Hebban recensie
Da Vinci previsited
Archeoloog Bjørn Beltø is aangesteld als controleur voor de Noorse overheid bij een opgraving nabij het Værneklooster die geleid wordt door de befaamde Britse professor Graham Llyleworth. Als een klein houten kistje wordt bovengehaald, verdwijnt Llyleworth tegen alle regels in met het artefact. Bjørn Beltø vreest diefstal maar slaagt er op zijn beurt in het beslag te leggen op de vondst. Hij weigert het terug te geven ondanks aandringen van bevoegde Noorse ambtenaren. Als de tegenpartij echter met meer doortastende maatregelen het kistje trachten in hun bezit te krijgen begint voor de koppige Beltø een zoektocht naar het geheim achter alle geheimzinnigheid.
Sirkelens Ende verscheen in 2001 in oorspronkelijke versie, ruim voor Dan Browns The Da Vinci code dus. De Geus bracht het boek in 2005 uit in Nederlandse vertaling.
Naar aanleiding van het succes van en de commotie rond Dan Browns bestseller en de opzichtige gelijkenissen tussen de twee boeken bevat Het einde van de cirkel een interessant nawoord van 20 blz., waarin vooral opvalt hoe Tom Egeland Dan Brown in wezen verdedigt tegen de aanvallen die Brown te verduren kreeg.
De gelijkenissen zijn zo treffend dat je bijna zou mogen verwacht hebben dat Egeland Brown een proces voor plagiaat zou aandoen. Dat hoofdpersonage Bjørn Beltø een albino is, is een te opvallend toeval. Het thema van de twee boeken de theorie dat Jezus niet aan het kruis is gestorven en voor een nageslacht zorgde is identiek en afkomstig uit dezelfde bronnen. Toch is Het einde van de cirkel een heel ander boek. Waar Dan Brown de thematiek aanbrengt in een Hollywoodiaanse actie-enscenering, is Tom Egelands boek veel ingetogener. OK, eigenlijk is het boek één lang kat en muisspel tussen Bentø en zijn achtervolgers, maar echt geweld blijft tenslotte uit. Het einde heeft niks van een climax (eerder in de stijl van Kathleen McGowans Het Magdalena mysterie) en de slechten blijken niet eens echt slecht...
Waar Tom Egeland echter uitblinkt is de stijl en de taal. Het hele boek wordt verteld vanuit het ik-standpunt van Bjørn Beltø. Zijn amoureuze problemen wegens albinisme en zijn kindertijd Beltøs vader verongelukte toen hij kind was zijn telkens weer aanleiding tot overdenkingen van Beltø die bol staan van vlijmscherp sarcasme en frisse ironie, met een bijzonder humoristische zin voor overdrijving. Dit gecombineerd met de stiff-upperlip Britten Llyleworth en MacMullin zorgt vaak voor een onweerstaanbaar aangenaam woordenspel. Humor en ernst gaan hand in hand.
Het einde van de cirkel is nu verkrijgbaar in De Geus-pocketeditie voor .4,99. Het boek is minstens even lezenswaard als Dan Browns De Da Vinci code en de enige reden dat Egeland qua succes de duimen moet leggen zal wel veel, zo niet alles, te maken hebben met de bulldozer-reclamecampagne die aan de verschijning van het laatste vooraf ging.
De Da Vinci code verliest alleen maar aan glans wanneer je Het einde van de cirkel hebt gelezen.
Hoogste kwaliteit!
Sirkelens Ende verscheen in 2001 in oorspronkelijke versie, ruim voor Dan Browns The Da Vinci code dus. De Geus bracht het boek in 2005 uit in Nederlandse vertaling.
Naar aanleiding van het succes van en de commotie rond Dan Browns bestseller en de opzichtige gelijkenissen tussen de twee boeken bevat Het einde van de cirkel een interessant nawoord van 20 blz., waarin vooral opvalt hoe Tom Egeland Dan Brown in wezen verdedigt tegen de aanvallen die Brown te verduren kreeg.
De gelijkenissen zijn zo treffend dat je bijna zou mogen verwacht hebben dat Egeland Brown een proces voor plagiaat zou aandoen. Dat hoofdpersonage Bjørn Beltø een albino is, is een te opvallend toeval. Het thema van de twee boeken de theorie dat Jezus niet aan het kruis is gestorven en voor een nageslacht zorgde is identiek en afkomstig uit dezelfde bronnen. Toch is Het einde van de cirkel een heel ander boek. Waar Dan Brown de thematiek aanbrengt in een Hollywoodiaanse actie-enscenering, is Tom Egelands boek veel ingetogener. OK, eigenlijk is het boek één lang kat en muisspel tussen Bentø en zijn achtervolgers, maar echt geweld blijft tenslotte uit. Het einde heeft niks van een climax (eerder in de stijl van Kathleen McGowans Het Magdalena mysterie) en de slechten blijken niet eens echt slecht...
Waar Tom Egeland echter uitblinkt is de stijl en de taal. Het hele boek wordt verteld vanuit het ik-standpunt van Bjørn Beltø. Zijn amoureuze problemen wegens albinisme en zijn kindertijd Beltøs vader verongelukte toen hij kind was zijn telkens weer aanleiding tot overdenkingen van Beltø die bol staan van vlijmscherp sarcasme en frisse ironie, met een bijzonder humoristische zin voor overdrijving. Dit gecombineerd met de stiff-upperlip Britten Llyleworth en MacMullin zorgt vaak voor een onweerstaanbaar aangenaam woordenspel. Humor en ernst gaan hand in hand.
Het einde van de cirkel is nu verkrijgbaar in De Geus-pocketeditie voor .4,99. Het boek is minstens even lezenswaard als Dan Browns De Da Vinci code en de enige reden dat Egeland qua succes de duimen moet leggen zal wel veel, zo niet alles, te maken hebben met de bulldozer-reclamecampagne die aan de verschijning van het laatste vooraf ging.
De Da Vinci code verliest alleen maar aan glans wanneer je Het einde van de cirkel hebt gelezen.
Hoogste kwaliteit!
1
Reageer op deze recensie