Meer dan 6,2 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Een indringende coming-of-age roman

Jan Stoel 08 maart 2025
Met Open boterham platte kaas met suiker heeft Rob Gijbels een indrukwekkende coming-of-age roman geschreven over de intense vriendschap tussen twee opgroeiende jongens in de jaren zeventig. Benjamin en Kasper, aanvankelijk klasgenoten in het vijfde leerjaar van de lagere school, vormen al snel een onafscheidelijke eenheid. Het verhaal wordt verteld vanuit het ik-perspectief van de vijftienjarige Benjamin, die met melancholie terugblikt op de bijzondere band met zijn beste vriend.
Deze roman gaat over ultieme vriendschap en de zoektocht naar geborgenheid in een wereld die daar niet altijd begrip voor heeft. Maar ook over de onvermijdelijke overgang van jeugd naar volwassenheid, over emotionele en psychologische groei – thema’s die naadloos aansluiten bij het coming-of-age genre.

Feit en fictie
Vanaf het begin is duidelijk dat Benjamin – vaak Benji genoemd – het alter ego is van de inmiddels gepensioneerde leraar Nederlands, Rob Gijbels. Alsof een lang gesloten luikje naar het verleden plots is opengezet. Er is moed voor nodig om zo’n persoonlijk verhaal op papier te zetten. Toch blijft het een roman, een werk van fictie, en is het belangrijk niet alles als pure autobiografie te beschouwen.
Het is moeilijk om niet een link te zien met de film Close (2022) van Lukas Dhont, waarin ook de innige vriendschap tussen twee jongens centraal staat. Net als Léo en Rémi worden Benji en Kasper geconfronteerd met hoe de buitenwereld naar hun relatie kijkt. Ook zij worstelen met onzekerheid en de zoektocht naar hun identiteit, al ontwikkelt Gijbels’ roman zich op een heel andere manier dan de film.

Een ‘vreemd vogelke’
Benjamin groeit op aan de rand van de stad, in de schaduw van een terril (een mijnsteenberg), een plek die hem anders maakt dan zijn klasgenoten in het centrum. “Wij zijn inwijkelingen,” schrijft Gijbels, en die ene zin vat de onzekerheid van de kinderen meteen samen. Benji valt extra op: zijn lange haar, de zelfgemaakte kleren van zijn moeder en zijn slimme, soms betweterige houding maken hem een gemakkelijk doelwit van spot. “Ik ben een vreemd vogelke,” zegt hij over zichzelf.
Dan is daar ineens Kasper. Stil, sterk en onaantastbaar. Hij biedt Benji zonder woorden zijn bescherming aan. Hun vriendschap bloeit op door gedeelde passies: stripverhalen als Jommeke, Suske & Wiske, De Rode Ridder en Winnetou & Old Shatterhand. Het zijn geen gewone strips voor hen, maar werelden waarin ze zich verliezen en helden waarmee ze zich identificeren.

Hun thuissituaties vertonen opvallende gelijkenissen. Beide vaders zijn nauwelijks aanwezig; die van Kasper werkt als mecanicien in het leger en heeft een gokprobleem, terwijl Benji’s vader er emotioneel niet is. Het zijn hun moeders – en in Benji’s geval ook zijn grote zus – die de belangrijkste rol spelen. Kaspers vader noemt hen ‘charelkes’. Dat woord is veelzeggend: het verwijst zowel naar kwajongens als naar de piemel (‘het speelvogelke’), en vat daarmee de kern van hun vriendschap samen.

Gijbels doorspekt Open boterham plattekaas met suiker met Vlaamse woorden en uitdrukkingen, zoals bleiter (huilebalk), lekken (kussen) en een goei zjat koffie (een kopje koffie). Dit, samen met het gebruik van ‘gij’ en ‘ge’, geeft het verhaal een authentieke, nostalgische sfeer.

Het keerpunt
De jongens worden onafscheidelijk. Ze logeren bij elkaar, slapen zelfs in hetzelfde bed. “Vannacht goed uit elkaar slapen, mennekes,” grapt Kaspers moeder. Maar op school roept hun hechte band afkeer op. Léo, het zoontje van de dokter, noemt hen ‘marginalen’ en ‘janetten’ (homoseksuelen). Gijbels legt hiermee feilloos de maatschappelijke kloof bloot tussen de arbeidersklasse en de hogere standen. Kaspers vader bevestigt dat: een arbeidersjongen hoort volgens hem niet thuis in “die hoge wereld.”
Wanneer de jongens ouder worden, verdiept hun relatie zich verder, ook op intiem vlak. Gijbels weet dit op een poëtische en subtiele manier te verwoorden. Zo beschrijft hij een moment in de sneeuw:

“Vorige winter hebben we een gezamenlijke opvang van sneeuwvlokjes gedaan. Met onze tongen tegen elkaar. We hebben die neergedwarrelde sneeuw toen ook samen opgelikt… de inleiding tot een onvermijdelijk hevig spelletje.”

Of:

“Het stoute spelletje eindigt al vulkanisch na nauwelijks enkele (niet getelde) tellen.”

Maar de werkelijkheid breekt bruut in: Kasper verhuist met zijn familie naar een legerplaats in Duitsland. Is de onafscheidelijke vriendschap voorbij of blijft de droom overeind? Benji schrijft: “Over de duizend doden die hij sindsdien sterft.” Het is het moment waarop kinderlijk idealisme botst met de onverbiddelijke realiteit van het leven.

Een eigen stem
Gijbels geeft beide jongens een unieke stem. Benji heeft een lichte teldwang, een teken van zijn onzekerheid, terwijl Kasper, die steeds door het haar van Benji woelt, juist fysiek sterker en initiatiefrijker is. De lezer leeft met hen mee, volgt hun innerlijke strijd en beleeft hun groei naar zelfinzicht. Het einde blijft open: Benji heeft lessen geleerd, maar de toekomst blijft onzeker. Het maakt de roman des te authentieker.

Nostalgie en symboliek
Gijbels vangt de sfeer van de jaren zeventig perfect. Er is een nostalgische ondertoon, versterkt door subtiele details – en niet te vergeten: de titel. Een open boterham met plattekaas (kwark) en suiker is niet alleen een typisch gerecht, maar symboliseert ook de openheid van de toekomst.
De roman bestaat uit korte, pakkende hoofdstukken. Toch had het verhaal krachtiger kunnen zijn met iets minder anekdotes; soms blijft Gijbels iets te lang in de bubbel van de twee jongens hangen.

Een verrassende dimensie: muziek
Een unieke toevoeging is de bijgevoegde playlist, met nummers die betekenisvol zijn voor de jongens. Pas wanneer je de teksten van die liedjes bestudeert en kijkt op welke momenten in het boek ze voorkomen, opent zich een extra laag van betekenis.
Neem Dreamer van Supertramp – een energiek nummer over de naïviteit van een dromer die gelooft dat alles mogelijk is, maar toch geconfronteerd wordt met de realiteit. Of Et si tu n’existais pas van Joe Dassin, een melancholische ode aan een geliefde zonder wie het leven zinloos zou voelen.

En misschien schreef Rob Gijbels daarom wel dit boek Open boterham plattekaas met suiker.

“Et si tu n’existais pas
Je ne serais qu’un point de plus
Dans ce monde qui vient et qui va
Je me sentirais perdu
J’aurais besoin de toi”



Leesadvies voor jongeren
Als je wilt weten wat een coming-of-age-roman is dan is dit verhaal een mooi voorbeeld. Je krijgt bovendien een mooi beeld van de jaren zeventig. Interessant is de koppeling van de inhoud aan de playlist.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Jan Stoel

Gesponsord

Als Jolenes helikopter crasht in Irak, moet ze terugkeren naar het huwelijk en gezin dat ze onder hoogspanning achterliet. Schrijf je nu in voor de Hebban Leesclub.