Een geestelijke gevangenis als leven
De Satmar is de grootste chassidische beweging die er is. Chassidisch jodendom is een ultraorthodoxe richting en die wordt ook wel "de vromen" genoemd. Wereldwijd kent deze sekte, want zo mogen we het wel noemen, zo'n 120.000 aanhangers waarvan er ongeveer 60.000 in de wijk Williamsburg in Brooklyn, New York wonen. Ze hebben even buiten New York zelfs een eigen dorp met 13.000 inwoners. Andere groepen wonen in Antwerpen, Londen, Jeruzalem, Buenos Aires, Manchester, Parijs, Wenen en Bnei Brak, een plaats dichtbij Tel Aviv. De Satmarer chassidim leven volgens zeer strenge en strikte regels. Wie daarvan afwijkt wordt gestraft of uitgestoten.
De kinderen in deze sekte krijgen uitsluitend religieus joodse lessen en geen regulier onderwijs. Dat kan niet in alle landen want de wet steekt daar soms een stokje voor maar in Brooklyn, New York kan dat wel. De Satmar gemeenschap daar vormt een van de meest gesloten groepen die de wereld kent. Omdat de groep zo groot is kunnen ze zich afsluiten van de buitenwereld en het zich veroorloven er vrijwel geen contact mee te hebben. Volgens de groep is Duitsland het land van de duivel en de bron van alle kwaad. Daarom is het heel bijzonder maar ook heel bijzonder dat de schrijfster van Onorthodox, Deborah Feldman, heden ten dage in Berlijn woont en zelfs Duits staatsburger zal worden.
Zij beschrijft in het boek hoe ze opgroeide bij de Satmarer chassidim en hoe streng en bijna onmogelijk het leven is in zo'n sekte. Zeker voor een meisje, want vrouwen zijn niets waard en krijgen overal de schuld van. Het lukt haar om af en toe de buitenwereld naar binnen te halen. Ze smokkelt bijvoorbeeld boeken naar binnen die ze helemaal niet mag lezen. Op haar 17e wordt ze uitgehuwelijkt en niet lang daarna krijgt ze een zoontje. Op haar 23ste heeft ze er totaal genoeg van en samen met haar kind vertrekt ze om buiten de Satmar gemeenschap een nieuw en eigen leven op te bouwen.
Wie denkt dat dat simpel is, heeft het mis. Tenslotte is het zo dat je niet alleen kiest voor een nieuw leven maar ook alles wat je geleerd hebt en wat tot dat moment je leven was kwijtraakt. Je familie, je tradities, het leven zoals je dat kende komt nooit meer terug. Feldman werd, zoals dat gebeurt met afvalligen, volledig uitgestoten en vervloekt. Bovendien zijn veel van deze mensen gehersenspoeld en lopen ook nog rond met gevoelens van minderwaardigheid en vooral schuldgevoel. In de buitenwereld waar ze voor het eerst kennis mee maken, is er weinig begrip want wie snapt hoe het voelt als je afscheid neemt van alles wat je ooit ingeprent is?
Feldman ontmoet, na haar vertrek, haar moeder die al eerder uit de sekte gestapt is en haar heeft achtergelaten. Je zou denken dat dit een band schept maar het tegendeel is waar. Ze vinden elkaar niet. Haar moeder kan en wil het verleden niet bespreken. Op rustige maar boeiende toon vertelt de schrijfster over het benauwende leven met zijn strikte regels en het totale gebrek aan privacy. Over haar huwelijk en over de momenten dat ze kennisneemt van de buitenwereld. Tenslotte moeten ook deze mensen weleens naar de dokter en in de wachtkamer liggen tijdschriften die een heel ander beeld van de wereld laten zien dan de wereld waarin ze leven.
De stap die Deborah Feldman gezet heeft, vergt veel moed en kracht. Het is echt niet niks om alles achter je te laten en een nieuw leven op te bouwen tussen mensen die totaal niet begrijpen wat je hebt meegemaakt. Dat haar boek in 2012 insloeg als een bom bij de Satmarer chassidim is begrijpelijk. In de epiloog vertelt ze kort over de moeizame eerste jaren. Ze schreef daarover in 2015 het boek Exodus. Binnenkort komt er een verbeterde versie van dit boek uit. Dat zal, net als Onorthodox, zeker de moeite van het lezen waard zijn.
Reageer op deze recensie