Heerlijke zoektocht naar zoekgeraakte wonderspits
Herman Jansen is oprichter van Uitgeverij Pepijn en (co-) auteur van meer dan tien non-fictie boeken, waaronder AutiPower! (2011), Het waarom van succes (2007) en Utrecht aan Zee (2003). De laatst genoemde titel was het eerste voor Nederland geschreven boek over de gevolgen van klimaatverandering. Nu heeft de schrijver, onder het heteroniem Willem Bux, voor het eerst een roman geschreven. Dit debuut is een vermakelijk verhaal over een voetbalelftal dat op weg naar een uitwedstrijd verdwaalt in de Schotse mist.
In Het elftal dat de mist inging leren we Willem Bux kennen als sportjournalist van het Limburgs Dagblad. In een opstandige bui zegt hij zijn baan op omdat hij voor de tweede keer is gepasseerd voor de functie van chef sport. Wanneer hij met zijn ziel onder de arm door de stad loopt wordt hij door een vrouw aangesproken. Kan hij, als hij tijd heeft die oude man daar op het bankje naar huis brengen? Met één hand onder de oksel en één hand aan de broek van de oude man, om te voorkomen dat die afzakt, schuifelen ze naar de woning van de oude man. Van Carla, het kleinkind van de oude man, begrijpt hij dat hij te maken heeft met de fameuze, maar nu demente Frans Malherbe, van 1980 tot 1988 trainer van ‘de vieze mannen’. Een geuzennaam die de voetbalclub Blauw-Wit dankte aan de mijnwerkers die er in de eerste helft van de vorige eeuw voetbalden.
Via Frans Malherbe hoort hij voor het eerst in zijn leven over het UEFA Cup avontuur van de Belgische club; de heroïsche overwinning op Arsenal en vervolgens de uitschakeling in de derde ronde door het Schotse Caladonian FC waarbij iets vreemds aan de hand is; “de bezoekende club was niet op tijd met voldoende voetballers aanwezig en verliest daarom reglementair de wedstrijd met 3-0.” Willem ruikt een verhaal en gaat op onderzoek uit. Het wordt al snel duidelijk wat er is gebeurd; de bootreis naar Engeland liep al niet soepel, wat zorgde voor veel vertraging, en vervolgens worden de spelersbussen verrast door een extreme dichte mist waardoor de chauffeurs het onverantwoord vinden verder te reizen. Wanneer de reis eindelijk wordt vervolgd blijkt de Congolese super spits Leon Makuna verdwenen te zijn.
Het feit dat je als lezer op bladzijde 29 de grove lijnen van het verhaal al weet is helemaal niet vervelend. De schrijver weet in het vervolg van het verhaal de zoektocht uitstekend uit te diepen. Dat doet hij via interviews met betrokkenen, zoals oud-spelers, de kloosterbroeders waarbij Leon is opgegroeid, familieleden van oud-spelers. De lezer leert daardoor stapje voor stapje wat de achterliggende redenen zijn geweest voor wat er destijds is gebeurd in de Schotse Hooglanden en het zorgt ervoor dat de roman niet alleen een voetbalverhaal blijft. Bovendien heeft deze constant verdiepende zoektocht als positief gevolg dat de personages zich ook steeds meer ontwikkelen en ze echt gaan leven. Dat laatste geldt niet alleen voor de hoofdpersonen maar ook zeker voor de personages die door de schrijver worden geïnterviewd. Bovenstaande wordt gecombineerd met een schrijfstijl bestaande uit korte zinnen, eenvoudig taalgebruik en de nodige humor, waardoor het leestempo als vanzelf omhoog gaat. Dit past heel goed bij deze journalistieke zoektocht.
Kortom een prachtig verhaal dat veel verder gaat dan voetbal alleen en dat voor de lezers die zelf op onderzoek uitgaan een leuke verrassing in petto heeft.
Reageer op deze recensie