Myron en de zoektocht naar zichzelf
Vrachtbrief van de Nederlandse auteur Miriam Guensberg (1950) is na Poolse tranen en Ooit het derde boek waarin de geschiedenis van haar Pools-joodse vader verweven is. Steeds kiest ze daarbij voor een andere invalshoek. In Vrachtbrief gaat het om twee verhaallijnen. De ene gaat over de geschiedenis van Polen en de tocht van het 1e Poolse Pantserdivisie onder leiding van generaal Maczek aan het eind van de Tweede Wereldoorlog. De vader van de auteur was in die divisie arts. In de tweede verhaallijn staat het hoofdpersonage, de Poolse jood Myron Kaminski, centraal. Hij spreekt als 96-jarige in 2009 zijn levensverhaal in op een dicteerapparaat, iedere dag een stukje. Hij wil goedmaken wat hij in het verleden heeft nagelaten.
Het bijzondere van Vrachtbrief is dat oldtimers als kapstok dienen om de episodes uit het leven van Myron nader te belichten. Daarnaast koppelt de auteur het aan muziek uit die periode (kijk op de website van het boek). Myron is na een bewogen leven succesvol geworden als belegger en is oldtimers gaan verzamelen. Iedere oldtimer is een metafoor voor de vrouw die Myron in zijn leven heeft bemind. Wisla, zijn eerste relatie, ‘het meisje dat de naam van een rivier droeg’, pakte hij af van zijn vriend Tanek toen die in Italië voor arts studeerde. Hij aanbad haar puurheid. Hij koppelt dat aan een iconische auto, de Tatra 87. Detail: Myron werd geboren aan de voet van het Tatra-gebergte en Taneks ouders bezaten een Tatra. Hij noemt het zijn meermin, de lokkende sirene.
Myron komt uit een arm gezin. Zijn tweelingzusje is gestorven, hij is een bastaard en door de dirigent van het knapenkoor, pater Mazur misbruikt. Dankzij de oma van zijn buurjongen Tanek krijgt Myron de kans zich te ontwikkelen. Tanek en Myron worden vrienden. Tanek gaat voor arts studeren en Myron voor priester.
‘De kerk betekende voor mij ontsnappen aan de ongeletterdheid, aan de grauwe armoede en aan mijn tirannieke vader, die mijn uitgewoonde moeder en mijn arme zuster behandelde alsof ze stukken vee waren.’
Later vluchten ze voor het nazigeweld en sluiten ze zich aan bij de Poolse divisie van Maczek. Ze landen in Normandië en trekken met het leger mee. De frustratie van de Polen, die enerzijds streden voor de vrijheid, maar uiteindelijk niet terug konden keren naar hun vaderland omdat Stalin het bezet had, is een terugkerend element in de roman. Na de oorlog gaat Myron (zijn naam betekent verzoening) voor het Vaticaan werken en komt hij erachter dat misbruik in de katholieke kerk stelselmatig in de doofpot gestopt wordt. Hij bijt zich erin vast.
‘Werp het mes en dat priesterleed van je weg en word verdomme wie je echt bent!’
Myron is aanvankelijk geen sympathiek personage. Hij is een charmeur en dol op vrouwen. Hij maakt ze zwanger. Het celibaat staat hem daarbij niet in de weg. Hij onttrekt zich steevast aan de verantwoordelijkheid van het vaderschap. Maar door in te gaan op de achtergronden in zijn leven ontstaat begrip voor wat hij doet. Aan het eind van zijn leven wil hij zijn fouten goedmaken. Dat gebeurt door zeven oldtimers uit zijn verzameling middels een vrachtbrief aan de nazaten van zijn minnaressen te ‘verkopen’.
De titel van de roman heeft een dubbele betekenis: het afleveren van de oldtimers met een vrachtbrief, maar de vrachtbrief is ook een beeld voor ‘de vracht van het leven’ die Myron met zich mee gedragen heeft. De roman is een raamvertelling van de Odyssee van Myron op zoek naar zichzelf. Maar met een paar oldtimers minder had de roman aan kracht gewonnen.
‘Auto’s zijn voor mij gestolde tijdsbeelden. Met hun iconische krachten laten ze me in gedachten terugkeren naar gekoesterde momenten.’
Thema’s als misstanden in de kerk, het zich ontheemd voelen, inkeer, recht en onrecht spelen in deze roman. Guensberg weet feit en fictie op een heel natuurlijke manier met elkaar te verbinden in een heldere, toegankelijke taal en weet de spanningsboog goed vast te houden. Myron vindt zichzelf en constateert:
‘Ik was gevangen in mijn eigen tekorten.’
Reageer op deze recensie