Zielloos gekneuk en oeverloos gewauwel
Lee Child heeft het lang volgehouden. Een thrillerserie schrijven van 20 delen die meestal de moeite waard zijn is een hele prestatie. Soms was er een uitschieter naar boven, soms ook naar beneden, maar gemiddeld genomen was de reeks over Jack Reacher zeer genietbaar. Deel 21, Onder de radar, is echter een hopeloze mislukking, de fut lijkt eruit, de inspiratie ineens helemaal verdwenen.
Onder de radar, dat speelt in 1996, begint met het uitdelen van hoge onderscheidingen aan drie hooggeplaatste militairen. Het lijkt een schijnbeweging, de drie krijgen te horen dat zij uitverkoren zijn voor een uiterst geheime missie. Twee van hen spelen in de plot een bijrol. De aandacht gaat uiteraard naar Reacher. De missie brengt hem naar Hamburg waar hij iemand moet zien op te sporen aan wie een beloning van maar liefst 100 miljoen dollar is beloofd. Men vermoedt dat een terroristische organisatie iets groots en dramatisch van plan is.
Je zou verwachten dat met een dergelijk vermoeden de halve wereld op zijn kop zou komen te staan. Niets van dat alles. Reacher mag het uitzoeken met de hulp van een enkele vertrouweling.
Onder de radar heeft te lijden onder een trits aan tekortkomingen. De plot is uitermate dun en ongeloofwaardig. Er wordt van alles bij gehaald, zoals een obscuur groepje neonazi’s dat terugverlangt naar de 'bloeitijd' van het Derde Rijk en een even vaag clubje islamitische fanatici. Er wordt ook vooral veel herhaald, de verschillende neukpartijen kennen telkens hetzelfde verloop en worden tot bijna achter de komma identiek en mechanisch beschreven. En er wordt veel oeverloos gewauweld, wellicht om toch maar aan een flink aantal pagina’s te komen. Ondanks dat is Onder de radar nog steeds circa 50 pagina’s dunner dan wat Child normaal gesproken weet te produceren.
Het tempo ligt laag, de vele herhalingen zijn hiervan een belangrijke oorzaak, maar dat niet alleen; er gebeurt simpelweg te weinig. Het aantal knokpartijen is volgens het gemiddelde, doch het aantal bedscènes ligt een stuk hoger dan de enkele keer uit de andere delen. Beide activiteiten worden vooral zielloos beschreven. Personages zijn van bordkarton, de enkele keren dat er iets van humor wordt geprobeerd mislukt dat, de stijl is vrij beroerd.
Lee Child heeft wel eerder een minder boek geschreven, ook in de betere boeken komen zwakke passages voor. In Onder de radar is hij echter volledig onherkenbaar. Alsof hij het niet zelf heeft geschreven doch het heeft uitbesteed aan een schrijftechnisch zwakbegaafde leerling.
Reageer op deze recensie