Meer dan 6,2 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Een loflied op de liefde

Jan Stoel 05 maart 2025
Ernst Jansz weet zijn publiek te raken, niet alleen met zijn muziek maar ook met zijn verhalen. In zijn laatste roman, Een liefdeslied (2024), verweeft hij persoonlijke ervaringen, herinneringen en waarnemingen over zijn ouders moeiteloos met fictie. Het verhaal geeft een unieke inkijk in de wereld van de auteur.

Zoektocht naar vader
De schrijver, die al indruk maakte met werken als Gideons droom (1983) – de tweede naam van Ernst is Gideon – en De overkant (1984), blijft in Een liefdeslied trouw aan zijn thematiek: de zoektocht naar identiteit en het verkennen van familiegeschiedenissen. In eerdere boeken stond vooral de geschiedenis van zijn vader, Rudi, centraal. In Molenbeekstraat (2006)staat de jeugd van Ernst centraal en het huis in de Molenbeekstraat waar Ernst met onder andere zijn vader Rudi en zijn moeder Jopie woonde. Met Een liefdeslied zet Jansz deze zoektocht voort, maar dan in de vorm van een liefdevolle ode aan de liefde tussen zijn ouders.

Indië – Den Haag
De roman is opgebouwd uit twee grote delen. Het eerste deel, getiteld Voorgeschiedenis, neemt de lezer mee naar de negentiende eeuw en vertelt het verhaal van Rudi Jansz’ voorouders. Dit is een familie van doorzetters, gekenmerkt door Multatuliaanse trekjes en een diep gevoel voor rechtvaardigheid, levend in een periode waarin de slavernij weliswaar formeel was afgeschaft, maar de erfenis ervan nog altijd voelbaar was.

Het tweede deel, dat de titel van het boek draagt, richt zich op het persoonlijke verhaal van Rudi Jansz en de liefde van zijn leven, Jopie Becht. Rudi is geboren in 1914 in Semarang uit een gemengd Indo-Europese familie. Zijn vader werkte als ambtenaar voor de Nederlandse koloniale overheid en tijdens zijn jonge jaren verhuisde het gezin meerdere keren naar allerlei buitenplaatsen, “de genadeloze tactiek van de overheid om te voorkomen dat haar ambtenaren zich ergens thuis zullen gaan voelen, er wortelschieten, deel gaan uitmaken van de samenleving om er dan wellicht die verfoeilijke ‘Indische leefstijl’ op na te houden.”

Na het behalen van zijn HBS-eindexamen vertrok de achttienjarige Rudi naar Nederland om Nederlands te studeren. In Den Haag, waar hij studeerde, richtte hij de Indo-Nederlandse Jongerenbond (INJB) op, een initiatief dat opkwam voor de belangen van de Indo en streed voor een onafhankelijk Indonesië. Deze idealen brachten hem al snel in conflict met een Nederland dat nog stevig in koloniale denkpatronen verankerd zat.

Jopie
Hij verhuist naar Amsterdam. In 1937 treft hij daar in een dansgelegenheid in Amsterdam de bijna twintigjarige Johanna (Jopie) Becht . Het is liefde op het eerste gezicht: “Hij is het.[…] Mag ik deze dans van u? […] Ik zweefde weg in zijn armen.” Hij wil samen met Jopie naar Indië terug, maar dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit.

Rudi moet in het leger, wordt na de capitulatie krijgsgevangene. Jopie kwam uit een arm communistisch milieu en via haar familie komt Rudi in het verzet terecht en speelt daar een belangrijke rol totdat hij opgepakt wordt en via de dodencel van de gevangenis op de Weteringschans in Amsterdam in kamp Amersfoort terecht komt. Na de bevrijding worden Ati (1946) en Ernst (1948) geboren. Na de oorlog maakt Rudi zich sterk voor een onafhankelijk Indonesië en dat wordt door de Nederlandse overheid niet gewaardeerd. Eerder heeft hij ook al kritiek gehad op het vluchten van “de laffe regering die 18.000 mensen de dood in joeg” en zelf aan het begin van de oorlog naar Londen vluchtte. Hij heeft een kantoorbaan, maar blijft altijd een buitenstaander. “Ik ben een Indo, wat ongeveer hetzelfde betekent als bruin zijn in een koud land.” Rudi komt zelfs op een zwarte lijst te staan en iedere vraag voor een uitkering wordt geweigerd. Rudi heeft last van de trauma’s die hij opgelopen heeft en sterft in 1965.

Ode aan de liefde
Naast het persoonlijke verhaal vertelt Een liefdeslied ook over bredere thema’s. Het boek werpt een kritische blik op de rol van Nederlanders in Nederlands-Indië en belicht de moeilijke positie van de Indo’s, die na de onafhankelijkheid gedwongen werden naar een vreemd vaderland te emigreren. De zoektocht naar eigen wortels, de worsteling met identiteit en integriteit, en de afstand tussen mensen worden in het verhaal verwerkt. Liefde blijkt hier niet alleen een emotionele verbinding te zijn, maar ook een verbindende kracht die houvast biedt in een turbulente wereld.

Ernst Jansz heeft met deze biografische roman een ode aan de liefde tussen zijn ouders geschreven. In die liefde komen allerlei aspecten aan de orde: de allesverterende liefde, vreugde, verdriet, pijn, trouw, verantwoordelijkheid, elkaar vrijlaten, vertrouwen, het zintuiglijke, het emotionele, de koosnaampjes (“lief vrouwekemijn”), maar ook de complexiteit van de liefde. En het plot van het verhaal brengt nog een andere zoektocht aan de oppervlakte.

Literaire vorm
Wat het boek extra bijzonder maakt, is de vorm waarin het verhaal wordt verteld. Jansz gebruikt een mix van foto’s, brieven – vaak prachtig en indringend geschreven – en liedteksten die als muzikale vertaling van het proza fungeren. Het wisselende vertelperspectief, waarbij delen van het verhaal vanuit de ik-vorm worden verteld (zoals in de hoofdstukken met de naam Jopie), zorgt voor een intieme band met de personages. Flashbacks en flashforwards verlevendigen de vertelling en brengen de lezer dichter bij de gevoelens en herinneringen die door het hele verhaal heen resoneren.

In zijn voorwoord stelt Jansz bescheiden: “Ik zou een romanschrijver willen zijn, van het kaliber van Reggie Baay. Maar dat ben ik niet. Ik kan slechts optekenen wat op mijn pad komt. Ik bestudeer, sorteer, combineer, schrijf her en der wat commentaar. […] Ik noteer wat ik niet vergeten wil.” Deze eerlijke reflectie, samen met de poëtische taal en de subtiele verweving van feit en fictie, maken Een liefdeslied tot een ontroerend document.

Voor liefhebbers van zowel literatuur als muziek is dit boek een aanrader. De bijgeleverde cd, met nummers die elk hun eigen verhaal vertellen, nodigt uit om de beleving van Jansz’ verhaal nog dieper te ervaren.

Denk ik aan mijn leven
Dan denk ik aan jou
Hoe het is gelopen
Jij hebt mij gegeven
Wat ik zo graag wou
Wat een mens niet kan kopen

(Uit: Wij hebben gedanst)



Voor het eerst gepubliceerd op Boekenkrant.com

Leesadvies voor jongeren
Je kent Ernst Jansz vooral van Doe Maar of CCC Inc. Maar hij is ook romanschrijver. Dit is een hele toegankelijke roman waardoor je dichter bij de auteur komt. Het is meer dan een liefdesroman. De liedjes die op de bijgesloten cd te horen zijn zijn wonderschoon. Aanrader.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Jan Stoel

Gesponsord

Als Jolenes helikopter crasht in Irak, moet ze terugkeren naar het huwelijk en gezin dat ze onder hoogspanning achterliet. Schrijf je nu in voor de Hebban Leesclub.