Psychologisch hoogstandje
Drie meter onder nul is het eerste vertaalde werk van de Hamburgse Marina Heib. Ze studeerde filosofie, was journalist en scenarioschrijver. Een bedreven auteur die haar ervaring en opleiding laat doorklinken in haar schrijfstijl. Haar woordkeus is intellectueel; af en toe iets te hoogdravend in een niet direct toegankelijk jargon. Voor de plot heeft ze geput uit de verborgen krochten van de zieke, menselijke geest. Een keuze die vraagt om een diepgaande profilering van een seriemoordenaar. Haar universitaire achtergrond heeft hier absoluut toe bijdragen. En niet onverdienstelijk.
De anonieme hoofdpersoon in Drie meter onder nul is een mooie en succesvolle jonge vrouw die het heeft gemaakt in de ICT-wereld. Voor de val van de muur bracht ze haar jeugd door in Oost-Duitsland. Ze kwam uit een warm nest met liefhebbende ouders en vooral met haar vader had ze een speciale band. Toch was er iets fundamenteel mis met haar. Ze paste niet bij haar leeftijdgenoten, leefde in een droomwereld en wilde het liefst een held worden uit een van haar favoriete boeken, die haar vader, werkzaam als drukker, illegaal had verkregen. Vanwege haar afwijkende ideeën werd ze veelvuldig gepest en toonde dientengevolge onaangepast en agressief gedrag. Tijdens een dwarse, puberale periode op het voortgezet onderwijs realiseerde ze zich dat je alleen met ‘normaal’ gedrag verder komt in de maatschappij. Ze haalde haar diploma en rondde een universitaire studie af. Op een mistige dag in november gebeurt er iets wezenlijks waardoor ze besluit een moordenares te worden. In haar geest transformeert ze in een jager en gaat op wolvenjacht. Zorgvuldig en koelbloedig kiest ze haar slachtoffers en beraamt de perfecte moord.
In het begin van het verhaal legt Heib een fundament waarop de lezer haar scherpe daderanalyse kan opbouwen. Aanvankelijk lijkt het dan ook alsof de opgelopen trauma’s van de hoofdpersoon oorzaak zijn van haar afwijkende, misdadige gedrag. De uitgebreide verklaringen, met name uit haar jeugd, vertragen de spanning, totdat die verhaallijn wordt afgewisseld met achtergrondinformatie over haar slachtoffers. Steen voor steen wordt het bouwsel een muur. Lang laat de auteur je in het ongewisse, maar met de ontknoping wordt het dak, nog voordat het goed en wel afgetimmerd is, er finaal afgeblazen. In een razend tempo wordt de lezer blootgesteld aan een serie pijnlijke en gruwelijke feiten.
Met dit boek heeft de auteur een psychologisch meesterwerk afgeleverd. Thema’s als eenzaamheid, schuld, boete en vergelding zijn het cement waarmee dit ontluisterende plot in elkaar is gemetseld. Pakkend en stilistisch kundig geschreven; het is de auteur vergeven dat je soms even een woordenboek moet openslaan.
Reageer op deze recensie