Niet eng, wel spannend.
Nera is een meisje uit een echte kermisfamilie. Haar vader heeft een spookhuis en haar oma is waarzegster. Sinds de komst van een nieuw spookhuis op de kermis, trekt dat van Nera en haar vader steeds minder bezoekers. Het nieuwe spookhuis is veel enger want het heeft een mummie, een vampier, een faun en een driekoppige, monsterlijke hond. Nera gaat op onderzoek uit en ontdekt dat deze spookhuisfiguren levensecht zijn. Ze zijn door Herwald, een dwerg en eigenaar van het nieuwe spookhuis, ontvoerd. Nera leert de onfortuinlijke wezens beter kennen en omdat ze weinig vrienden heeft – ze gaat niet naar school maar krijgt les van haar oma – geniet ze van deze nieuwe vriendschappen met Prins Toet, Dragos en Eus. Nera besluit hen te helpen, maar daar wil Herwald, met de hulp van de driekoppige hond, natuurlijk een stokje voor steken…
Het nieuwe spookhuis is het eerste deel uit de serie ‘De engste serie ooit’, geschreven door Tjerk Noordraven (1987). Voor deze auteur is het ook zijn eerste kinderboek ooit. Hij was en is nog steeds werkzaam als redacteur van onder andere managementboeken. Dat hij hier veel van opgestoken heeft, mag duidelijk zijn. De serie heeft bijvoorbeeld al haar eigen website, engsteserieooit.nl, die net als het boek fraai vormgegeven is. Naar lezingen brengt Noordraven steevast zijn huisdieren – opgezette vleermuizen en spinnen – mee. Het smaakt allemaal wat commercieel, maar het is slim gezien en als het kinderen doet lezen, mag dat.
De vormgeving van het boek past, zoals hierboven reeds aangehaald, volledig in dat commerciële plaatje. Esther Malaparte zorgde voor een aantrekkelijke illustratie op de kaft. Ook de zwart-wittekeningen op de paginaranden en het griezelige lettertype spreken aan en beloven een eng verhaal.
Door de serie ook nog eens ‘De engste serie ooit’ te noemen, schept de auteur torenhoge verwachtingen. ‘Pas op! Dit boek is niet voor bangeriken!’ schreeuwt de eerste bladzijde. Op die manier spreek je vrijwel alle kinderen aan, want welk kind tussen 9 en 12 jaar wil voor een bangerik doorgaan? Dit, en de eerste zinnen van het verhaal, wekken de indruk dat de verwachtingen ingelost zullen worden.
‘In het duister flitst af en toe een wit of bloedrood licht op, dat onmiddellijk weer dooft. Gerinkel van ijzeren kettingen volgt op de lach van een skelet met lichtgevende ogen. Na een schelle doodskreet ...’
Helaas blijft het daar een beetje bij. De eerste helft van het verhaal is voorspelbaar en dus niet eng, zoals bijvoorbeeld wanneer een bepaalde gebeurtenis plots een droom blijkt. Dit trucje werd al iets te vaak opgevoerd in boeken, waardoor men er niet meer intrapt. Gelukkig keert dat halverwege het verhaal. Echt griezelig wordt het nooit, maar het wordt wel spannend en minder voorspelbaar. De korte hoofdstukken en de eenvoudige taal maken het boek ook geschikt voor kinderen die minder vlot lezen. Het is verder ook heel geschikt om voor te lezen aan de iets jongere kinderen van een jaar of zeven.
Nera is een wijs kind, met dank aan haar oma en haar oude boeken, en het boek brengt zo ook een mooie en duidelijke boodschap over aan de jonge lezers: geloof in je eigen talent en kracht en durf te kiezen voor je eigen weg. Het verhaal is op het einde van het boek duidelijk nog niet uit. De lezer wordt nieuwsgierig gemaakt naar deel twee van de serie. Hopelijk is dat deel van meet af aan net zo spannend als deel een geëindigd is.
Reageer op deze recensie