel, met wie hij in het vorige deel is getrouwd, kwijt te raken. Harry wantrouwt in zekere zin zijn geluk, want het kan zomaar voorbij zijn. Ergens is er volgens hem een kantelmoment dat onvermijdelijk zal worden gepasseerd. Het punt waarop alles weer bergafwaarts zal gaan. Deze innerlijke strijd op meerdere fronten wordt door Jo Nesbo zoals ook in de vorige delen weer prachtig beschreven. Over zijn eigen angsten merkt Harry Hole het volgende op:
Wanneer ik over dat flinterdunne laagje ijs van geluk loopt dan ben ik doodsbang, zo bang dat ik wens dat het voorbij is, dat ik al in het water lig.
Het boek zit vol met dit soort overpeinzingen zonder dat het afbreuk doet aan de spanning en de snelheid van het verhaal. Het maakt De dorst er juist des te interessanter op. De dorst is trouwens een mooi gekozen titel met een dubbele lading. Harry staat dan al weer een hele tijd droog, maar hij weet dat de gevaarlijke aantrekkingskracht van de alcohol altijd op de loer blijft liggen. En dan is er natuurlijk de seriemoordenaar die verslaafd is aan bloed. Alleen heeft de seriemoordenaar helemaal niet de intentie om te stoppen. Integendeel. Het leidt tot een boeiende psychologische oorlogsvoering tussen Harry en de seriemoordenaar. In hoeverre bepalen onze genen onze handelwijze? Waar ligt precies de grens tussen goed en kwaad? Het zijn gedachten prikkelende vragen die Jo Nesbo de lezer voorschotelt. Op twee derde van het boek vindt een wat onverwachte plotwending plaats waarna de spanning even wat inzakt, maar naar het einde toe trekt de spanning weer behoorlijk aan. De apotheose van De dorst vindt plaats op de dunne ijsvlakte van een fjord dat elk moment dreigt te breken. Dat is natuurlijk geen toevallige keuze en de symboliek ligt er misschien wat dik bovenop, maar in al haar beeldende kracht maakt deze eindscène veel indruk.
De dorst is een sterke aanwinst in de serie over Harry Hole. Harry mag dan in de loop der tijd een hoop psychische en fysieke klappen hebben gekregen, maar zijn personage is nog aan geen enkele slijtage onderhevig en zijn karakter staat na elf delen nog steeds als een huis.
1
Reageer op deze recensie