Een roman zonder filmeinde
Stefan Brijs (1969) heeft met Zonder liefde een roman geschreven waarin de centrale thema’s de onbereikbare liefde en vriendschap zijn. Daaromheen cirkelen motieven als eenzaamheid, seksualiteit en jaloezie. Zonder liefde is een verhaal dat zich overal en elke dag kan afspelen en waarin emoties een grote rol spelen.
Paul en Ava, de hoofdpersonages, zijn ‘zonder liefde’ en ontmoeten elkaar in een filmzaal waar ze naar een ‘betere film’ kijken die ingeleid wordt door een kenner, Ava’s vader. (Ava is genoemd naar filmster Ava Gardner). Er is een klik. De 27-jarige leraar Paul is eenzaam nadat zijn vrouw hem heeft verlaten, nadat ze vreemdgegaan is. Ava is 29 jaar, bedrijfsarts en is door haar partner verlaten omdat die niet langer wilde voldoen aan de passionele behoeften van Ava.
Ava is een vaderskindje, maar woont bij haar moeder. Daar wil ze weg en ze trekt aanvankelijk bij Paul in en ze slaapt keurig op de logeerkamer. Steeds als het tegenzit keert Ava terug naar Paul. Daaruit wordt duidelijk dat het om echte vriendschap gaat. Ze zijn niet verliefd. Zelfs elkaar aanraken zou verraad van die vriendschap betekenen, hoewel de verleiding soms aanwezig is. Ze hebben veel dingen gemeen, praten veel over film en literatuur, delen alles met elkaar, behalve het bed. In de liefde zijn ze elkaars tegenpolen. Paul zoekt een nieuwe partner, maar zoekt vooral rust, bescherming, geborgenheid. Ava is alleen op zoek naar een relatie waarin het draait om passie, lust. Hechten aan een vaste geliefde is voor haar een probleem.
Paul en Ava helpen elkaar in de zoektocht naar een nieuwe relatie. Paul vindt die niet. Louise en Bénédicte ontmoet hij via contactadvertenties. Hij knapt op hen af.
‘Wij wisten allebei heel goed dat we wanhopigen waren, ten ondergegaan aan de verwachting die een advertentie van vierentwintig woorden had gecreëerd.’
Ava ontmoet uiteindelijk Bernard, een jonge machinist bij de spoorwegen, waar ze seks mee heeft op allerlei spannende plekken (de cabine van de trein, een begraafplaats). Als Bernard ten tonele verschijnt voegt Brijs een nieuw element in de roman: jaloezie. Paul is bang opnieuw alleen achter te blijven.
Het verhaal speelt in de jaren negentig van de vorige eeuw in een Vlaamse provincieplaats. Het verhaal wordt verteld vanuit het ik-perspectief van Paul. Paul blikt als het ware terug op een jaar uit het leven van hem en Ava. De roman begint in de herfst en eindigt in de herfst. Een echte plot is er niet. Brijs heeft het einde opengelaten. Het gaat hem ook niet om de plot, maar om het thema dat hij wil belichten.
Het verhaal wordt chronologisch verteld, lijkt wat voort te kabbelen, maar dat is bedrog. Brijs verweeft in het verhaal allerlei verwijzingen naar literatuur, film en soms naar zichzelf. Als je daarop let wordt de roman rijker. Het verhaal speelt in de jaren negentig toen Brijs even oud was als Paul. Brijs was onderwijzer, Paul leraar. Brijs is net als Paul filmliefhebber. Bénédicte wil Paul op de begraafplaats van Elsene het graf van kunstenaars tonen, onder andere dat van auteur Neel Doff. Brijs schreef over Doff Villa Keetje Tippel. De Tuibrug bij Godsheide (een nutteloos kunstwerk in de buurt van Hasselt, en Brijs woonde vlakbij in Zonhoven) die Paul aan bouwkundige ingenieur Bénédicte (die helemaal voor hem niet de gezegende blijkt te zijn) wil laten zien, geeft aan hoe nutteloos hun relatie op termijn zal zijn.
De titel van de roman is ontleend aan een van de motto’s: het lied ‘Marieke’ van Jacques Brel, waarin melancholie en verdriet een rol spelen:
‘Zonder liefde warme liefde Waait de wind de stomme wind.’
Brijs schrijft toegankelijk, direct, construeert geen ingewikkelde zinnen. Er valt te genieten van mooie metaforen en prachtige zinnen zoals deze:
‘Onze harten zijn zwerfhonden die nooit een thuis zullen vinden.’
Steeds wekt Brijs spanning op; zouden Paul en Ava toch een relatie krijgen, net als in de geijkte liefdesfilms? Dan zou het een clichéverhaal geworden zijn en dat is Zonder liefde allerminst.
Reageer op deze recensie