Een crimineel blijft een crimineel
Dat Martin Kok een keer doodgeschoten zou worden, was geen verrassing; hooguit wanneer. Uit het levensverhaal dat Timo van der Eng uit de mond van Martin Kok (koosnaam Kokkie) zelf optekende, komt een man naar voren die verslingerd was aan de mores in het criminele milieu. Grof geld verdienen, maling hebben aan wet- en regelgeving en pakken wat je pakken kan. Van de bijna 50 jaar van zijn leven zat hij 15 jaar in de gevangenis, maar dat beschouwde hij als een aanvaardbaar soort bedrijfsrisico. Opgegroeid in Volendam begon hij paling uit te venten, maar stapte al gauw over naar de meer lucratieve handel in drugs en prostitutie.
Veel schoolse opleiding was niet aan hem besteed, hij praatte moeizaam, stotterde, broddelde en kon slecht schrijven. Dat belet hem niet om na een mislukte poging van een bajeskrant de website Vlinderscrime te beginnen, waarin hij zonder enige reserve en terughoudendheid de ins en outs van de Nederlandse criminelen en hun handelswijzen beschrijft. Met naam en toenaam, want enig respect voor anderen was hem vreemd. Op een nonchalante, vaak lacherige toon komen veel anekdotes voorbij over het gevangenisleven, zijn activiteiten tussen de opsluitingen in de gevangenis door en hoe hij alles en iedereen intimideerde en manipuleerde. Ook de beschrijving van een aantal kopstukken uit het Nederlandse criminele milieu komen in korte hoofdstukken voorbij.
Timo van der Eng is verslaggever. Hij werkte bij educatieve oproep Teleac, diverse uitgeverijen en schreef voor Het Parool. Hij is verbonden aan Crimesite, het medium dat alle aspecten van de misdaad wil belichten: nieuws, misdaadcijfers maar ook achtergrondinformatie.
Kokkie leest gemakkelijk als een vrij plat verhaal over hoe vrolijk turbulent het leven kan zijn als je je nergens wat van aantrekt. De auteur vraagt zich in het nawoord terecht af of hij geen te gunstig beeld van Martin Kok schetste. En dat is ook zo. Pas in het laatste hoofdstuk en in vooral het nawoord komt enige relativering in het vrolijke beeld en voegt de auteur wat diepgang toe aan de figuur Martin Kok door andere bronnen aan te halen. Want Martin Kok was feitelijk een problematisch mens die zonder schuldgevoel twee personen van het leven beroofde, grof geweld gebruikte, intimideerde wie hem zou kunnen belemmeren, moeiteloos iedereen oplichtte en geen enkel respect had voor wie dan ook. Hij was dan ook niet in staat tot enige blijvende vriendschap. Zijn enige doel was aandacht en bewondering en als een mogelijke vriend daar niet meer aan kon bijdragen werd hij afgedankt. De auteur neemt weinig afstand van zijn onderwerp en gaat zelfs mee in diens zienswijze van vrouwen. De beschrijving hoe leden van een arrestatieteam hun ogen niet van de grote borsten van Martin’s vriendin konden afhouden is uit de eigen fantasie van Van der Eng ontsproten; Martin wordt met een zak over zijn hoofd afgevoerd.
Reageer op deze recensie