Hebban recensie
Beetje de weg kwijt
Almar Otten is van plan om zeven boeken te schrijven die zich in zijn woonplaats Deventer afspelen. Lied van angst is het vierde.
Speurdersduo Jozef Laros en Ellen van Dorth raken betrokken bij de perikelen rond een rijke zakenman, die een kapitale villa heeft gekocht om er rustig te leven van de vele miljoenen die hij heeft verdiend. Zijn echtgenote is afkomstig uit de streek en wilde daar graag weer wonen. Voorheen woonden ze in het sjieke Bloemendaal. Echter, vanaf het moment dat ze arriveren gebeuren er vervelende en angstaanjagende dingen. Jozef en Ellen vermoeden dat er meer achter zit dan kwajongensstreken.
Had Almar Otten zich nu maar netjes bij deze ene plot gehouden, dan was Lied van angst een heel aardig boek geworden. De titel had dan wel gewijzigd moeten worden, want die slaat nu op het andere plot in dit boek. Het verhaal van een jonge man die moet vluchten naar Europa omdat hij niet langer in de IRA wil vechten. Wat beide plots met elkaar te maken hebben? Niets, helemaal niets. Er loopt een tergend dun draadje tussen beide verhalen, maar dat had makkelijk weggelaten kunnen worden. Het is heel verwarrend om een boek te beginnen met een verhaal, dan na een hoofdstuk een nieuw verhaal te beginnen en helemaal aan het eind nog één hoofdstukje aan het eerste verhaal te wijden. En dan zegt Otten ook nog in een nawoord dat hij eigenlijk een boek wilde schrijven omdat hij wilde weten of de economische crisis zou leiden tot een toename van terroristische activiteiten.
Almar Otten is dus gaandeweg de weg een beetje kwijtgeraakt. Niet alleen heeft het boek niets te maken met wat hij zelf zegt, het invoegen van een tweede plot is in dit geval volkomen zinloos en het haalt de actie en spanning uit het eerste verhaal. Om niet alles weg te geven kan ik hier helaas geen voorbeeld van geven. Verder is Otten van mening dat de zakenman zijn Opus magnum heeft geschapen, en ook de eindredactie heeft niet gezien dat dit Magnum Opus moet zijn. Tevens heeft Otten verzuimd om genoeg CSI te kijken, want hij beweert ijskoud dat drie dagen oud bloed, gevonden onder de nagels van een slachtoffer, er uit ziet of het vers is. Jammer. Laat je die overbodige plot voor wat het is dan blijft er best een aardig verhaal over. Allemaal nog steeds wat stijfjes neergezet en met de nodige aantekeningen, maar het had een ster gescheeld als Otten het bij dat eerste verhaal had gelaten.
Speurdersduo Jozef Laros en Ellen van Dorth raken betrokken bij de perikelen rond een rijke zakenman, die een kapitale villa heeft gekocht om er rustig te leven van de vele miljoenen die hij heeft verdiend. Zijn echtgenote is afkomstig uit de streek en wilde daar graag weer wonen. Voorheen woonden ze in het sjieke Bloemendaal. Echter, vanaf het moment dat ze arriveren gebeuren er vervelende en angstaanjagende dingen. Jozef en Ellen vermoeden dat er meer achter zit dan kwajongensstreken.
Had Almar Otten zich nu maar netjes bij deze ene plot gehouden, dan was Lied van angst een heel aardig boek geworden. De titel had dan wel gewijzigd moeten worden, want die slaat nu op het andere plot in dit boek. Het verhaal van een jonge man die moet vluchten naar Europa omdat hij niet langer in de IRA wil vechten. Wat beide plots met elkaar te maken hebben? Niets, helemaal niets. Er loopt een tergend dun draadje tussen beide verhalen, maar dat had makkelijk weggelaten kunnen worden. Het is heel verwarrend om een boek te beginnen met een verhaal, dan na een hoofdstuk een nieuw verhaal te beginnen en helemaal aan het eind nog één hoofdstukje aan het eerste verhaal te wijden. En dan zegt Otten ook nog in een nawoord dat hij eigenlijk een boek wilde schrijven omdat hij wilde weten of de economische crisis zou leiden tot een toename van terroristische activiteiten.
Almar Otten is dus gaandeweg de weg een beetje kwijtgeraakt. Niet alleen heeft het boek niets te maken met wat hij zelf zegt, het invoegen van een tweede plot is in dit geval volkomen zinloos en het haalt de actie en spanning uit het eerste verhaal. Om niet alles weg te geven kan ik hier helaas geen voorbeeld van geven. Verder is Otten van mening dat de zakenman zijn Opus magnum heeft geschapen, en ook de eindredactie heeft niet gezien dat dit Magnum Opus moet zijn. Tevens heeft Otten verzuimd om genoeg CSI te kijken, want hij beweert ijskoud dat drie dagen oud bloed, gevonden onder de nagels van een slachtoffer, er uit ziet of het vers is. Jammer. Laat je die overbodige plot voor wat het is dan blijft er best een aardig verhaal over. Allemaal nog steeds wat stijfjes neergezet en met de nodige aantekeningen, maar het had een ster gescheeld als Otten het bij dat eerste verhaal had gelaten.
1
Reageer op deze recensie